Inhoudsopgave
Advertenties
5. Sluit de vergrendelingen stevig aan
en draai ze vast. Om dit te doen,
probeert u het kinderzitje van de
autostoel af te trekken en het
van links naar rechts te draaien.
Zelfs als het kinderzitje veilig lijkt,
moet u de bevestigingspunten visueel
controleren om er zeker van te zijn
dat ze correct zijn bevestigd.
Als het kinderzitje meer dan 2,5
cm (1 inch) van de ene naar de
andere kant of van de andere naar de
andere kant beweegt, zit het te los.
Als u de vergrendelingen niet verder
kunt aandraaien, moet u een andere
aanbevolen zitplaats of een ander
kinderzitje proberen.
6. Als het kinderzitje een bovenste
bevestigingsband heeft, moet u deze
op de juiste manier aanbrengen
en vastmaken. Zie Bovenste
bevestigingsbanden bevestigen.
Waarschuwing: Wanneer het
gecombineerde gewicht van het
kind en het kinderzitje meer
dan 29 kg (64 lb) bedraagt,
mag u de onderste LATCH/
ISOFIX-bevestigingspunten niet
gebruiken met kinderzitjes of
zitverhogers die een ingebouwde
geïntegreerde veiligheidsgordel
bevatten. Gebruik in plaats
daarvan de veiligheidsgordel.
Stoelen en veiligheidssystemen
Kinderzitjes met gordelbevestiging installeren
Controleer eerst of het kind in de juiste
gewichtscategorie valt voor het kinderzitje
dat wordt gebruikt. Zie Een kinderzitje
kiezen op pagina 52.
Hieronder volgt een algemene procedure
voor het aanbrengen van een kinderzitje
met een veiligheidsgordel. Lees en volg
altijd de instructies van de fabrikant van
het kinderzitje dat u installeert.
1. Plaats het kinderzitje op de stoel
van het voertuig en trek de
veiligheidsgordel helemaal uit om het
ALR in te schakelen. Zie Automatisch
blokkerend oprolmechanisme (ALR).
Leid de veiligheidsgordel om het
kinderzitje vast te zetten en klik de
gordel vast volgens de instructies van
de fabrikant.
2. Laat de veiligheidsgordel oprollen.
Duw het kinderzitje stevig in de
56
Advertenties
Inhoudsopgave
