Menufunctie-instellingen
3
[z4] Menu
AF-modus
De AF-modi werken hetzelfde als beschreven op pagina 207 - 213.
U kunt [Live-modus], [u Live-modus] of [Quick-modus]
selecteren. Voortdurend scherpstellen op een bewegend onderwerp
is niet mogelijk.
Zelfs als de AF-modus is ingesteld op [Quick-modus], wordt tijdens
filmopnamen de [Live-modus] geactiveerd.
Rasterweergave
Met [3x3 l] of [6x4 m] kunt u rasterlijnen weergeven. Deze
helpen u de camera in verticale of horizontale stand recht te houden.
Met [3x3+diag n] wordt het raster met diagonale lijnen
weergegeven om u te helpen de intersecties over het onderwerp
uit te lijnen voor een betere balans in de compositie.
Movie-opn.formaat
U kunt het filmopnameformaat (beeldformaat, framesnelheid en
compressiemethode) instellen. Raadpleeg pagina 231 - 233 voor
meer informatie.
Geluidsopname
U kunt instellingen voor geluidsopname instellen. Zie pagina 234 en
235 voor meer informatie.
Wanneer de schakelaar voor Live view-
opnamen/filmopnamen is ingesteld op
<k>, worden de tabbladen [z4] en
[z5] voor filmopname weergegeven.
Dit zijn de menuopties.
In de modus <A> worden [z2] en
[z3] weergegeven.
239