Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

GRAUPNER MX-20 Hott Programmeerhandleiding pagina 277

Inhoudsopgave

Advertenties

Na het invliegen en aftrimmen van het model.
is het raadzaam, om te trimuitslag voor hoogte- en rolroeren
te reduceren. Het model reageert dan wezenlijk soepeler op
een verstelling van de trimhevels. Een "teveel trimmen"
wordt zo voorkomen, omdat bij een volledige trimuitslag
kan hebben: het model, dat eerst licht naar links trok, hangt
dan na het trimmen b.v. al iets naar rechts. Wissel daarvoor
naar het menu ...
"Knuppelinstelling"
... en reduceer het aantal trimstappen in de kolom "St.":
Ch.1
GL
4
Aile
GL
2
Elev
GL
2
Rudd
GL
2
St
Tr
Eventueel is het ook noodzakelijk, voor het bedienen van het
landingsgestel en de sproeiernaaldverstelling via
het menu ...
"Instelling stuurelement"
... aan een bepaalde ingang een bijbehorend bedienings-
element toe te wijzen, bijvoorbeeld voor het landingsgestel
één van de AAN/UIT-schakelaars aan ingang 6 en voor de
sproeiernaaldverstelling één van de proportionele draai-
knoppen, bv. CTRL 7 aan de ingang 7. Omdat het hier om
fasen-onafhankelijke instellingen gaat laat u in de kolom
"Type" de standaardwaarde "GL" staan:
De stuuruitslag van de bedieningselementen moet
worden aangepast en kan via een negatieve instel-
(bladzijde 92)
ling van de uitslag ook worden omgekeerd.
Aanwijzing:
0.0s
0.0s
Voor het intrekbaar landingsgestel kan een tijdsver-
0.0s
0.0s
traging bij het in- en uitdraaien worden geprogram-
0.0s
0.0s
meerd, die echter bij de landingsgestel-servo
0.0s
0.0s
C713 MG, Best.-nr. 3887
+
time
F3A-modellen vliegen relatief snel en reageren
daardoor "direct" op stuurbewegingen van de
servo's. Omdat echter kleine stuurbewegingen en
correcties niet optisch waargenomen mogen
worden, wat bij wedstrijden in ieder geval punten
kost, is het raadzaam om een exponentiële stuur-
(bladzijde 96)
karakteristiek van de stuurknuppels in te stellen.
Wissel daarvoor naar het menu ...
"Dual Rate/Exponential"
In de praktijk zijn waarden van ca. + 30% op rol-,
kunt ze met het draaielement in de rechter kolom
instellen. Daardoor kan het F3A-model soepel en
zuiver worden bestuurd:
Input 5
GL
–––
0%
Input 6
GL
3
0%
Input 7
GL
0%
Ct7
Input 8
GL
–––
0%
typ
t
(bladzijde 108)
Ail
–––
+33%
Ele
–––
+33%
Rud
–––
+33%
EXPO
normal
SEL
(Sommige experts gebruiken zelfs tot + 60% exponen-
tiële waarde.)
Omdat (sommige) verbrandingsmotoren niet erg lineair
op de bewegingen van de gasknuppel reageren, kan via
het menu ...
"Kanaal 1 curve"
... een "verbogen", d.w.z. niet-lineaire gascurve worden
ingesteld. Met name bij viertaktmotoren, zoals b.v. de
OS Max FS 120, is een steile gascurve in het onderste
toerenbereik nodig. De bijbehorende waarden moeten
echter individueel worden aangepast. De K1-stuurcurve
voor de motor zou er als volgt kunnen uitzien:
C1
Cur ve
Cur ve on
Input
–50%
Output
0%
Point 1
0%
normal
Slechts drie steunpunten, en wel het steunpunt "L" bij
–100%, "H" +100% en "1" bij –50% stuuruitslag resul-
teren in de hierboven afgebeelde afgeronde stuurcurve.
(bladzijde 116)
277

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave