Hoofdstuk 11
9.
Laat de vergrendelingsgreep voorzichtig zakken.
Opmerking
u de printcartridges opnieuw plaatst. Als u de vergrendelingsgreep omhoog
laat kan dit leiden tot verkeerd geplaatste printcartridges en problemen met
het afdrukken. De vergrendeling moet omlaag blijven om de printcartridges
correct te kunnen plaatsen.
10.
Zet de printcartridges terug.
De inktcartridges opnieuw plaatsen
▲ Gebruik de gekleurde pictogramvormen als hulpmiddel en schuif de
printcartridge in de lege sleuf totdat hij op zijn plaats klikt en stevig in de sleuf
zit.
Zorg ervoor dat u de inktcartridge in de sleuf plaatst met dezelfde
pictogramvorm en kleur als de inktcartridge die u installeert.
11.
Sluit de toegangsklep voor de inktcartridges.
Oorzaak: De printkop of printcartridges waren niet of verkeerd geplaatst.
180
Probleemoplossing
Zorg ervoor dat u de vergrendelingsgreep laat zakken voordat