Inhoudsopgave
Advertenties
•
Het werkstation en andere externe apparaten moeten op het apparaat zijn aangesloten overeenkomstig
IEC 60601-1.
•
Aanvullende meervoudige stopcontacten of verlengsnoeren mogen niet worden verbonden met het
systeem.
2.10.2.2 Vereisten voor netwerkaansluitingen
MEDEDELING: De firewall of antivirussoftware van het werkstation kan onverwachte problemen met
het IP-verkeer en de systeemprestaties veroorzaken.
•
Er is voor gebruik van het apparaat een 1 gigabit-netwerkverbinding tussen het apparaat en het
acquisitiewerkstation vereist. Als tijdens het beeldvormingsproces het netwerk wordt verstoord, worden
de beeldgegevens opgeslagen in het apparaatgeheugen en automatisch overgedragen naar het
acquisitiewerkstation zodra de verbinding is hersteld.
•
Indien het apparaat is verbonden met het IT-netwerk, is het de verantwoordelijkheid van de IT-
netwerkorganisatie om te evalueren of de 1 gigabit-ethernetverbinding tussen het apparaat en het
acquisitiewerkstation geschikt is en of er geen verstoring door drukke verkeerspieken wordt veroorzaakt
door andere toepassingen tijdens de overdracht van beelden. Andere methoden in de IT-infrastructuur,
zoals een Virtual LAN (VLAN)-configuratie tussen het acquisitiewerkstation en apparaat, kunnen ook
worden gebruikt om bandbreedte beschikbaar te stellen voor de overdracht van beelden.
•
Het koppelen van het apparaat met een IT-netwerk dat andere apparatuur bevat of het veranderen
van het IT-netwerk kan ongeïdentificeerde veiligheids- of beveiligingsrisico's inhouden voor patiënten
en gebruikers. Het is de verantwoordelijkheid van de organisatie die het IT-netwerk beheert om deze
mogelijke risico's te identificeren, te analyseren, te evalueren en te beheersen.
•
Het apparaat met zijn aangesloten op een besloten, door firewall beschermd Local Area Network om
zeker te zijn van de juiste gegevensbeveiliging. Alle verbindingen buiten het Local Area Network om naar
het apparaat moeten worden geblokkeerd. Verbindingen tussen het apparaat en het werkstation binnen
het Local Area Network moeten worden toegestaan.
•
Netwerkelementen binnen het IT-netwerk mogen niet hun standaardwachtwoorden gebruiken en
draadloze verbindingen moeten versleuteld zijn.
•
Het werkstation dat is aangesloten op het apparaat moet gebruikmaken van een antivirussoftware en
gebruikersaccounts hebben die met afzonderlijke wachtwoorden zijn beveiligd om onbevoegde toegang
tot patiëntgegevens te voorkomen.
2.10.3 Wijzigingen aan het apparaat
ATTENTIE: Het apparaat bevat geen onderdelen die kunnen worden onderhouden of gerepareerd
door de gebruiker. Het is alleen aan geautoriseerde onderhoudstechnici toegestaan om delen van
het apparaat te onderhouden, te repareren, te installeren en te vervangen.
ATTENTIE: Tijdens het onderhouden en repareren van het apparaat mogen alleen goedgekeurde
door de fabrikant geleverde reserveonderdelen worden gebruikt.
•
Voer zonder autorisatie nooit wijzigingen of aanpassingen uit aan het apparaat of aan onderdelen
hiervan.
•
De buiskop of apparaten voor beperking van de straal mogen niet worden verwijderd of gereviseerd,
noch in hun geheel, noch delen hiervan.
•
Stel de apparaten voor beperking van de straal alleen bij wanneer u hiertoe instructie krijgt van de
fabrikant.
•
Alle benodigde informatie over het onderhouden van het apparaat en het vervangen van onderdelen is te
vinden in de onderhoudshandleiding, die beschikbaar is voor geautoriseerde onderhoudstechnici.
•
Verbind uitsluitend items die de fabrikant van het apparaat heeft gespecificeerd als onderdeel van het
ME-systeem of waarvan de fabrikant van het apparaat heeft gespecificeerd dat ze compatibel zijn met
het ME-systeem.
ORTHOPANTOMOGRAPH OP 3D LX
2 Inleiding
11
Advertenties
Inhoudsopgave
