Voorbeeld 2:
Bepaal de wortels van 4x
coëfficiënt 1 moet zijn, delen we alle coëfficiënten door 4.
Invoer:
(In de RPN–stand)
P
4
8
4
13
4
10
4
22
4
De derde en de vierde wortel zijn –1,00 ± 1,00 i.
4
3
2
– 8x
– 13x
Weergave:
waarde
waarde
waarde
waarde
waarde
Wiskundige programma's 15–33
Geeft de vierde wortel weer.
Geeft de vijfde wortel weer.
– 10x + 22 = 0. Omdat de eerste
Uitleg:
Start het programma; vraagt
om de graad.
Slaat 4 op in F; vraagt om D.
Slaat –8/4 op in D; vraagt om
C.
Slaat –13/4 op in C. vraagt
om B.
Stores –10/4 in B; prompts for
A.
Slaat 22/4 op in A; berekent
de eerste wortel.
Berekent de tweede wortel.
Geeft het reële deel van de
derde wortel weer.
Geeft het imaginaire deel van
de derde wortel weer.
Geeft het reële deel van de
vierde wortel weer.
Geeft het imaginaire deel van
de vierde wortel weer.