Warmtepompconvectoren – Meerdere kamers
Opstelling
A
Aanvoerwatertemperatuur primaire zone
B
Kamer 1
C
Kamer 2
a
Gebruikersinterface
b
Afstandsbediening van de warmtepompconvectoren
▪ De
gewenste
kamertemperatuur
afstandsbediening van de warmtepompconvectoren.
▪ De signalen van elke warmtepompconvector om verwarming te
vragen zijn in parallel op de digitale input van de gasboiler
aangesloten
(X4/6
en
X4/7).
aanvoerwatertemperatuur leveren wanneer dit werkelijk gevraagd
wordt.
INFORMATIE
Voor nog meer comfort en betere prestaties, adviseren we
de
optie
met
afsluiterkit
warmtepompconvector te plaatsen.
Configuratie
Instelling
Temperatuurregeling van de unit:
▪ #: [A.2.1.7]
▪ Code: [C-07]
Voordelen
Vergeleken met de warmtepompconvectoren voor één kamer:
▪ Comfort. U kunt de gewenste kamertemperatuur, inclusief
programma's, voor elke kamer via de afstandsbediening van
de warmtepompconvectoren instellen.
Combinatie: Vloerverwarming +
Warmtepompconvectoren – Meerdere kamers
Opstelling
a
A
Aanvoerwatertemperatuur primaire zone
B
Kamer 1
C
Kamer 2
a
Gebruikersinterface
b
Externe kamerthermostaat
c
Afstandsbediening van de warmtepompconvectoren
▪ De buitenunit is in serie verbonden met de gasboiler.
EJHA04AAV3 + NHY2KOMB28+32AA
Daikin Altherma H Hybrid
4P556861-1A – 2019.05
7 Richtlijnen met betrekking tot mogelijke toepassingen
A
C
B
b
b
a
wordt
ingesteld
via
De
buitenunit
zal
alleen
EKVKHPC
op
elke
Waarde
1 (Bst xt kmrthrms): De unit
werkt op basis van de externe
thermostaat.
A
B
C
M1
c
b
▪ Voor
elke
kamer
de warmtepompconvectoren zijn rechtstreeks op de gasboiler
aangesloten.
▪ Voor elke kamer met vloerverwarming: er is een (ter plaatse te
voorziene) afsluiter voor de vloerverwarming geïnstalleerd. Deze
verhindert dat warm water geleverd wordt wanneer de kamer niet
vraagt om verwarmd te worden.
▪ Voor elke kamer met warmtepompconvectoren: de gewenste
kamertemperatuur wordt via de afstandsbediening van de
warmtepompconvectoren ingesteld.
▪ Voor
elke
kamer
kamertemperatuur wordt via de externe (draadloze of bedrade)
kamerthermostaat ingesteld.
INFORMATIE
Voor nog meer comfort en betere prestaties, adviseren we
de
optie
met
warmtepompconvector te plaatsen.
Configuratie
de
Instelling
Temperatuurregeling van de unit:
▪ #: [A.2.1.7]
▪ Code: [C-07]
7.3
Het ruimteverwarmingssysteem
instellen – In geval van een
gasboiler van derden
Het warmtepompsysteem levert aanvoerwater aan warmteafgevers
in een of meerdere kamers.
Omdat het systeem de mogelijkheid biedt om de temperatuur in elke
kamer zeer soepel te regelen, is het nodig dat u eerst de volgende
vragen beantwoordt:
▪ Hoeveel
kamers
het warmtepompsysteem?
▪ Welke soorten warmteafgevers gebruikt u in elke kamer en
hoeveel
bedraagt
ontworpen werden?
Eens de vereisten inzake ruimteverwarming duidelijk zijn, adviseert
Daikin onderstaande in/opstellingsrichtlijnen te volgen.
OPMERKING
Indien een uitwendige kamerthermostaat wordt gebruikt,
zal de uitwendige kamerthermostaat de vorstbescherming
kamer bedienen. De vorstbescherming kamer is echter
alleen
mogelijk
aanvoerwatertemperatuur op de gebruikersinterface van
de unit is INgeschakeld.
INFORMATIE
Wanneer een uitwendige kamerthermostaat wordt gebruikt
en Vorstbescherming kamer dient in alle omstandigheden
gegarandeerd te zijn, dan moet u de automatische
noodstop [A.6.C] op 1 zetten.
met
warmtepompconvectoren:
met
vloerverwarming:
de
afsluiterkit
EKVKHPC
Waarde
0 (Besturing AWT): De unit
werkt op basis van de
aanvoerwatertemperatuur.
worden
er
verwarmd
hun
aanvoertemperatuur
waarvoor
als
de
regeling
Uitgebreide handleiding voor de installateur
gewenste
op
elke
door
zij
van
de
21