LAADBAK (indien aanwezig)
WAARSCHUWING
•
Zorg dat tijdens het rijden niemand in de laad-
ruimte aanwezig is. Plotseling remmen of een
noodstop kan in zo'n geval persoonlijk letsel
of de dood tot gevolg hebben.
•
Ga niet rijden met neergeklapte laadklep.
•
Zet alle lading goed vast met touwen of rie-
men om schuiven en glijden te voorkomen.
Bij plotseling remmen of bij een ongeval kan
losse lading lichamelijk letsel veroorzaken.
LAADKLEP
Laadklep vergrendelen of ontgrendelen
(indien aanwezig)
Steek om de laadklep te vergrendelen de sleutel in
het sleutelcilinder van de laadklep en draai rechtsom
.
Draai de sleutel linksom om de laadklep te ontgren-
delen
.
Zie voor modellen met afstandsbedieningsleutel,
"Mechanische sleutel" eerder in dit hoofdstuk voor
het verwijderen van de mechanische sleutel.
Laadklep openen
Om de laadklep te openen trekt u aan de handgreep
en laat u de laadklep zakken. De steunkabels
zorgen ervoor dat de klep open blijft.
•
Het gewicht van de lading moet gelijkmatig ver-
deeld worden over de voor- en achteras.
•
Zet alle lading goed vast met touwen of riemen
om schuiven of glijden in het voertuig te voorko-
men.
SPA2696Z
WAARSCHUWING
•
Ga niet rijden met neergeklapte laadklep.
•
Zorg dat tijdens het rijden niemand in de laad-
ruimte aanwezig is. Plotseling remmen of een
noodstop kan in zo'n geval persoonlijk letsel
of de dood tot gevolg hebben.
Laadklep sluiten
Zorg er bij het sluiten van de laadklep voor dat de
vergrendelingen of hendels goed geblokkeerd zijn.
SJORHAKEN (indien aanwezig)
NPA1529
Voor uw gemak zijn er vier sjorhaken aangebracht
aan de binnenkant van de laadbak. Deze kunnen
gebruikt worden om lading in de laadbak te beves-
tigen.
•
Het gewicht van de lading moet gelijkmatig ver-
deeld worden over de voor- en achteras.
•
Zet alle lading goed vast met touwen of riemen
om schuiven of glijden in het voertuig te voorko-
men.
Alvorens te gaan rijden
JVP0314XZ
3-21