Inhoudsopgave
Advertenties
EXTRA RIJHULPMIDDELEN
Inschakelen/uitschakelen
Het systeem in-/uitschakelen via
het multimediascherm 1
3
Zie de multimedia-instructies voor het
in-/uitschakelen van de functie.
Selecteer ON of OFF.
2 1 6 - R i j d e n
Het systeem in-/uitschakelen via
de boordcomputer 2
– Druk met stilstaande auto zo vaak
als nodig op de schakelaar 3 om naar
de wereld "Instellingen" te gaan;
– druk herhaaldelijk op knop 4 of 5
om het menu "Voertuiginstellingen" te
openen. Druk op schakelaar 7 OK;
– druk herhaaldelijk op knop 4 of 5
om het menu "RIJHULPSYSTEMEN"
te openen. Druk op schakelaar 7 OK;
– druk herhaaldelijk op knop 4 of 5
om naar de instelling "Dode hoek" te
gaan.
– druk op schakelaar 7 OK om de
functie te activeren of te deactiveren:
functie ingeschakeld
functie uitgeschakeld.
Druk op de schakelaar 6 om terug te
keren naar het vorige menu.
De detectiecapaciteit van
het systeem volgt een
standaardrijvakbreedte.
Tijdens het rijden op een smalle
rijstrook kan de functie u
waarschuwen als er voorbij de
dichtstbijzijnde rijstrook een auto
wordt gedetecteerd.
Waarschuwingslampje 8
Advertenties
Inhoudsopgave
