3
Gebruik het toetsenbord dat verschijnt om de naam voor het faxnummer
in te voeren in het veld Id en gebruik het numerieke toetsenblok op het
bedieningspaneel om het faxnummer in te voeren in het gebied
Faxnummer.
• Id: Hiermee voert u de naam in.
• Snelkiesnummer: In dit veld wordt automatisch het eerste
beschikbare nummer ingevuld. Als u een ander nummer wilt
toewijzen, gebruikt u de pijl naar links en naar rechts.
• Faxnummer: Hier voert u het faxnummer in (alleen cijfers) met
zo nodig een netnummer.
4
Druk op OK.
Groepsfaxnummers opslaan (Groepsnummer)
1
Druk op het tabblad Fax > Basis > Groep.
2
Druk op Nieuw.
3
Druk op het invoergebied in Groeps-id. Voer vervolgens een naam
in wanneer het toetsenbord verschijnt.
4
Selecteer een Groepsnummer met de pijl naar links en naar rechts.
• Groeps-id: Hiermee voert u de groepsnaam in.
• Groepsnummer: In dit veld wordt automatisch het eerste beschikbare
nummer ingevuld. Als u een ander nummer wilt toewijzen, gebruikt
u de pijl naar links en naar rechts.
5
Druk op OK.
6
Selecteer een nummer in Lijst met snelkiesnummers en druk op
Toevoeg. Herhaal deze stap totdat u alle vereiste nummers hebt
toegevoegd.
Zorg dat de geselecteerde Lijst met snelkiesnummers wordt
gekopieerd naar de groepslijst in het linkerdeelvenster.
7
Druk op OK om de nummers op te slaan.
Een faxtelefoonboek instellen met
SyncThru Web Service
U kunt eenvoudig faxnummers vanaf computers op een netwerk opslaan
met SyncThru Web Service.
1
Open de webbrowser op uw computer.
2
Voer het IP-adres van uw apparaat in. Hierna wordt SyncThru Web
Service weergegeven.
(Voorbeeld: http://123.123.123.123)
3
Druk op Machine Settings > Fax Setup > Fax Phone Book.
4
Selecteer Speed Dial (Individueel).
Opmerking
Als er al faxnummers zijn opgeslagen in Speed Dial (Individueel),
kunt u deze selecteren.
5
Druk op Add.
6
Voer gegevens in voor Index, Name en Phone Number. De waarde
voor Index die u hier invoert, wordt gebruikt als Snelkiesnummer
op het display van uw apparaat.
7
Druk op Apply.
Opmerking
Speed Dial-nummers kunnen worden geïmporteerd uit een
CSV-bestand.
De pollingoptie gebruiken
Polling (opvragen) wordt gebruikt als een faxapparaat een document
opvraagt bij een ander faxapparaat. Dit is handig wanneer de persoon die
het origineel heeft, niet op kantoor is. De persoon die het document op een
later tijdstip wil ontvangen, belt naar het apparaat waarop het origineel is
opgeslagen en geeft de opdracht om het document te verzenden. Het
opvragen van een document op deze wijze wordt "polling" genoemd.
Opmerking
Als u deze functie wilt gebruiken, moet zowel de verzender als
de ontvanger beschikken over de pollingfunctie.
Het pollingproces verloopt als volgt:
1
De verzender slaat de originelen op in het apparaat. (Pagina 6.8)
2
De verzender geeft het Wachtw. door aan de ontvanger.
3
De ontvanger kiest het faxnummer en voert het Wachtw. in
wanneer dit wordt gevraagd. (Pagina 6.8)
4
De ontvanger drukt op Start om de opgeslagen fax te ontvangen.
6.7
<Faxen (Optioneel)>