Performance Job—handige functies
De modus Performance Job biedt enkele handige hulpprogramma's voor data-indeling en -initialisatie, die u kunt gebruiken als
u performances maakt en deze archiveert. Druk in de modus Performance op de knop [JOB] om de modus Performance Job
te activeren.
Performance Job—basishandeling
1
Druk in de modus Performance op de knop
[JOB] om de modus Performance Job
te activeren.
2
Selecteer het gewenste Job-menu door op een
van de knoppen [F1] tot en met [F4] te drukken.
3
Plaats de cursor op de gewenste parameter en
stel vervolgens de waarde in.
4
Druk op de knop [ENTER]. (Op de display
wordt u gevraagd dit te bevestigen.)
Als u de opdracht wilt annuleren, moet u op de knop
[DEC/NO] drukken.
5
Druk op de knop [INC/YES] om de opdracht uit
te voeren.
Na het uitvoeren van de opdracht, verschijnt het bericht
'Completed' (voltooid) en keert de oorspronkelijke
display terug.
6
Druk op de knop [PERFORM] om terug te keren
naar de modus Performance Play.
LET OP
Zelfs als u de opdracht uitvoert, worden de performancedata
gewist als u, zonder de opdracht op te slaan, een andere
performance selecteert of het instrument uitschakelt.
Sla daarom de performancedata op in het interne geheugen
door op de knop [STORE] te drukken voordat u een andere
performance selecteert of het instrument uitschakelt.
De performance initialiseren—
[F1] Init (Initialize)
Met deze functie kunt u de standaardinstellingen van alle
performanceparameters terugzetten (resetten). U kunt met
deze functie ook bepaalde parameters selecteren voor
initialisatie, zoals algemene instellingen, instellingen voor
elke partij enz.
1
2
3
1 All Parameters
Alle instellingen voor de geselecteerde performance worden
geïnitialiseerd. Als dit wordt ingeschakeld, kan de cursor niet
worden verplaatst.
2 Common Parameters
Alle gemeenschappelijke parameterinstellingen voor de
geselecteerde performance worden geïnitialiseerd.
OPMERKING
De Insertion Effect Switch (invoegeffectschakelaar) is een
partparameter. Schakel daarom het selectievakje van
partij 1 – 4 in (hieronder beschreven) als u de instellingen
voor de parameter Insertion Effect Switch wilt initialiseren.
3 Part Parameters
Part 1 – 4
Parameterinstellingen voor ingeschakelde partijen worden
geïnitialiseerd.
A/D (A/D Input)
Deze partij wordt ingevoerd vanaf de externe audioapparatuur
die is aangesloten op de A/D INPUT-aansluiting. Als dit wordt
geselecteerd, worden de parameterinstellingen voor de A/D
Input-partij (pagina 106) in Common Edit geïnitialiseerd.
FW
Deze partij wordt ingevoerd vanaf de externe apparatuur
die is aangesloten op de IEEE1394-aansluiting via de
IEEE1394-kabel. Als dit wordt geselecteerd, worden de
parameterinstellingen voor de FW-partij (pagina 106) in
Common Edit geïnitialiseerd.
Edit Recall—[F2] Recall
Als u een performance aan het bewerken bent en deze nog
niet hebt opgeslagen terwijl u een andere performance
selecteert, worden alle wijzigingen die u hebt aangebracht
gewist. Als dat gebeurt, kunt u met de functie Recall
de performance herstellen met behoud van uw
laatste wijzigingen.
117
MOTIF XF Naslaggids