Zie voor meer informatie de Handleiding van het
Bluetooth®-apparaat.
TELEFOONBOEK
Het telefoonboek openen:
1. Druk op de
-knop op het bedieningspaneel.
2. Selecteer de "Contacten"-toets.
3. Selecteer de gewenste invoer in de weergege-
ven lijst.
4. Het nummer van de invoer wordt op het scherm
weergegeven. Raak het nummer aan om het te
bellen.
OPMERKING
Als u snel door de lijst wilt bladeren, raak dan de
"A-Z"-toets rechtsboven in het scherm aan. Draai
aan de ENTER-/bladerknop om een letter of een
nummer te kiezen en druk vervolgens op de
ENTER-/bladerknop. De lijst gaat naar de eerste
invoer met die letter of dat cijfer.
BELLEN
Volg onderstaande procedure om te bellen:
1. Druk op
op het bedieningspaneel. Het "Te-
lefoon"-scherm verschijnt op het display.
2. Selecteer één van de volgende methodes om te
bellen:
•
"Contacten": selecteer de naam van een in-
voer opgeslagen in het telefoonboek van de
auto.
4-68
Display, verwarming en airconditioning, en audiosysteem
•
"Bellijsten": selecteer een naam uit de inko-
mende, uitgaande of gemiste oproepen.
•
"Herhalen": herhaal het nummer van de laat-
ste uitgaande oproep uit de auto.
•
"
": voer het telefoonnummer handmatig
in met behulp van het op het scherm getoonde
toetsenbord. Zie voor informatie over het ge-
bruik van het touchscreen, "Het touchscreen
gebruiken" in dit hoofdstuk.
EEN OPROEP ONTVANGEN
Als er wordt gebeld naar de verbonden telefoon,
verandert het display in de telefoonmodus.
Om de inkomende oproep te accepteren, doet u het
volgende.
•
Druk op de
-knop op het stuurwiel.
•
Raak het pictogram "
" aan op het scherm.
Om de inkomende oproep te weigeren, doet u het
volgende.
•
Druk op de
-knop op het stuurwiel.
•
Raak het rode telefoonpictogram "
het scherm.
TIJDENS EEN OPROEP
Tijdens het telefoongesprek zijn de volgende opties
beschikbaar op het scherm:
•
"Handset"
Selecteer deze optie om de telefoon via de hand-
set te bedienen.
•
"Micro uit"
Selecteer deze optie om het geluid van de mi-
crofoon te dempen. Selecteer deze optie nog-
maals om de microfoon weer in te schakelen.
•
"
"-pictogram
Selecteer deze optie om het telefoongesprek te
beëindigen.
EEN GESPREK BEËINDIGEN
U kunt een telefoongesprek beëindigen door het
[
]-pictogram op het scherm te selecteren of
door op de <
>-knop op het stuurwiel te druk-
ken.
BLUETOOTH®-INSTELLINGEN
Om het Bluetooth®-instellingenscherm te openen:
1. Druk op de <SETUP>-knop.
2. Raak de toets [Telefoon & Bluetooth] aan.
Beschikbare instelopties:
•
[Instellingen telefoon]
" aan op
Zie "Telefooninstellingen" verderop in dit hoofd-
stuk voor details.
•
[Nieuw apparaat verbinden]
Selecteer deze optie om een nieuw Bluetooth®-
apparaat met het Bluetooth® handsfree telefoon-
systeem te koppelen.