Instellingen
Externe kamerthermostaat
Tabel 15 Schema van het menu instellingen voor koelmodus
De volgende punten zijn in het menu diagnose/bewaking te vinden:
Temperatuur
Uitgangen
Tabel 16 Schema van het menu diagnose/bewaking van de koeling
11.3
Circulatiepompen
Broncircuitpomp G3 actief met koeling
Fabrieksinstellingen
Alternatief
Tabel 17 G3 in koelmodus
▶ De fabrieksinstellingen niet veranderen.
11.4
Koelcircuit 1
De instellingen voor koelunit worden onder het punt primair koelsysteem
in het submenu koelcircuit 1 uitgevoerd. De hier beschreven instellingen
omvatten ook cv-groep E31 van de in afb. 11 getoonde systeemoplos-
singen.
Koelmodus
In zomerbedrijf wordt de koelmodus uitgeschakeld, zodra de buitentem-
peratuur de instelwaarde overschrijdt, de geprogrammeerde vertra-
gingstijd voor koelen/verwarmen is afgelopen en, indien een
kamertemperatuursensor is aangesloten, de kamertemperatuur in de
cv-groep de instelwaarde met de helft van het schakelverschil (hystere-
sis) overschrijdt (zie instellingen onder).
In winterbedrijf is de koelmodus actief, wanneer de optie koeling in win-
terbedrijf toegestaan is ingesteld op ja. In dat geval is het de kamertem-
peratuursensor, die de koelmodus aanstuurt, voor zover een
kamertemperatuursensor is aangesloten. Anders gebruikt de koeling de
ingestelde gewenste waarde.
Primair koelsysteem
De instellingen gelden voor de koelunit (en cv-groep E31 van de in
afb. 11 getoonde systeemoplossingen).
Koeling in winterbedrijf toegestaan
Fabrieksinstellingen
Alternatief
Tabel 18 Koeling in winterbedrijf toegestaan
De optie ja werkt alleen in systemen, waarbinnen het koel- en het verwar-
mingscircuit zijn gescheiden. Zie de systeemoplossingen in afb. 11.
Vloerverwarmingen met regelaarverdeler kunnen deze functie niet ge-
bruiken. Hier moet de optie nee worden gekozen.
Grenswaarde van de buitentemperatuur voor de koeling
Fabrieksinstellingen
Minimale waarde
Maximale waarde
Tabel 19 Grenswaarde van de buitentemperatuur voor de koeling
22
Externe ingang van het primaire koelsysteem
Externe ingang cv-groep 3- 4
Temperatuursensor weergeven en corrigeren
Duur van de werkingscontrole
Nee
Ja/Nee
Nee
Ja/Nee
21,0 °C
0,0 °C
35,0 °C
Ingang omkeren
Koeling blokkeren
Koeling bij ingreep vochtbewaking blokkeren
Ingang omkeren
Verwarming blokkeren
Koeling blokkeren
Omgevingstemperatuur
De status van de circulatiepompoen, 3-wegklep-
pen, mengventielen enz. wordt getoond.
Het menu wordt alleen getoond, wanneer voor koeling in winterbedrijf
toegestaan nee is gekozen.
Kamertemperatuursensor
Fabrieksinstellingen
Alternatief
Tabel 20 Kamertemperatuursensor primair koelsysteem
▶ Het alternatief E11.TT kiezen, wanneer de kamertemperatuursensor
van de op de warmtepomp aangesloten ongemengde groep moet
worden gebruikt. E11.TT moet worden gekozen, wanneer dezelfde
sensor voor verwarmen/koelen moet worden gebruikt.
▶ Het alternatief E31.TT kiezen, wanneer de op de koelunit aangeslo-
ten kamertemperatuursensor moet worden gebruikt. E31.TT moet
worden gebruikt, wanneer alleen de koeling moet worden geregeld.
▶ Het alternatief Geen kiezen, wanneer geen kamertemperatuursensor
moet worden gebruikt.
Het gebruik van de kamertemperatuursensor, die op de koelunit of de
warmtepomp is aangesloten, optimaliseert de temperatuurregeling van
het koel- en cv-bedrijf.
Kamertemperatuur
Fabrieksinstellingen
Minimale waarde
Maximale waarde
Tabel 21 Omgevingstemperatuur
Het menu wordt alleen getoond, wanneer de optie E31.TT voor de ka-
mertemperatuursensor is gekozen. Het menu voor de instellingen van
E11.TT, voor zover gebruikt, bevindt zich onder cv-groep 1.
Omgevingstemperatuurvariaties in koelmodus
Fabrieksinstellingen
Minimale waarde
Maximale waarde
Tabel 22 Omgevingstemperatuurvariaties in koelmodus
Het menu wordt alleen getoond, wanneer de optie E11.TT voor de ka-
mertemperatuursensor is gekozen.
Met deze functie wordt de gewenste kamertemperatuur (fabrieksinstel-
ling +2 K) aangepast, om in koelmodus een aangenaam ruimteklimaat te
waarborgen.
Schakelvertraging koelen/verwarmen
Fabrieksinstellingen
Minimale waarde
Maximale waarde
Tabel 23 Schakelvertraging koelen/verwarmen
Geen
Geen/E11.TT/E31.TT
20,0 °C
10,0 °C
35,0 °C
2,0 K
-5,0 K
5,0 K
8 h
1 h
48 h
PKSt-1 – 6721849498 (2022/05)