9.8.4
Kalibratie van de meetcomponent H
8018015/AE00/V3-0/2019-10 | SICK
Wijzigingen en correcties voorbehouden
2
Deze informatie geldt alleen voor S700 met de meetcomponent H
component H2O", blz.
Bijzonderheden van de H
Het nulgas moet "droog" zijn. Bij systemen met meetgaskoeler mag het nulgas niet door
●
de meetgaskoeler stromen.
Passend testgas is niet verkrijgbaar in drukflessen; het moet "ter plaatse" worden ver-
●
vaardigd.
Als de H
O-meetwaarde alleen voor de interne kruisgevoeligheidscompensatie wordt
●
2
gebruikt
(zie "Kruisgevoeligheids- en draaggascompensatie", blz.
de nauwkeurigheid aanzienlijk geringer – zie de volgende aanwijzing.
Vergemakkelijking bij H
2
Als de H
O-meetwaarde alleen voor de interne kruisgevoeligheidscompensatie wordt
2
gebruikt, hoeft deze niet zo nauwkeurig te zijn als de overige meetwaarden. Dit heeft de vol-
gende vergemakkelijkende gevolgen:
Voor H
O-kalibraties kunt u een veel langere tijdsafstand kiezen dan voor normale routi-
●
2
nekalibraties. Richtwaarde: 1 jaar.
Het nulgas hoeft niet absoluut "droog" te zijn. Kleine resterende hoeveelheden H
●
het nulgas zijn tolerabel (≤ 500 ppm H
De ingestelde streefwaarde voor het H
●
ele waarde te voldoen – het is voldoende als u een streefwaarde instelt die "ongeveer"
klopt. Een beslissend criterium is dat de fysische condities in de gastoevoer tijdens de
meting en bij de H
O-kalibratie identiek zijn en tijdens het bedrijf constant blijven; dit
2
geldt in het bijzonder voor meetgaskoelers.
Nulgas voor de H
O-kalibratie
2
Het nulgas voor de H
O-kalibratie mag geen H
2
aan deze voorwaarde te voldoen, moet u het nulgas uit een drukfles direct de gasanalysator
in laten stromen en niet door een meetgaskoeler. Misschien kunt u te dien einde een by-
passleiding gebruiken (installatie-aanwijzingen
voer", blz.
37). Als u atmosferische lucht als nulgas gebruikt, moet u de lucht vóór het toe-
voeren drogen (methoden
blz.
154).
Testgas voor de H
O-kalibratie
2
Zo vervaardigt u testgas voor een H
Laat stikstof (nulgas) door water stromen – bijv. door een wasfles of een vat met in water
1
gedrenkte watten. Watertemperatuur: 15 ... 30°C (kamertemperatuur).
Laat het met waterdamp verzadigde gas door een meetgaskoeler stromen (koelertempe-
2
ratuur: 2 ... 6°C). Nadat het gas door de meetgaskoeler is gestroomd, stemt het H
gehalte van het gas overeen met de stoomdruk bij de koelertemperatuur
blz.
153). – Voer dit gas tijdens de H
O
198).
O-kalibratie
2
O-kruisgevoeligheidscompensatie
O).
2
O-testgas hoeft niet exact aan de fysische actu-
2
O bevatten – het moet dus "droog" zijn. Om
2
zie "Projectplanning van de meetgastoe-
zie "Kalibratie van de kruisgevoeligheidscompensaties (optie)",
O-gevoeligheidskalibratie
2
O-gevoeligheidskalibratie toe.
2
KALIBRATIE
O (zie ook
2
26), zijn de eisen aan
(zie afb. 22, blz.
152):
(zie Tabel 12,
G E B R U I K S A A N W I J Z I N G | S700
9
"Meet-
O in
2
O-
2
151