Remmen
-
Verwijder de bouten (13 en 16 in figuur 5.27) en de bout (19). Leg het hitte-
schild (17) opzij.
-
Laat de tank een stukje zakken en maak de dradenbundel van de wielsensor
bovenop de tank los.
-
Maak de dradenbundel op de draagarm los.
-
Maak de stekerverbinding los van de wielsensor.
-
Verwijder de bout (4 in figuur 15.22) en verwijder de wielsensor (5).
Figuur 15.22: Wielsensor achter ver-
vangen
-
Aanbrengen gebeurt in omgekeerde volgorde van verwijderen. Smeer de
bevestigingsbout in met Loctite Frenetanch en draai de bout vast met 8 ±1
Nm.
-
Maak een proefrit.
-
Lees de storingscodes uit.
15.7.3
Hydraulisch blok van het ASS uit- en inbouwen
-
Verwijder de motorafdekkap (sierkap).
Verwijder de afdekkap van de accu.
Verwijder de afdekkap van de zekeringen/relaishouder in de motorruimte.
Maak de accukabels los.
Verwijder de bout (2 in figuur 15.23). Maak de stekerverbindingen (1) los.
Verwijder de elektronische regeleenheid (6), de bedrading (4) en de bout
(3). Maak de drie klemmen (a) los.
Maak de zekeringen/relaishouder los van de bak.
Verwijder de bouten van de bak en verwijder de bak.
Plaats een rempedaaldrukker op het rempedaal om de stroming van de
remvloeistof bij hetoloskoppelen van de remleidingen te beperken.
Maak de stekerverbinding (9 in figuur 15.24) los.
Maak de leidingen (10) en (11) los van hun aansluitingen en dicht ze af.
Verwijder de moeren (12).
Neem het hydraulische blok (13) los van de auto en dicht de openingen af.
Inbouwen gebeurt in omgekeerde volgorde van uitbouwen. Let opt Het hy-
draulisch blok wordt gevuld met remvloeistof geleverd.
Draai de bevestigingsmoeren van het hydraulisch blok vast met 8 ±1 Nm.
Zet de wartelmoeren van de remleidingen (11) vast met 13 ±1 Nm en (10)
met 20 ±2 Nm.
CITROEN C5 -
229