16.4.3
Kalibraties met een meetgaskoeler
8018015/AE00/V3-0/2019-10 | SICK
Wijzigingen en correcties voorbehouden
Correct kalibreren met "interne H
Als de S700 met de optie "interne H
kalibratiegassen door de meetgaskoeler stromen voordat deze in de gasanalysator terecht-
komen (tot voorbeeld dienend stromingsschema
De enige uitzonderingen op deze regel zijn te vinden bij
– de nulpuntkalibratie van de meetcomponent H
nent H2O", blz.
151).
– de kalibratie van de kruisgevoeligheidscompensaties
ligheidscompensaties (optie)", blz.
Gevolgen van "vochtige" kalibratiegassen
Bij deze methode laat u de kalibratiegassen – zoals het meetgas – door de meetgaskoeler
stromen voordat deze in de gasanalysator terechtkomen.
Hierdoor worden de kalibratiegassen in de meetgaskoeler net zo veranderd als het meet-
gas. Voordeel: de actuele invloed van de meetgaskoeler wordt fysisch geregistreerd en bij
de kalibratie meegerekend; ook de invloed op H
voorhanden) wordt op deze fysische wijze in aanmerking genomen.
Deze methode heeft ook nadelen:
– Omdat de fysische condities in de meetgaskoeler niet exact constant zijn, zijn ook de
resultaten van afzonderlijke kalibraties niet precies gelijk. Derhalve kunt u de drift van de
gasanalysator niet beoordelen door de testwaarden van afzonderlijke kalibraties direct
met elkaar te vergelijken.
– Omdat kalibratiegassen uit drukflessen nagenoeg geen H
koeler in de loop van een lange kalibratieprocedure uitdrogen. Dit zou het voordeel van
deze methode tenietdoen (tegenmaatregel
blz.
200).
Gevolgen van "droge" kalibratiegassen
Als de kalibratiegassen direct in de gasanalysator worden geleid zonder van tevoren door de
meetgaskoeler te stromen, worden de resultaten van de afzonderlijke kalibraties reprodu-
ceerbaar. Zo kunt u bijv. de drift van de gasanalysator volgen.
Nadeel van deze methode: bij de kalibraties wordt geen rekening gehouden met de invloed
van de meetgaskoeler. Mogelijkerwijs is het nodig om de invloed van de meetgaskoeler
kwantitatief te bepalen. Voer hiervoor metingen uit, waarbij u in plaats van het meetgas
kalibratiegassen gebruikt. Voer de kalibratiegassen een keer direct toe (zoals bij de kalibra-
tie) en een keer door de meetgaskoeler (zoals het meetgas). Houd rekening met de ver-
schillen in het meetbedrijf. Het is raadzaam om deze vergelijkingsmetingen regelmatig te
herhalen.
SPECIALE AANWIJZINGEN
O-kruisgevoeligheidscompensatie"
2
O-kruisgevoeligheidscompensatie" werkt, moeten alle
2
zie afb. 3, blz.
O
(zie "Kalibratie van de meetcompo-
2
(zie "Kalibratie van de kruisgevoe-
154).
O-kruisgevoeligheidseffecten (voor zover
2
zie "Stooreffecten met een meetgaskoeler",
G E B R U I K S A A N W I J Z I N G | S700
37).
O bevatten, kan de meetgas-
2
16
201