Inhoudsopgave
Advertenties
Informatie over het hoofdmenu connectiviteit
22.1.2 Koppeling regelaar
De Koppeling regelaar wordt binnen een instelbare periode uitgevoerd.
Hierbij zoekt de masterregelaar naar verdere CBC-busdeelnemers op de
CBC-bus. Alle regelaars die zich aangemeld hebben, verschijnen in het
systeemoverzicht van de masterregelaar.
1
2
10
9
8
7
Afb. 44 Installatie-overzicht (voorbeeld)
[1]
Installatie van de masterregelaar
[2]
Statusindicatie van de betreffende regelaar
[3]
Geselecteerde regelaar (hier masterregelaar met regelaaradres 00)
[4]
Regelaar in netwerk (slave-regelaar met adres 01)
[5]
Wisselen naar aanzicht van de masterregelaar (wordt alleen bij
slave-regelaars getoond)
[6]
Aangesloten HSM plus-modules
[7]
Netwerkcomponent bijvoorbeeld slave-regelaar of regelcircuit
met eigen regelaaradres (02)
[8]
Extra informatie over de gekozen regelaar
[9]
Veld om naar de gekozen regelaar in het systeemoverzicht of het
regelaaroverzicht te gaan
[10] Veld om naar het vorige menu/beeld van de gekozen regelaar te
gaan
Het koppelingsproces loopt na de start op de achtergrond.
Tijdens het koppelingsproces mogen op geen van de regelaars bedienin-
gen of instellingen worden uitgevoerd.
Om de regelaars met elkaar te verbinden:
Masterregelaar
De communicatiekabel met andere regelaars moet op LAN 2 zijn aange-
sloten.
▶ Servicemenu oproepen ( hoofdstuk 6.8, pagina 19).
▶ Veld
aantikken.
▶ Activeren aantikken.
Een invoerveld verschijnt.
▶ Doorgaan aantikken.
▶ Slaves activeren.
Alle regelaars moeten binnen de onder Activeringstijd van alle rege-
laars ingestelde tijd worden geactiveerd.
64
3
4
2
02
12:00
6
5
Slave-regelaar
▶ Servicemenu in iedere slave oproepen ( hoofdstuk 6.8, pagina 19).
▶ Veld
aantikken.
▶ Netwerkverbinding activeren.
▶ Koppeling regelaar starten.
▶ Andere slaves zoals voorheen aankoppelen.
Tijdens het koppelingsproces knippert de LED-statusindicatie geel.
De slaves die bij het koppelingsproces herkend werden, worden als
deelnemer geregistreerd en knipperen snel groen. Wanneer deze niet
worden herkend, knipperen deze rood.
Als het koppelingsproces voltooid is, verschijnt de melding dat de kop-
peling geslaagd is. De LED-statusindicatie brandt in de kleur, die deze
voor het koppelingsproces had.
Als niet alle regelaars herkend werden, wordt er een storingsmelding ge-
toond:
▶ Controleer de apparaataansluiting en de adrestoewijzing.
Als er geen verbinding bestaat met een regelaar die eerder herkend werd:
▶ Koppeling regelaar in de master-regelaar starten.
De verbindingsopbouw met de regelaar wordt opnieuw uitgevoerd.
0010033482-002
22.2
Netwerkverbinding (MEC Remote Portal)
Wanneer de netwerkverbinding mechanisch wordt verbroken, moet het
koppelingsproces opnieuw worden uitgevoerd.
▶ Alle regelaars ontkoppelen.
▶ Koppeling regelaars uitvoeren.
Met de regelaarsoftware kan een verbinding met de MEC Remote Portal
via het internet opgebouwd worden. Via deze verbinding kan een vraag
op afstand worden uitgevoerd en kunnen afzonderlijke parameters in het
hoofdmenu worden ingesteld.
Schrijftoegang tot het servicemenu is niet mogelijk.
Deze parameters kunnen alleen ter plaatse ingesteld worden (niet via
een afstandsinstelling). Als de afstandsbediening geactiveerd is, kunnen
gegevens
extern ingesteld of aangepast worden (bijvoorbeeld via een afstandsbe-
sturingssysteem).
De vraag of een afstandsbediening toegelaten moet worden, wordt di-
rect na de totstandbrenging van de netwerkverbinding getoond.
Afb. 45 Vraag afstandsbediening
Om een internetverbinding tot stand te brengen, moet de gebruiker zich
om veiligheidsredenen bij MEC Remote Portal aanmelden. Alle commu-
nicatie met de regelaar verloopt via dit portaal.
12:00
0010009550-001
Control 8311 – 6720854595 (2022/07)
Advertenties
Inhoudsopgave
