INSTALLATIE
Montage
3
2,5
2
1,5
1
0,5
0
0
200
400
X Installatievolume [l]
Y Vuloverdruk [bar]
1 Vereiste vuldruk in functie van het installatievolume bij 33 %
bron
2 Vereiste vuldruk in functie van het installatievolume bij 25 %
bron
1 Aftapping bronzijde
f Vul het broncircuit via de aftapping.
f
Na het vullen van de installatie met brine en voor de eerste in-
bedrijfstelling moet de aftapopening worden geopend totdat er
brine uitloopt. Er mag geen water achterblijven in de leiding naar
de aftapping.
26
| WPF | WPF cool
1
2
600
800
1
Brineconcentratie controleren:
f Bepaal de densiteit van het ethyleenglycol-watermengsel bij-
f
voorbeeld met behulp van een densiteitmeter/refractometer.
Aan de hand van de gemeten densiteit en temperatuur kunt u de
beschikbare concentratie uit het diagram aflezen.
Info
De vermelde vermogensgegevens hebben betrekking op
ethyleenglycol (zie "Technische gegevens").
1,10
1,09
1,08
1,07
50 Vol.-%
1,06
40
1,05
33
30
1,04
25
1,03
20
1,02
10
1,01
A
1,00
0
0,99
0,98
-20
0
20
X Temperatuur [°C]
Y Densiteit [g/cm³]
A Vorstbescherming [°C]
Alle brineleidingen moeten diffusiedicht worden geïsoleerd.
Het in het toestel ingebouwde expansievat is in de fabriek gevuld
en verzegeld. De voordruk van het expansievat aan de bronzijde
moet worden gecontroleerd. Daarbij moet de vuldruk van de in-
stallatie hoger zijn dan de voordruk expansievat plus het max.
drukverschil van de bronpomp.
Bij grondsondes is het expansievat geschikt voor een max. vul-
volume van 600 l.
40
60
80
100
www.stiebel-eltron.com