8
EXPERT-FUNCTIES
8.8.7
Output bij kalibraties selecteren
8.8.8
Instellingen van een meetwaarde-uitgang verwijderen
96
G E B R U I K S A A N W I J Z I N G | S700
Functie
Tijdens een kalibratie kunnen de meetwaarde-uitgangen op verschillende manieren functi-
oneren:
– De meetwaarde-uitgang geeft constant de meetwaarde uit die de laatste gemeten
waarde vóór de kalibratie was (in het laatste ingeschakelde outputbereik).
– De meetwaarde-uitgang geeft de meetsignalen uit die bij de toevoer van testgassen ont-
staan. In deze modus laat de meetwaarde-uitgang "ruwe waarden" zonder enige com-
pensatie zien; op deze wijze kunnen de kalibratiegaswaarden in de "ruwe toestand"
worden geregistreerd om de "absolute drift" te bepalen. In dat geval stemmen de signa-
len van de meetwaarde-uitgangen dus niet overeen met de waarden op het display.
Instelling
Roep menu 621 op (
1
main menu
).
value outputs
Selecteer de gewenste
2
Roep
3
output assignment
Selecteer de gewenste modus voor de kalibratie:
4
calibr. value
hold meas. value
Functie
Met deze functie kunt u alle instellingen van een meetwaarde-uitgang verwijderen. Na het
verwijderen zal de meetwaarde-uitgang constant 0% (0 mA) uitgeven.
Wilt u een meetwaarde-uitgang slechts tijdelijk deactiveren, stel dan voor het levende
nulpunt "no output" in
blz.
95). Hierdoor blijven de overige instellingen behouden.
Instelling
Roep menu 621 op (
1
main menu
).
value outputs
Selecteer de gewenste
2
Roep
3
delete config.
→
settings
meas. value output
op.
output van de lopende kalibratiegaswaarden (outputber. 2)
constante output van de laatste meetwaarde
(zie "Levend nulpunt instellen/meetwaarde-uitgang deactiveren",
→
settings
meas. value output
op.
→
→
measurement
.
→
→
measurement
.
8018015/AE00/V3-0/2019-10 | SICK
Wijzigingen en correcties voorbehouden
meas.
meas.