Advertenties
DISPLAYS EN METERS
1
7
Toerenteller 1 (tr/min x 1 000)
Snelheidsmeter 5 (km/h of mph)
Boordcomputer 2
De parameters van de reis en de waar-
schuwingsboodschappen worden weer-
gegeven bij 2. Raadpleeg de paragraaf
"Boordcomputer" in hoofdstuk 1.
1.52
2
6
5
Koelvloeistof temperatuurmeter 7
Bij normaal gebruik blijft de wijzer voor het
gebied 6. Bij "intensief" gebruik kan deze het
gebied 6 naderen. Er is pas een waarschu-
wing als het waarschuwingslampje
brandt, in combinatie met het waarschu-
wingslampje
een bericht op het instrumentenpaneel en
een piep.
Brandstofpeilmeter 3
Als het peil laag is, brandt het in de meter
geïntegreerde waarschuwingslampje 4. Ga
zo snel mogelijk tanken. Er is nog ongeveer
8 liter brandstof vanaf de eerste keer op-
lichten van het waarschuwingslampje. Het
bruikbare brandstofpeil is nog lager dan dit
getal. Naargelang de stand van de auto en
de rij-omstandigheden, kan het gebeuren
dat het brandstofpeil niet correct wordt aan-
4
3
®
Ô
op het display 2, met
gegeven of dat het waarschuwingslampje
niet systematisch gaat branden.
Weergave van de ingeschakelde
versnelling
De ingeschakelde versnelling wordt weer-
gegeven op het display 2. Raadpleeg
voor meer bijzonderheden de paragraaf
"Automatische transmissie" in hoofdstuk 2.
Weergave van het openen/sluiten van de
portieren
Als een portier of de achterklep open of niet
goed gesloten is, waarschuwt het display 2
u.
Stilstaande motor, als u drukt op knop
voor het starten/stoppen van de motor
tijdens het tanken, kan het nieuwe
brandstofpeil niet correct zijn aangege-
ven op de brandstofpeilmeter 3.
Advertenties
Hoofdstukken
