Inhoudsopgave
Advertenties
BEDIENING VAN HET APPARAAT►TEKENINVOER
TEKENINVOER
TEKENINVOER
NAMEN EN FUNCTIES VAN AANRAAKTOETSEN
Open het aanraaktoetsenbord om de naam van een bestand, programma, map of gebruiker te registreren.
(1)
Tekstinvoergedeelte
Geeft de ingevoerde tekst weer.
(2)
Toets voor geregistreerd woord
Vult de opgeslagen woorden in. U kunt woorden opslaan
in de "Instellingen".
(3)
Toetsenbord
Tik op een toets om tekst in te voeren.
De toetstypen verschillen al naar gelang de
geselecteerde invoermodus.
(4)
[Caps]-toets
Schakelt het alfabet naar hoofdletters. Gebruik deze
toets om een reeks hoofdletters in te geven.
(5)
[Shift]-toets
Schakelt het alfabet naar hoofdletters.
(6)
Keuze Toetsenbord
Verandert de toetsindeling.
(7)
Vooraf ingestelde selecteren
Hiermee kunt u een eerder opgeslagen onderwerp voor
e-mails of vooraf ingestelde tekst gebruiken.
(8)
[Annuleren]-toets
Sluit het aanraaktoetsenbord af.
Het aanraaktoetsenbord dat hier wordt weergegeven, is een afbeelding ter referentie. Er kunnen verschillende toetsen zijn
ingeschakeld afhankelijk van de werkelijke situatie en de omstandigheden waaronder u tekens invoert.
Onderwerp
(1)
(2)
.com
.net
.org
.biz
.info
http://
(3)
(4)
(5)
(6)
Voorkeurse-
lec.
(7)
Annuleren
OK
Tekens
Symbolen
Spatie
AltGr
(13)
(14)
(15)
(9)
[OK] toets
Voltooit de ingevoerde tekens en sluit het
aanraaktoetsenbord af.
(10) [Symbolen]-toets
Schakelt naar andere invoermodi.
(11) Backspace-toets
Om één teken links te wissen.
(12) [Enter]-toets
Zet de omgezette tekens tijdelijk vast of voegt een
regeleinde in.
(13) [Spatie]-toets
Voor het omzetten van de ingevoerde tekens. Met de
toets [Spatie] kunt u een spatie invoegen tussen woorden
wanneer er geen om te zetten tekens zijn opgegeven.
(14) [AltGr]-toets
Om tekens met een accent en speciale symbolen in te
geven.
(15) Cursortoetsen
Voor het verplaatsen van de cursor of voor het wijzigen
van het bereik van het opgegeven conversiedoel.
2-74
(8)
(9)
(10)
(11)
(12)
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
