STOP AND GO SNELHEIDSREGELAAR
Onderbreken van de functie
U kunt de functie als volgt in stand-by zetten:
– druk op de schakelaar 4 (0);
– druk tijdens het rijden op het rempedaal.
De functie wordt uitgeschakeld door het sys-
teem als:
– zet de versnellingshendel in P, R of N;
– de autogordel van de bestuurder wordt
losgemaakt;
– een van de portieren of kleppen wordt ge-
opend;
– op de start/stop-knop van de motor wordt
gedrukt;
– de helling te steil is;
– bepaalde rijhulpmiddelen en correctie-
systemen worden ingeschakeld (actieve
noodstop, ABS, ESC, enz.)
(13/22)
Opmerking: Indien de ontvangst van de
aangesloten gegevens niet optimaal is,
schakelt het systeem, afhankelijk van het
voertuig, automatisch de functie voor her-
kenning van de snelheidslimiet en/of voor
herkenning van de weginrichting in stand-by.
De twee functies worden automatisch op-
nieuw geactiveerd zodra de ontvangst van
de aangesloten gegevens weer optimaal is.
4
In alle gevallen wordt stand-by bevestigd
doordat de controlelampjes grijs worden en
het bericht "Adaptieve regel. niet beschik-
baar" verschijnt.
Als u de Stop and Go snel-
heidsregelaar in stand-by zet of
uitschakelt, leidt dit niet tot een
snelle vertraging van de auto:
als u wilt remmen, moet u het rempedaal
indrukken.
2.95