VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►HET ORIGINEEL PLAATSEN
AUTOMATISCHE
DOCUMENTINVOEREENHEID
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u originelen in de automatische documentinvoereenheid plaatst.
• Plaats originelen van verschillend formaat zo nodig tezamen in de automatische documentinvoereenheid. Gebruik in
dat geval de functie "Overige" in elke modus om [Origineel gem. form.] in te stellen.
• Zie de volgende pagina's voor de combinaties van documentformaten die kunnen worden geladen.
Kopiëren:
ORIGINELEN VAN VERSCHILLEND FORMAAT SCANNEN (ORIGINEEL MET GEMENGDE
FORMATEN) (pagina 3-108)
Fax/Scanner:
ORIGINELEN VAN VERSCHILLEND FORMAAT SCANNEN (ORIGINEEL MET GEMENGDE
FORMATEN) (pagina 6-110)
B5 (5-1/2" x 8-1/2")
A4 (8-1/2" x 11")
• Verwijder alle aanwezige nietjes of paperclips voordat u originelen in de documentinvoerlade plaatst.
• Als de originelen vochtige plekken vertonen door toepassing van correctievloeistof, inkt of lijm moet u wachten totdat
de originelen zijn gedroogd voordat u kopieën maakt. Als u dit niet doet, kan de binnenkant van het apparaat of de
glasplaat bevuild raken.
• Gebruik de volgende originelen niet. Dit zou kunnen leiden tot onjuiste detectie van het formaat van het origineel, het
vastlopen van originelen en vlekken. Transparanten of ander transparant materiaal voor extra kopieën,
overtrekpapier, carbonpapier, thermisch papier of originelen die zijn afgedrukt met een thermische printer mogen niet
via de documentinvoereenheid worden geladen. Originelen die in de invoereenheid worden geplaatst, mogen niet
beschadigd, gekreukt, gevouwen of losjes aan elkaar geplakt zijn en mogen geen uitgeknipte gaten bevatten.
Originelen met meer dan de gebruikelijke twee of drie perforatiegaten worden mogelijk niet goed ingevoerd.
• Visitekaartjes worden mogelijk niet op de juiste wijze gescand afhankelijk van de staat, het materiaal, de vorm en de
gebruikte verwerkingsmethode. (Visitekaartjes kunnen in de automatische documentinvoereenheid van de
BP-55C26/BP-70C31/BP-70C36/BP-70C45/BP-70C55/BP-70C65 worden geplaatst.)
• Plaats originelen met twee of drie perforaties zo dat de geperforeerde zijde zich niet aan de kant van de
invoeropening van de documentinvoerlade bevindt. Geef bij [Origineel] de stand van het geplaatste origineel op.
Invoersleuf
• Afhankelijk van de staat van het origineel, het type papier, en de temperatuur en vochtigheid van de omgeving waarin
het apparaat wordt gebruikt, kunnen meerdere vellen papier tegelijk worden geladen en kunnen ze mogelijk niet op de
juiste wijze worden gescand, of kunnen de uitgeworpen originelen mogelijk niet netjes uitgelijnd zijn.
Dit kan worden verbeterd door de volgende instellingen.
•Voor kopiëren: Stel de resolutie in op 600x600dpi
•Voor verzending van scans: gebruik "Voorbeeld"
• Wanneer het document in de origineeluitvoerlade op de automatische documentinvoereenheid rolt, maak de
papierbevestigingsarm dan in het midden vast aan de bovenkant.
Posities van
openingen
1-38