Schuif de papiergeleiders goed tegen de randen van het origineel
●
Als de papiergeleiders te los of te strak zitten, kan het papier verkeerd worden ingevoerd of kunnen er
papierstoringen ontstaan.
Tijdens het scannen van originelen
●
Voeg geen originelen toe en verwijder er ook geen.
Wanneer het scannen is voltooid
●
Haal de gescande originelen uit het originelenopvangblad om papierstoringen te voorkomen. Om te
voorkomen dat originelen in het opvangblad voor originelen blijven liggen, licht de uitvoerindicator
originelen op terwijl de originelen worden uitgevoerd en knippert deze nog een tijdje nadat alle originelen
zijn uitgevoerd.
Tijdens het plaatsen van originelen van dun papier
●
Zorg ervoor dat u niet te hard duwt bij het plaatsen van het origineel. Anders wordt het origineel
misschien niet goed ingevoerd of treedt een papierstoring op.
Als u hetzelfde origineel herhaaldelijk scant
●
U wordt aangeraden hetzelfde origineel niet vaker dan vijf keer te scannen (dit hangt af van de
papierkwaliteit). Het origineel kan gevouwen of gekreukeld raken, of lastig te verzenden.
Basishandelingen
133