de frequentie-omvormer een draaiende motor niet
'opvangen' zonder selectie van DC brake and start.
Beperkingen:
- Een te lage traagheid leidt tot belastingversnelling,
hetgeen gevaarlijk kan zijn of correct 'opvangen'
van een draaiende motor kan verhinderen. Gebruik
in plaats daarvan de gelijkstroomrem.
- Indien de belasting wordt aangedreven, bijvoorbeeld
door een vrij draaiende motor ('windmilling'), kan de
unit uitschakelen als gevolg van overspanning.
- Bij een toerental van minder dan 250 t/min. kan
niet worden ingeschakeld bij een draaiende motor.
451 Snelheid PID feedforward factor
(FEEDFORWARD FACT)
Waarde:
0 - 500 %
Functie:
Deze parameter is alleen actief als de selectie in
parameter 100 Configuration gemaakt is Speed
regulation, closed loop. De FF functie zend een
groter of kleiner gedeelte van het referentiesignaal
uit de PID-controller, zodat de PID-controller alleen
invloed heeft op een deel van het stuursignaal. Elke
verandering van het instelpunt zal dus een rechtstreeks
effect hebben op de motorsnelheid. De FF factor
voorziet in een hoog dynamiciteit bij het veranderen
van het instelpunt en minder overswing.
Beschrijving van de keuze:
De verreiste waarde in % kan worden geselecteerd
in het interval f
- f
MIN
MAX
100 % worden gebruikt als de variaties in het
instelpunt slechts gering zijn.
452 Regelbereik
(PID CONTR. RANGE)
Waarde:
0 - 200 %
Functie:
Deze parameter is alleen actief als de selectie
in parameter 100 Configuration gemaakt is
Speed regulation, closed loop.
Het bereik van de controller range (bandbreedte)
begrenst de uitgang van de PID-controller als
een % van de motorfrequentie f
= fabrieksinstelling. () = display-tekst [] = waarde die gebruikt wordt voor communicatie via de seriële communicatiepoort.
52
100 %
. Waarden boven
10 %
.
M,N
®
VLT
Serie 2800
Beschrijving van de keuze:
De vereiste waarde in % kan worden geselecteerd voor
de motorfrequentie f
beperkt wordt, zullen de snelheidsveranderingen
kleiner zijn bij de aanvankelijke afstelling.
456 Remspanning vermindering
(BRAKE VOL REDUCE)
Waarde:
0 - 25 V indien 200 V apparatuur
0 - 50 V indien 400 V apparatuur
Functie:
De gebruiker stelt de spanning in bij welk niveau de
remweerstand verminderd wordt. Dit is alleen actief
wanneer weerstand in parameter 400 is geselecteerd.
Beschrijving van de keuze:
Hoe groter de reductiewaarde, hoe sneller de reactie
naar een generatoroverbelasting toeneemt. Dit zou
alleen gebruikt mogen worden als er problemen zijn
met betrekking tot overspanning in de tussenkring.
NB!:
Parametergroepen 500 Seriële communicatie
en 600 Servicefuncties zijn niet opgenomen
in deze handleiding. Neem contact op met
Danfoss en vraag naar de VLT 2800 Design Guide.
MG.28.A7.10 - VLT is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
. Als het bereik van de controller
M,N
0
0