Benzinemotoren
-
Maak de slangen met de snelkoppelingen los van de kachelradiateur (4 in fi-
guur 2.30).
-
Maak de onderste en bovenste slangen van het waterafvoerhuis (5) los.
-
Maak de stekerverbindingen los van de dynamo, de startmotor, de pingel-
sensor, de druksensor stuurbekrachtiging en de koelvloeistoftemperatuur-
sensor.
-
Maak de dradenbundel (6) los van de motor.
-
Automatische transmissie: maak de modulaire stekerverbinding (7) los.
Verwijder het schakelmechanisme.
-
Airconditioning: verwijder de aandrijfriem van de hulpaggregaten volgens
de methode beschreven in paragraaf 2.8. Maak de compressor los en hang
deze opzij aan de carrosserie (leidingen blijven aangesloten). Bescherm de
condensor met een stuk karton.
-
Breng een slangklem aan bij (b in figuur 2.30) en maak de slang van de
stuurbekrachtigingspomp (8) los.
-
Maak de retourleiding van de stuurbekrachtiging los en plug deze af.
Figuur 2.30: Aangegeven onderdelen losmaken
4
Slangen
van
kaehelradiateur
7
Modulaire steker (automatisehe
5
Slangen
van
waterafvoerhuis
transmissie)
6
Dradenbundel
8
Slang stuurbekraehtiging
-
Breng een slangklem aan bij (e in figuur 2.31) en maak de drukleiding van
de stuurbekrachtiging (9) los.
-
Verwijder de bouten (10).
-
Bouw de aandrijfassen uit, zie paragraaf 11.2.
-
Verwijder de klemring van de uitlaat.
-
Verwijder de reaetiearm.
-
Plaats de auto op een hoogte van 50 cm.
-
Plaats het hefplateau via de voorzijde onder de auto, centreer het plateau
onder het aandrijfaggregaat en breng het plateau iets omhoog.
-
Verwijder de bovenste reaetiearm (11 in figuur 2.32) en de drie bouten (12).
Draai de bout (13) los van de cilinderkop.
-
Verwijder de drie bouten (14 in figuur 2.33).
28 -
CITROEN C5