CONTROLEEN WAARSCHUWINGSLAMPJES
Het licht op bij het aanzetten van het
contact of het starten van de motor en
dooft binnen enkele seconden.
Als dit lampje tijdens het rijden oplicht,
wijst dit op een storing in het ABS-
systeem.
Er kan dan met de auto worden
geremd als bij een auto zonder ABS.
Raadpleeg snel een merkdealer.
Waarschuwingslampje
roetfilter 181 179.
Waarschuwingslampje voor
het reagenspeil en storingen in het
EGR-systeem 153
Controlelampje bij te lage
bandenspanning
Dit lampje verschijnt als u het contact
aanzet of de motor start, en het
verdwijnt na enkele seconden 197.
Controlelampje
voorverwarming (dieselmotor)
Met contact aan, moet het oplichten.
Het geeft aan dat
voorverwarmingsstiften werken.
Het dooft als de voorverwarming klaar
is.
De motor kan starten.
Waarschuwingslampje
luchtverontreiniging
Bij auto's die hiermee zijn uitgerust,
gaat dit lampje branden wanneer de
motor wordt gestart en, afhankelijk van
de auto, wanneer het contact wordt
uitgeschakeld terwijl de motor zich in
stand-by 169 bevindt.
– Als het continu brandt, moet u zo
snel mogelijk een erkende dealer
raadplegen.
– Als het knippert, moet u vaart
verminderen tot het knipperen
ophoudt. Neem zo snel mogelijk
contact op met een erkende dealer
191.
Waarschuwingslampje
brandstofpeil
Het licht oranje op bij het aanzetten
van het contact of bij het starten van
de motor en dooft binnen enkele
seconden.
Als het lampje oranje oplicht tijdens
het rijden en er een geluidssignaal
klinkt, moet u zo snel mogelijk tanken.
Er is dan nog voldoende brandstof
over om nog ongeveer 50 km te rijden.
Controlelampje ECO-modus.
Dit lampje verschijnt als de ECO-
modus is geactiveerd 192.
Controlelampje vrijloop 192
Indicatielampjes voor
overschakelen naar de volgende
versnelling
Dit verschijnt wanneer u beter naar
een hogere versnelling (pijl omhoog) of
een lagere versnelling (pijl omlaag)
zou schakelen 192.
Waarschuwingslampje
koelvloeistoftemperatuur
Dit licht blauw op wanneer u het
contact aanzet of de motor start.
Als het rood wordt, moet u stoppen en
de motor een tot twee minuten
stationair laten draaien.
De temperatuur moet omlaag gaan en
het controlelampje moet opnieuw
blauw worden.
Als dit niet zo is moet u de motor
stoppen.
Laat deze afkoelen voordat u de
koelvloeistof controleert.
Roep de hulp in van een merkdealer.
Waarschuwingslampje motor
op stand-by 169
Waarschuwingslampje motor
op stand-by niet beschikbaar 169
K e n u w a u t o - 1 3 3
2