Inhoudsopgave
Advertenties
Handelwijze bij de functie Vullen met pomp en inspoelen:
• Koppel de zuigslag aan de zuigaansluiting (zie bedieningshandleiding van de spuitmachine).
Aanwijzing: Bij uitrusting met Assistron of Autoset kunnen de beide functies Vullen met pomp en
inspoelen ook door middel van de SMC - box op de spuit worden bediend (zie
hoofdstuk SMC - box).
Bediening op de Flowmaster bedieningseenheid:
Uitgangspositie:
kiezen
3000
kiezen
Auto
Ass.
Man.
• Schakel de aftakas in en laat deze met max. 540 rpm lopen.
Flowmaster FMA + SMC
Hoofdmenu
Hoofdscherm;centrale schakelaar Spuiten op "UIT"
Beeldscherm Vullen,
Functie Vullen met pomp en inspoelen
Op het display verschijnt rechtsboven de nominale inhoud van de hoofdtank
als standaard – vulhoeveelheid. Deze waarde kan indien nodig worden
gewijzigd.
Druk daartoe op pijltjestoets
vulhoeveelheid met behulp van de
de
toets.
Aanwijzing: De nominale inhoud van de hoofdtank kan in de
basisinstellingen van de SMC – box worden geprogrammeerd.
Binnen het Tank – pictogram verschijnt de berekende resterende inhoud van
de tank. Met de berekende resterende inhoud wordt normaal gesproken bij
het vullen rekening gehouden, d.w.z. dat in dit voorbeeld slechts 2900 l
wordt gevuld.
Door "C" te kiezen kan de berekende resterende inhoud indien nodig ook
worden gewist. Dit is bijvoorbeeld zinvol als een grotere resterende inhoud
wordt weergegeven, hoewel de tank geheel is leeg gespoten.
Bij uitrusting met een vulflowmeter kunt u de resterende inhoud aanpassen
door de knoppen "C++" of "C--" in te drukken. Indien u de knoppen langer
dan 2 seconden indrukt, verspringt de waarde met honderdtallen in plaats
van tientallen.
het vulproces wordt geactiveerd:
Bij uitrusting met Autoset (optioneel) worden nu de ventielen A, B, D en E
op het bedieningscentrum van de spuit automatisch op positie "Vullen met
pomp" gezet.
Bij uitrusting met Assistron (optioneel) brandt op de 5-weg-kraan A en B
aan zuig- en perszijde telkens één LED, die de juiste schakelpositie bij het
"Vullen met pomp" weergeeft. De beide 5-weg-kranen A en B moeten
overeenkomstig de LED`s worden ingesteld. De ventielen D en E moeten
gesloten zijn (zie ook tabel 1 op pagina 46).
Bij standaarduitrusting moet 5-weg-kraan A aan zuigzijde op pos. 3
(zuigaansluiting) en 5-weg-kraan B aan perszijde op pos. 1 (injectorbedrijf)
staan. De ventielen D en E moeten gesloten zijn. In deze positie kunnen
tegelijkertijd gewasbeschermingsmiddelen worden ingespoeld (zie ook tabel
1 op pagina 46 resp. bedieningshandleiding van de spuit).
Aanwijzing: Het ventiel C voor injector – snelvulproces moet bij alle
varianten handmatig worden bediend. (zie
bedieningshandleiding van de spuit)
, de getalswaarde knippert. Vul de
en
toetsen in en bevestig met
51
Advertenties
Inhoudsopgave
