BANDEN
snelheid die lager kan liggen dan de
topsnelheid voor uw auto.
Spijkerbanden
Het gebruik van spijkerbanden is
slechts onder bepaalde
omstandigheden toegestaan. Houd u
aan de ter plaatse geldende
voorschriften, en rijd niet sneller dan
de daarmee toegelaten
maximumsnelheid.
Indien u voor deze banden kiest,
moeten zij in ieder geval links en
rechts voor worden gemonteerd.
6
Wij raden u in ieder geval
aan een merkdealer te
raadplegen. Hij weet als
geen ander welke voorzieningen
het beste bij uw auto passen.
3 3 4 - P r a k t i s c h e t i p s
Uw bandenspanning
Label A
Open het portier om het te lezen.
De bandenspanning dient bij koude
banden te worden gecontroleerd.
Indien u de bandenspanning niet bij
koude banden kunt controleren,
moet u de opgegeven
spanningswaarden met 0,2 tot 0,3
bar (3 PSI) verhogen. Verlaag nooit
de spanning van een warme band.
Auto met waarschuwing bij verlies
van bandenspanning
Bij een te lage bandenspanning
(lekken, te lage bandenspanning enz.)
verschijnt het waarschuwingslampje
op het instrumentenpaneel
197.
B. : bandenmaat van de auto.
C : voorziene rijsnelheid.
D. : bandenspanning voor.
E. : bandenspanning achter.
F. : bandenspanning van het
reservewiel.