Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Bedieningsproces

y De veilige snelheidsregulering ontvangt de
snelheidscamera informatie van het navigatie
systeem om het voertuig af te remmen.
y Als er een snelheidscamera is (ongeveer
1 km of verder) voor het voertuig wordt
getoond in het instrumentenbord
(gereed voor bediening).
y Als er een snelheidscamera is ongeveer
1 km voor het voertuig, dan wordt getoond
in het instrumentenbord
werking).
y Nadat bediening in werking is getoond, wordt
de rijsnelheid aangepast naar de limiet voor
de snelheidscamera.
y Nadat u door het gebied met snelheidscontrole
bent gereden en het instrumentenbord
(bediening in werking) heeft getoond, dan gaat
de veilige snelheidsregulering na een bepaalde
tijd weer uit.
Opgelet
y De veilige snelheidsregulering werkt
alleen voor snelheidscamera's op de
snelweg wanneer de herinnering in de
navigatie is ingesteld. De bestuurder dient
zich altijd aan de door de wet opgelegde
snelheidslimiet te houden.
4-142
Starten en vertrekken
y De bestuurder heeft de prioriteit voor alle
handelingen die te maken hebben met het
voertuig besturen.
y Om de veilige snelheidsregulering
te activeren dient u onder Gebruiker
instellingen in het instrumentenbord
het relevante hokje aan te kruisen.
y Deze functie werkt alleen voor
snelheidscamera's
y Afhankelijk van de instellingen van de
(bediening in
navigatie zullen niet alle herinneringen
over snelheidscamera's worden gegeven.
y De veilige snelheidsregulering zal mogelijk
niet werken terwijl een voorliggend
voertuig of ingestelde volgafstand wordt
gehouden en de aanpassende cruise
control in werking is.
y De aanwijzingen van de navigatie kunnen
afwijken van het werkelijke begin- en
eindpunt van snelheidscontroles.
Opgelet
Opgelet
y In de gebieden met snelheidscontroles
wordt de rijsnelheid aangepast afhankelijk
van het gemiddelde van de overgebleven
gebieden.
y Het voertuig zal de snelheidslimiet niet
overschrijden tenzij de bestuurder zelf
het gaspedaal intrapt.
y Voor de veiligheid is het mogelijk dat het
voertuig op een constante snelheid blijft
rijden na de snelheidscontrole in gebieden
met een variabele snelheidslimiet.
y De functie werkt niet voor snelheidscamera's
op rijkswegen of binnen de bebouwde kom
en wegen anders dan autosnelwegen.
y De bestuurder dient altijd zelf op te letten
dat aan de snelheidslimiet wordt gehouden
op wegen anders dan autosnelwegen voor
de eigen veiligheid.
y De snelheid op het instrumentenbord
en de snelheid op het navigatie systeem
kunnen van elkaar verschillen.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

C300 2019

Inhoudsopgave