§5.3 B
EELDSCHERM
Op het beeldscherm Calibration steer kunnen de potentiometers worden gekalibreerd en kan de
werking van het stuurmechanisme worden aangepast.
Voor het invoeren van de waarden dient het desbetreffende invoerveld door middel van de
pijltjestoetsen
Met behulp van de
Vervolgens dient de invoer door middel van de
(zie ook hoofdstuk Waarden invoeren en wijzigen).
§5.3.1 Kalibratie van de trekboom-/fuseesturing
Opdat het Automatische stuursysteem voor de sturende trekboom/fusee correct
functioneert, is het noodzakelijk dat de middenstand van de besturing correct is
gekalibreerd.
Handelwijze bij het kalibreren:
Zet de trekboom-/fuseesturing op de bedieningseenheid op handmatig bedrijf, druk hiertoe
-
tuimelschakelaar
Rijd met de trekker langzaam rechtdoor en stuur de as/trekboom handmatig zodanig dat de
-
spuitmachine in een absoluut rechte lijn achter de trekker aan loopt.
Kies op het beeldscherm Calibration steer het veld CENTER met behulp van de
-
pijltjestoets
; CENTER knippert.
Bevestig de middenstand door op de
-
pieptonen horen.
Ter bescherming van de trekker, spuitmachine of boom kan het wenselijk zijn om
maximale stuurhoek te beperken.
Handelwijze bij het kalibreren:
Ga eerst naar het beeldscherm Calibration steer
-
Kalibreer de middenstand volgens de bovenstaand beschreven procedure.
-
Zet de trekboom-/fuseesturing op de bedieningseenheid op handmatig bedrijf, druk hiertoe
-
tuimelschakelaar
Terwijl de trekker stil staat: stuur de trekboom/as met behulp van de schakelaar
-
handmatig zodanig dat de gewenste maximale stuuruitslag is bereikt. Houd bij de fuseesturing
rekening met een veiligheidsmarge van enkele centimeters tussen wiel en tank.
Kies op het beeldscherm Calibration steer het veld LIMIT met behulp van de pijltjestoets
-
LIMIT knippert.
Bevestig de maximale stuuruitslag door op de
-
2 korte pieptonen horen.
Flowmaster FMA + SMC
Instellingen- en servicemenu
C
ALIBRATION STEER
gekozen te worden (getalswaarde knippert).
en
toetsen kan de gewenste waarde worden ingesteld.
omlaag.
omlaag.
toets bevestigd te worden.
Middenstand van de fusee-/trekboom-sturing
kalibreren
Maximale stuurhoek instellen
Correctie stuurreactie bij linksom sturen
Correctie stuurreactie bij rechtsom sturen
Dode zone dz van de achterste potentiometer
Dode zone dz van de voorste potentiometer
Vertraging bij trekboom-/fuseesturing
toets te drukken; de bedieningseenheid laat 2 korte
toets te drukken; de bedieningseenheid laat
;
67