Inhoudsopgave
Advertenties
12
Fabrieksinstellingen
12.1
Fabrieksinstellingen
Servicemenu 0 = klant, 1 = installateur
Instellingen voor koelmo-
dus
cv-pomp
Circulatiepompen
Installatie
Geen instelling voor koeling
Cv-groep 1
Geen instelling voor koeling
Koelcircuit 1
Primair koelsysteem
Cv-groep 2
Geen instelling voor koelmo-
dus
Tabel 45 Fabrieksinstellingen voor koelmodus
13
Alarmfuncties
De titel bevat de tekst van het alarm.
13.1
Verbinding met I/O-kaart x controleren
Beschrijving van de werking: afhankelijk van het type kaart. Voorwaar-
den voor het resetten: de communicatie met de kaart is opnieuw inge-
steld. Categorie: M. Licht/alarm-zoemer: nee. Opnieuw starten:
bediening verplicht.
13.2
Storing van de dauwpuntsensor E1x.TM
Beschrijving van de werking: wordt geactiveerd, wanneer de 0-10 V-
spanning voor de temperatuur tot onder 0,5 V afneemt of hoger wordt
dan 8 V. Wordt ook geactiveerd, wanneer de 0-10 V-spanning voor de
luchtvochtigheid tot onder 0,5 V afneemt of hoger wordt dan 9,8 V.
De koelmodus van het actuele mengventiel is onderbroken. Dit alarm kan
na een stroomuitval optreden, de oorzaak verdwijnt echter normaal ge-
sproken weer vanzelf. Het alarm hoeft daarom alleen maar te worden
bevestigd.
Voorwaarden voor het resetten: de waarde van de temperatuursensor
ligt tussen 1 V en 7 V en de waarde van de vochtsensor tussen 1 V en
9,7 V.
Categorie: G.
Licht/alarmzoemer: ja.
Opnieuw starten: automatisch na oplossen van de oorzaak.
PKSt-1 – 6721849498 (2022/05)
Broncircuitpomp G3 actief met koeling
Koeling in winterbedrijf toegestaan
Grenswaarde van de buitentemperatuur voor de koeling
Kamertemperatuursensor
Omgevingstemperatuur
Omgevingstemperatuurvariaties in koelmodus
Schakelvertraging koelen/verwarmen
Schakelverschil (hysteresis) kamertemperatuur
Vorstbeveiligingssensor T32 bevestigen
Aanvoertemperatuursensor
Dauwpuntsensor geïnstalleerd
Veiligheidstolerantie dauwpunt T1 aanvoer
Minimale gewenste waarde T1 aanvoer met koeling
• Met dauwpuntsensor
• Zonder dauwpuntsensor
Instellingen van de verwarmingsregelaar:
• Constante P
• Constante I
• Constante D
• Minimaal PID-signaal
• Maximaal PID-signaal
• Looptijd van het mengventiel
13.3
Onderbreking aan sensor E31.T32 vorstbescher-
ming koeling
Beschrijving van de werking: wordt geactiveerd, wanneer de sensor-
waarde een temperatuur onder -10 °C weergeeft. De sensor wordt voor
de koeling in het broncircuit gebruikt en voorkomt het bevriezen van de
warmtewisselaar. Het mengventiel van het broncircuit wordt gesloten.
Voorwaarden voor het resetten: de waarde van de temperatuursensor
is > -10 °C.
Categorie: G.
Licht/alarmzoemer: ja.
Opnieuw starten: automatisch na oplossen van de oorzaak.
13.4
Kortsluiting aan sensor E31.T32 vorstbescherming
koeling
Beschrijving van de werking: wordt geactiveerd, wanneer de sensor-
waarde een temperatuur boven 30 °C weergeeft. De sensor wordt voor
de koeling in het broncircuit gebruikt en voorkomt het bevriezen van de
warmtewisselaar. Het mengventiel van het broncircuit wordt gesloten.
Voorwaarden voor het resetten: de waarde van de sensor is< 30 °C.
Categorie: G.
Licht/alarmzoemer: ja.
Opnieuw starten: automatisch na oplossen van de oorzaak.
Fabrieksinstellingen
Fabrieksinstel-
Niveau
lingen
Nee
1
Nee
1
21 °C
1
Geen
1
20 °C
1
2,0 K
1
8 h
1
1,0 K
1
(Auto)
1
E31.T31
1
Nee
1
2,0 K
1
10 ºC
1
17 ºC
1
1
1
1
1
1
1
25
Advertenties
Inhoudsopgave
