Scenetrack
Op deze track kunt u scenewijzigingsinstellingen opnemen,
zoals de status van trackdemping en solo. Deze kunnen
worden ingesteld in de display Song Play (pagina 136) en
worden opgeroepen tijdens het afspelen van songs. Tijdens
het afspelen van songs veranderen de trackdempings- en
soloinstellingen automatisch op basis van de instellingen die
u voor de scenetrack hebt opgenomen. U kunt deze track
opnemen via realtime opname (pagina 144) en de
opgenomen data bewerken in de modus Song Edit
(pagina 150).
Tempotrack
Op deze track kunt u tempowijzigingsinstellingen opnemen.
Tijdens het afspelen van songs veranderen de
tempowijzigingen automatisch op basis van de instellingen
die u voor deze track hebt opgenomen. U kunt deze track
opnemen via realtime opname (pagina 144) en de
opgenomen data bewerken in de modus Song Edit
(pagina 150).
Songketen
Met deze functie kunt u songs aan elkaar 'ketenen' om ze
automatisch na elkaar te laten afspelen. Zie pagina 143 voor
instructies voor het gebruik hiervan.
Song 01
Song 22
Sequencerblok in de modus Pattern
Wat is een patroon?
Op de MOTIF XF verwijst de term 'patroon' naar een relatief
korte muziek- of ritmefrase (1 tot 256 maten) die voor
afspelen in een lus wordt gebruikt. Als het afspelen van een
patroon eenmaal is gestart, wordt dit dus herhaald totdat
u op de knop [J] (Stoppen) drukt.
Sectie
Patronen zijn meer dan alleen een enkele frase. Ze bevatten
16 variaties, 'secties' genaamd. Deze secties kunnen tijdens
het afspelen worden gewijzigd en worden gebruikt als ritme-/
achtergrondvariaties voor de verschillende partijen van een
song. U kunt bijvoorbeeld één sectie voor het couplet, een
andere sectie voor het refrein en een derde sectie voor de
brug gebruiken. De patrooninstellingen zoals tempo en
mixing veranderen niet, zelfs niet wanneer de sectie wordt
omgeschakeld, zodat het afspelen ook bij de veranderingen
hetzelfde gevoel en ritme houdt.
Zie pagina 166 voor instructies over het selecteren van een
patroon en sectie.
Song 15
Patroonketen
In een patroonketen rijgt u verschillende secties (binnen één
patroon) aan elkaar om één volledige song te maken. U kunt
de MOTIF XF secties automatisch laten wijzigen door vooraf
een patroonketen te maken, waarbij het afspelen van een
patroon via de display Pattern Chain met sectiewijzigingen
wordt opgenomen. U kunt deze functie ook gebruiken bij het
maken van songs op basis van een bepaald patroon,
aangezien de gemaakte patroonketen in Pattern Chain Edit
kan worden omgezet in een song (pagina 174). Voor elk
patroon kan één patroonketen worden gemaakt.
Sectie A
Sectie B
Frase
Dit zijn de elementaire MIDI-sequentiegegevens in een track
(en de kleinste eenheid) die worden gebruikt bij het maken
van een patroon. Een 'frase' is een korte muziek-/
ritmepassage voor één instrument, zoals een ritmepatroon
voor de ritmepart, een baslijn voor de baspart of een
achtergrondakkoord voor de gitaarpart. Deze synthesizer
biedt geheugenruimte voor 256 van uw eigen
gebruikerfrasen.
OPMERKING
De MOTIF XF heeft geen vooraf ingestelde frasen.
Patroontrackstructuur
Een patroon bestaat uit 16 aparte tracks, een scenetrack en
een tempotrack (net als in een song). Zie pagina 12.
Patroontracks en -frasen
Een patroon bestaat uit 16 tracks waaraan de frase kan
worden toegewezen. MIDI-data kunnen niet rechtstreeks op
elke track worden opgenomen in de modus Pattern. Er wordt
opgenomen op een lege gebruikersfrase. De net gemaakte
frase wordt automatisch toegewezen aan de opnametrack.
Track 1
Frase 001
Track 2
Frase 002
:
:
Track 16
Frase 003
Sequencerblok
Sectie C
Frase 001
MIDI-data
Frase 002
MIDI-data
Frase 003
MIDI-data
:
:
MOTIF XF Naslaggids
13