6.5.2 Modbus
Modbus instellen
Er kunnen verschillende Solvis-producten met een
Modbus op de systeemregelaar SolvisControl 3 worden
aangesloten. De overdracht moet eventueel als volgt
worden geactiveerd:
1. Naar het "INSTALLATEURMENU" omschakelen.
2. Menupunt "OVERIG" selecteren.
3. "Modbus" selecteren.
4. Apparaat selecteren.
alleen SolvisMax/Ben met SolvisLea/SolvisLea Eco
Deze waarden niet wijzigen, a.u.b.
Deze waarden worden door SolvisLea aangegeven en mo-
gen niet worden aangepast, maar alleen worden gecontro-
leerd:
• "Adres": het adres van de poort: „101"
SOLVIS BAL-SBSX-3-I-NL · Technische wijzigingen voorbehouden · 32446-3a
• "Parity": de pariteit van de gegevens: „even"
• "Overdrachtssnelheid": instelling van de baudrate op
"19200" laten staan.
alleen SolvisMax/Ben met registratie van warmtehoe-
veelheid
De communicatie via de Modbus is bij de registratie van de
warmtehoeveelheid standaard gedeactiveerd en moet na
de aansluiting van de betreffende componenten worden
geactiveerd.
5. Het Modbus-adres naast "Warmtehoeveelheid VC"
van "Uit" op "11" zetten.
Het Modbus-adres 11 is gereserveerd voor de registratie-
set warmtehoeveelheid. Met behulp van een DIP-
schakelaar op de printplaat van de elektronicabox kunnen
echter ook de adressen 12 en 13 worden geselecteerd.
Controle van de tellerstand
Als de communicatie door de instelling van een Modbus-
adres geactiveerd is, wordt de tellerstand van de printplaat
opgevraagd. Als aanwijzing verschijnt op het display van de
SC-3 de uitgelezen tellerstand.
Als deze niet plausibel is, moet de stand in het tellers-
tandmenu worden gereset en daarmee op nul worden
gezet, zie
hoofdstuk "Resetten van de tellers", pag. 43.
alleen SolvisMax/Ben met SolvisTim (PV2Heat)
Geavanceerde instellingen uitvoeren
1. Via de buttons "Overige" => "Modbus" => "PV2Heat
(RTU 2)" naar het instellingmenu navigeren.
Het menu "PV2Heat" verschijnt.
6 Instellingen
41