Inhoudsopgave
Advertenties
§4.7.6 Functie Schoonwatertank leegmaken
Met behulp van de functie Schoonwatertank leegmaken kan de schoonwatertank via de spuitpomp
en de terugpompaansluiting op het bedieningscentrum worden leeggepompt. Dit is bijvoorbeeld
van belang als er vorst te verwachten is of bij een langere stilstandtijd om algvorming in de
schoonwatertank te voorkomen.
Bij de functie Schoonwatertank leegmaken staat de 5-weg-kraan A aan zuigzijde op pos. 1
(schoonwatertank) en de 5-weg-kraan B aan perszijde op pos. 2 (drukregelaar). Het
teruglooproerwerk wordt uitgeschakeld en ventiel E voor het leegmaken geopend (zie tabel 1 op
pagina 46).
Handelwijze bij de bediening:
Uitgangspositie:
Kies beeldscherm Ventielmanagement.
Kies functie Schoonwatertank leegmaken.
Functie activeren;
Stel bij uitrusting met Assistron de 5-weg-kraan aan zuig- en perszijde A en B telkens
overeenkomstig de LED`s in en open ventiel E voor leegmaken.
• Laat de aftakas met max. 540 rpm lopen.
Functie beëindigen;
Schakel bij uitrusting met Assistron de 5-weg-kraan aan zuig- en perszijde A en B
Ass.
telkens overeenkomstig de LED`s om en sluit ventiel E weer.
Bij standaarduitrusting moeten de beide 5-weg-kranen A en B op positie "Spuiten
Man.
UIT" worden omgeschakeld. Dat betekent: 5-weg-kraan A op pos 2 (hoofdtank) en
5-weg-kraan B op pos 2 (drukregelaar). Sluit ventiel E weer.
Flowmaster FMA + SMC
Hoofdmenu
- Hoofdscherm; centrale schakelaar Spuiten op "UIT"
61
Advertenties
Inhoudsopgave
