De inkeping boven in de kaart of beugel om de kaartgeleider past.
l
KENNISGEVING:
Geleid geen kabels van kaarten over de kaarten. Kabels die over de kaarten zijn geleid, kunnen er voor zorgen dat de
computerkap niet goed sluit of dat er schade aan de apparatuur ontstaat.
7. Vergrendel eventuele andere kaarten door het vergrendelingsmechanisme te sluiten en op zijn plaats te klikken.
8. Voer de procedure
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
9. Verwijder het stuurprogramma van de kaart. Raadpleeg de documentatie die met de kaart is geleverd voor instructies.
10. Ga als volgt te werk als u een geluidskaart hebt verwijderd:
a. Ga naar het System Setup-programma, selecteer Integrated Audio (Geïntegreerde audio) uit de groep Onboard Devices (Ingebouwde
apparatuur) en verander de instelling in On (Aan) (zie de Dell™-technologiehandleiding).
b. Sluit externe audioapparaten aan op de audioconnectoren op het achterpaneel van de computer.
KENNISGEVING:
Als u een netwerkkabel wilt aansluiten, sluit u de kabel eerst aan op de netwerkaansluiting of het netwerkapparaat en sluit u de
kabel vervolgens aan op de computer.
OPMERKING:
Raadpleeg de kaartdocumentatie voor informatie over de kabelaansluitingen van de kaart.
11. Ga als volgt te werk als u een netwerkadapterkaartconnector hebt verwijderd:
a. Ga naar het System Setup-programma, selecteer Integrated NIC (Geïntegreerde netwerkadapter) uit de groep Onboard Devices (Ingebouwde
apparatuur) en verander de instelling in On (Aan) (zie de Dell™-technologiehandleiding).
b. Sluit de netwerkkabel aan op de ingebouwde netwerkconnector het achterpaneel van de computer.
PCIe- en DVI-kaarten
De computer ondersteunt één staande PCIe x16-kaart.
Als u een PCIe-kaart vervangt door een ander type PCIe-kaart, verwijdert u het huidige stuurprogramma voor de kaart uit het besturingssysteem. Raadpleeg
de documentatie die met de kaart is geleverd voor informatie.
Een PCIe x16-kaart of DVI-kaart installeren
1. Voer de procedure
Voordat u aan de computer gaat werken
OPMERKING:
Zie voor PCI-kaartlocaties
2. Duw voorzichtig aan de binnenkant van het kaartvergrendelingsmechanisme op het ontgrendelingslipje om de vergrendeling open te kantelen.
3. Als u een nieuwe PCIe x16- of DVI-kaart installeert, verwijdert u de vulbeugel om een kaartsleufopening te maken. Ga dan verder met
4. Als u een PCIe x16- of DVI-kaart vervangt, verwijdert u de kaart (zie
van alle op de kaart aangesloten kabels. Ga dan verder met stap 5.
5. Maak de kaart klaar voor installatie.
LET OP:
Sommige netwerkadapters starten de computer automatisch op wanneer ze zijn verbonden met een netwerk. Haal de stekker van de
computer uit het stopcontact voordat u een kaart installeert om u te beschermen tegen elektrische schokken.
OPMERKING:
Raadpleeg de documentatie die bij de kaart werd geleverd voor informatie over de configuratie van de kaart, interne aansluitingen
of aanpassingen voor uw computer.
6. Plaats de kaart in de connector en druk de kaart stevig aan. Controleer of de kaart volledig in de sleuf is geplaatst.
uit.
uit.
Onderdelen van de
systeemkaart.
Een PCIe x16-kaart of DVI-kaart
stap
verwijderen). Verwijder indien nodig de stekkers
4.