C
4 . 2 . 3 Elektrische verbindingen met 2 circuits:
Vooraleer u op de verwarmingsketel een interventie
uitvoert, moet u met de muurschakelaar de elektrische
voeding afsluiten.
De lijn moet een intensiteit van 6,3 A bij 230 V (50 Hz)
aankunnen.
Om bij de aansluitblokken te komen moet u de bovenkant
van de verwarmingsketel verwijderen (zie § 4.1) en de
aanwijzingen van het elektrische schema (zie hieronder) in
acht nemen.
Gebruik, voor de voeding van het paneel en de pompen, een
driedraadskabel fase (bruin) - neutraal (blauw) - aarding
(groen/geel) van het type H05VV-F of H05RN-F.
Bekabeling van de voelers:
De voelers moeten op het linkergedeelte van het aansluitblok
(zie hieronder) worden aangesloten.
De voelers van verwarmingsketel en san. warm water worden
in de fabriek bekabeld.
De omgevingsmodule krijgt zijn voeding van 24 V via de bus.
De kabel van het type telefoonkabel (2 x 0,8 mm
tegelijkertijd de voeding en de communicatie.
Voor de aansluiting van de omgevingsmodule die aan de muur
is bevestigd, moet u de polariteit (4 op M en 5 op D)
respecteren.
Telefonische besturing: zie specifieke handleiding voor afstandsbediening van de MT31 via telefoon.
Buitensonde AFS
Voeler
verwarmingsketel KFS
Voeler san. warm
Bekabeling
van de voelers
Optische
poort
Bedienings-
knop
Réf. : CH - 1060 - A
2
Omgevingsmodule, aan de
muur bevestigd
(reeds bekabeld)
water SPFS (reeds
bekabeld)
Voeler aanvoer
VFAS
DM DM
Ruimte beschikbaar voor
omgevingsmodule:
- voor regeling installatie
of
- besturing door de
verwarmingsketel
1 met mengklep
1 zonder mengklep
Zie hoofdstuk 4.3 voor de eigenschappen, de plaatsing van
de voelers en de omgevingsmodule.
Bekabeling van de voeding en de pompen:
De pompen en de mengklep moeten op het rechtergedeelte
van het aansluitblok (zie hieronder) worden aangesloten.
Eerste inbedrijfstelling:
Volg onderstaande aanwijzingen voor de eerste inbedrijfstelling
(zie § 4.5 voor de referentiepunten):
1) Controleer of uw verwarmingsketel op het elektriciteitsnet
is aangesloten en of het oranje stroomcontrolelampje
brandt (ref. 1).
2) Druk op de schakelaar van de verwarmingsketel (ref.
3) Zet de twee schakelaars Auto/Manu (ref. 10) op de positie
Auto en controleer of de twee cijfers op het display (ref.
5) verschijnen.
4) Controleer of het scherm van de omgevingsmodule
) vervoert
aanstaat.
5) Wacht tot het teken
teken er staat, betekent het dat er communicatie is
tussen de verwarmingsketel en de omgevingsmodule.
2e omgevingsmodule
88
Display
Bedieningspaneel van de
verwarmingsketel
22
op het scherm verschijnt. Als dit
OPGELET: de kabels van de voelers en
van de communicatiebus mogen niet in
dezelfde hulzen worden gestoken als de
voedingskabels (230 V).
Bekabeling van de
voeding en de pompen