Inhoudsopgave
Advertenties
9
KALIBRATIE
9.8.5
Kalibratie van de kruisgevoeligheidscompensaties (optie)
154
G E B R U I K S A A N W I J Z I N G | S700
Deze informatie geldt alleen voor S700 met de optie "interne kruisgevoeligheidscom-
pensatie"
(zie "Kruisgevoeligheids- en draaggascompensatie", blz.
Functie
Terwijl bij de gebruikelijke kalibraties alleen nulpunt en gevoeligheid van de meetcompo-
nenten worden gekalibreerd, zijn er ook kalibraties mogelijk, waarbij aanvullend de interne
kruisgevoeligheidscompensaties opnieuw worden gekalibreerd. Bij dergelijke kalibratiepro-
cedures controleert de S700 ook de analytische stooreffecten onder de meetcomponenten
die met een kruisgevoeligheidscompensatie verbonden zijn en berekent de compensatie
opnieuw. De bijbehorende menufunctie heet "kalibratie met kruisverrekening".
Kalibratiesprocedures "met kruisverrekening" zijn mogelijk omslachtiger (omdat de eisen
aan de kalibratiegassen anders zijn dan bij normale kalibraties), zij hoeven echter maar in
grote tijdsintervallen te worden uitgevoerd. De aanbevolen kalibratie-intervallen zijn:
– Voor de meetcomponenten SO
– Voor andere meetcomponenten: 2 jaar
Eisen ten aanzien van de kalibratiegassen
Voor "kalibraties met kruisverrekening" moet u "zuivere" testgassen gebruiken die
●
alleen uit nulgas en een meetcomponent bestaan. Testgasmengsels met meerdere
meetcomponenten mogen alleen worden gebruikt als de componenten van het mengsel
geen stooreffecten veroorzaken.
Bij apparaten met kalibratiecuvet
●
MULTOR", blz.
24) kunt u bij deze kalibratie de kalibratiecuvet niet gebruiken, maar dient
u testgassen te gebruiken.
Bij apparaten met interne H
●
gassen "droog" zijn, d.w.z. zij mogen geen meetbare H
dering: testgas voor de H
meetcomponent H2O", blz.
bratiegassen uit de drukflessen direct de gasanalysator in laten stromen en niet door
een meetgaskoeler. Misschien kunt u te dien einde een by-passleiding gebruiken (instal-
latie-aanwijzingen
zie "Projectplanning van de meetgastoevoer", blz.
ferische lucht als nulgas gebruikt, moet u de lucht vóór het toevoeren drogen.
Voor het drogen van de kalibratiegassen zijn de volgende methoden toepasbaar:
– Laat de kalibratiegassen door een lage-temperatuurgaskoeler stromen.
– Laat de kalibratiegassen door een droogmiddel stromen, bijv. door silicagel. Het
droogmiddel mag de overige gascomponenten niet beïnvloeden.
, NO, H
O: 1 jaar
2
2
(zie "Kalibratiecuvet voor analysatormodules UNOR en
O-kruisgevoeligheidscompensatie moeten alle kalibratie-
2
O-gevoeligheidskalibratie;
2
151). Om aan deze voorwaarde te voldoen, moet u de kali-
26).
O-concentratie bevatten (uitzon-
2
zie "Kalibratie van de
37). – Als u atmos-
8018015/AE00/V3-0/2019-10 | SICK
Wijzigingen en correcties voorbehouden
Advertenties
Inhoudsopgave
