<Menu>
<Functie-
instellingen>
<Aan>
Selecteer het doel
●
Als u <Aan> selecteert, kan de afdruksnelheid lager zijn, of kan de beeldkwaliteit veranderen.
●
Ook als u dit instelt op <Aan>, is vet drukken eventueel niet mogelijk, afhankelijk van de afdruktoepassing.
<Geavanceerd gladmaken>
Configureer de vloei-instellingen voor het afdrukken van afbeeldingen (zoals illustraties die met
toepassingen zijn gemaakt) of tekst met een vloeiende afwerking.
<Geavanceerd gladmaken>
Selecteer of u gladmaken wilt uitvoeren. <Niveau 2> drukt een omtrek af met een gladdere afwerking dan
<Niveau 1>. Probeer het eerst met <Niveau 1>
<Uit>
<Niveau 1>
<Niveau 2>
<Menu>
<Functie-
instellingen>
gladmaken>
<Toepassen op illustraties>
Geef op of u de vloeiende afwerking wilt toepassen op de tekst als <Geavanceerd gladmaken> is ingesteld
op <Niveau 1> of <Niveau 2>.
<Uit>
<Aan>
<Menu>
<Functie-
instellingen>
gladmaken>
<Toepassen op tekst>
Geef op of u de vloeiende afwerking wilt toepassen op de tekst als <Geavanceerd gladmaken> is ingesteld
op <Niveau 1> of <Niveau 2>.
<Uit>
<Aan>
Instellingenmenu
<Printer>
<Printerinstellingen>
<Printer>
<Printerinstellingen>
<Geavanceerd gladmaken>
*1
<Printer>
<Printerinstellingen>
<Toepassen op illustraties>
*1
519
<Afdrukkwaliteit>
<Afdrukkwaliteit>
Selecteer een item
<Afdrukkwaliteit>
Selecteer <Uit> of <Aan>
<Breedteaanpassing>
<Geavanceerd
<Geavanceerd