COM4 CompactLine-units
11 Verhelpen van storingen
Storing
(A) Regelingsfout
(B) Relais [KA] of vermo-
gensbescherming [KM] niet
in werking
FläktGroup DC-2016-0104-NL 2018-09/R4 • Onder voorbehoud van wijzigingen
Opgelet!
Het verhelpen van storingen en uitvoering van reparaties mogen uitsluitend door
gekwalificeerd technisch personeel geschieden. Deze dienen op basis van de
genoten vaktechnische opleiding en ervaring over voldoende kennis te beschik-
ken van de relevante ongevallenpreventievoorschriften en de overige algemeen
erkende veiligheidstechnische en arbeidsmedische regelgeving.
De gevarieerdheid van de inbouwcomponenten en speciale uitvoeringen maken het
onmogelijk, een eenvoudig schema voor storingsdetectie en ontstoringshulp aan te
bieden.
•
Wend u voor de uitvoering van onderhoud of reparaties derhalve uitsluitend tot uw
leverancier.
Mogelijke storingsoorzaak
1. Geen netwerk of storing van de toe-
voerfase.
2. Veiligheidsschakelaar trafo geacti-
veerd
3. Zekering van de 24 V AC voedings-
spanning beschadigd.
4. Probleem met het stuurstroom-cir-
cuitrelais
5. Externe regeling.
1. Geen spanning van de batterij
2. Defecte batterij.
3. Defecte/geactiveerde overbelasting.
Verhelpen van storingen
Maatregel
Elke fase en alle veiligheidsschakelaars/-zekeringen tus-
sen unit en voeding van het gebouw controleren, resetten
en indien veiligheidsschakelaar opnieuw geactiveerd, fout
zoeken. Oorzaak kan een losse kabel of een beschadigde
wikkeling tegen aarde zijn. Zoek de oorzaak van de be-
schadigde zekering. Indien geslaagd, zekering vervan-
gen.
Indien er zich andere componenten zoals veiligheids-
schakelaar/-zekeringen tussen unit en voeding bevinden,
controleer deze en indien nodig, resetten en indien veilig-
heidsschakelaar opnieuw geactiveerd wordt, de fout zoe-
ken. Oorzaak kan een losse kabel of een beschadigde
wikkeling tegen aarde zijn. Zoek de oorzaak van de be-
schadigde zekering. Indien fout gevonden, zekering ver-
vangen.
Een externe regelaar kan een bepaalde invloed op de re-
geling hebben. Controleren a.d.h.v. schema.
(a) 24 V AC spanning en de zekering van de regelaar con-
troleren.
(b) De stuurbedrading naar de batterij controleren.
Controleren en deel vervangen.
Controleren indien geactiveerd. Indien defect, deel ver-
vangen.
89