1. Om de rolbeugel omlaag te klappen verwijdert u
de R-pennen en de 2 pennen
1. Pen (2)
2. Klap de rolbeugel omlaag.
3. Plaats de 2 pennen en zet deze vast met de
R-pennen.
Belangrijk:
Zorg ervoor dat de stoel
bevestigd is met de stoelvergrendeling.
4. Om de rolbeugel omhoog te klappen, moet
u de R-pennen losmaken en de 2 pennen
verwijderen.
5. Klap de rolbeugel omhoog, plaats de 2 pennen
en zet deze vast met de R-pennen
Belangrijk:
Doe altijd de veiligheidsgordel om als
de rolbeugel omhoog is geklapt en is vergrendeld.
Doe de veiligheidsgordel niet om als de rolbeugel
omlaag is geklapt.
De machine duwen of
slepen
In noodgevallen kan u de machine vooruit bewegen
door de omloopklep in de regelbare hydraulische
pomp in werking te stellen en de machine te duwen
of te slepen.
Belangrijk:
U mag de machine niet sneller dan 3
tot 4,8 km per uur duwen of slepen omdat anders
de transmissie inwendig kan worden beschadigd.
De omloopkleppen moeten open zijn als de
machine wordt geduwd of gesleept.
1. Zet de stoel omhoog.
Opmerking:
De omloopkleppen bevinden zich
onder de voorzijde van de brandstoftank
30).
(Figuur
29).
Figuur 29
2. R-pen (2)
Opmerking:
u de stand van de kleppen verandert.
2. Draai de omloopkleppen 3 slagen linksom om
deze te openen en de olie inwendig om te laten
leiden.
Opmerking:
Omdat de vloeistof wordt omgeleid, kunt u de
machine langzaam voortbewegen zonder dat de
transmissie wordt beschadigd.
3. Sluit de omloopkleppen voordat u de motor start.
Aandraaien tot 70 N·m om de klep te sluiten.
g020449
1. Omloopklep (2)
Belangrijk:
moet worden geduwd of gesleept, moet
u ook zorgen voor een omleiding langs
de afsluitklep in het verdeelstuk van de
vierwielaandrijving. Sluit om de controleklep
te passeren een slang (onderdeelnr. 95-8843),
2 koppelingfittingen (onderdeelnr. 95-0985)
en 2 hydraulische fittingen (onderdeelnr.
340-77) aan op de testaansluiting voor de
achterwaartse tractiedruk op de hydrostaat,
en op de aansluiting tussen de aansluitingen
M8 en P2 van de achterste tractieverdeler,
die zich achter het voorwiel bevindt.
Opkrikpunten
WAARSCHUWING
Ondersteun de machine altijd met assteunen.
Vertrouw niet op een takel of krik of om de
machine opgetild te houden.
(Figuur
Er zitten opkrikpunten aan de voorzijde en de
achterzijde van de machine.
38
Stel de parkeerrem in werking als
Niet meer dan 3 slagen openen.
Figuur 30
Als de machine achteruit
g020454