en de aardcapaciteitsstromen te reduceren
(volgens IEC 61800-3).
NB!:
De RFI-schakelaar mag niet worden bediend
wanneer de eenheid op het net is aangesloten.
Zorg dat de netvoeding is uitgeschakeld
voordat u de RFI-schakelaar gebruikt.
NB!:
De RFI-schakelaar schakelt de condensatoren
galvanisch vanaf aarde uit.
De schakelaar Mk9, naast klem 96, moet worden
verwijderd om af te koppelen van het RFI-filter.
De RFI-schakelaar is alleen verkrijgbaar bij
VLT 2880-2882.
Draairichting van de motor
De fabrieksinstelling zorgt voor kloksgewijze
draaiing als de uitgang van de frequentie-omvormer
als volgt is aangesloten:
Klem 96 aangesloten op U-fase.
Klem 97 aangesloten op V-fase.
Klem 98 aangesloten op W-fase.
De draairichting kan worden gewijzigd door twee
fasen op de motorklemmen te verwisselen.
MG.28.A7.10 - VLT is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
®
VLT
Serie 2800
Parallelle aansluiting van motoren
De frequentieomvormer kan meerdere, parallel
aangesloten motoren besturen. Indien de motoren
verschillende snelheden hebben, dienen ze
verschillende nominale snelheden te hebben.
De motorsnelheid wordt simultaan gewijzigd,
hetgeen betekent dat de verhouding tussen de
nominale motorsnelheden in het gehele bereik
gehandhaafd blijft. De totale stroom die door de
motoren wordt opgenomen mag niet groter zijn
dan de maximale nominale uitgangsstroom I
van de VLT frequentieomvormer.
Als de motorvermogens sterk verschillen, kunnen
er bij de start en bij lage snelheden problemen
optreden. Dit wordt veroorzaakt doordat kleine
motoren een relatief grote ohmse weerstand in de
stator hebben, waardoor deze bij de start en bij lage
snelheid een hogere spanning vereisen.
In systemen waar motoren parallel werken, kan
het elektronische thermische relais (ETR) van
de frequentieomvormer niet worden gebruikt als
motorbeveiliging voor de afzonderlijke motor.
Daarom dienen extra motorbeveiligingen te worden
toegepast, bijvoorbeeld thermistors in iedere motor
of een apart thermisch relais. (Stroomonderbrekers
zijn niet geschikt als beveiliging).
NB!:
Parameter 107 Automatische aanpassing aan
de motor, AMA kan niet worden gebruikt
wanneer de motoren parallel zijn geschakeld.
Parameter 101 Koppelkarakteristiek moet op Speciale
motorkarakteristieken [8] worden ingesteld wanneer
de motoren parallel zijn geschakeld.
Motorkabels
Zie de Technische gegevens voor de juiste
kabeldoorsnede en -lengte. Houd u altijd
INV
61