FAX►FAXEN ONTVANGEN
Selecteer de bestandsindeling.
10
De opmaak kan voor elk doorstuuradres apart worden ingesteld (voor elk van de doorstuuradressen 1, 2 en 3 in de
tabel).
• Afbeeldingen die zijn verzonden in TIFF-indeling, worden in sommige ontvangstsituaties mogelijk niet goed
weergegeven. Verander in dat geval de bestandsindeling in PDF.
• Als het Internetfaxadres als een ontvanger is geselecteerd, worden gegevens in TIFF doorgestuurd, ongeacht de
opgegeven indeling.
• Als een faxnummer als ontvanger is geselecteerd, wordt de bestandsindeling genegeerd.
Selecteer de ontvanger in het adresboek.
11
U kunt meerdere geregistreerde adressen of telefoonnummers uit het adresboek van het apparaat opgeven.
Er kunnen in totaal maximaal 1.000 ontvangers voor Ontvangers 1, 2 en 3 worden geregistreerd.
Wanneer u de ontvangers in het adresboek selecteert, kunnen maximaal 400 ontvangers worden geregistreerd voor
Netwerkmap, FTP/Bureaublad, Internetfax en Fax.
Een direct SMTP-adres mag niet opgegeven worden als een doorstuurbestemming.
Voer een ontvanger rechtstreeks in en geef de ontvanger op.
12
• Geef deze informatie zo nodig op.
• Voer een e-mailadres, Internetfaxadres of direct SMTP-adres in of voer rechtstreeks een faxnummer in en tik op de
toets [Toevoegen].
• Wanneer u een e-mailadres of faxnummer opgeeft, kunt u Globaal Adres Zoeken gebruiken.
• Wanneer u een faxnummer opgeeft, moet u ook de Internationale Correspondentiemodus opgeven.
• Wanneer u de ontvangers rechtstreeks invoert, kunnen maximaal 100 ontvangers worden geregistreerd voor
E-mailadres, Netwerkmap, FTP/Bureaublad, Internetfax en Fax.
Klik op [Indienen].
13
Klik op [Instellingen inkomende routing] bij [Instellingen Inbound Routing
14
(doorsturen/opslaan)] in "Instellingen (webversie)".
5-78