<Apparaatbeheer>
Alle instellingen voor het beheer van het informatie voor de hardware en bewerkingen, maar ook over beheer van
vereiste gegevens bij gebruik van apparaatfuncties verschijnen in een lijst met korte toelichting. Standaardinstellingen
worden aangegeven met een dolksymbool ( ).
*
Sterretjes (
)
●
Instellingen die zijn gemarkeerd met "
●
Opties die zijn gemarkeerd met "
standaardinstellingen per land of regio.
●
Instellingen gemarkeerd met "
gebruikt, opties, of andere instel-items.
<Instellingen Apparaatinformatie>(P. 589)
<Selecteer land/regio> *1*2(P. 589)
<Weergave opdrachtlog>(P. 590)
<Gebruik NFC> *3(P. 590)
<Scan m Canon PRINT Business>(P. 590)
<Instellingen Apparaatinformatie>
Typ alfanumerieke tekens voor de naam en de installatielocatie om de
machine te identificeren.
<Apparaatnaam>
<Locatie>
<Menu>
Selecteer <Apparaatnaam> of <Locatie>
invoeren(P. 125) )
<Selecteer land/regio>
Geef het land of de regio op waarin de machine wordt gebruikt. De standaardinstelling kan verschillen, aangezien
deze wordt bepaald op het moment dat de machine de eerste keer wordt ingeschakeld.
<Oostenrijk (AT)>
<Wit-Rusland (BY)>
<België (BE)>
<Tsjechië (CZ)>
<Denemarken (DK)>
<Egypte (EG)>
Instellingenmenu
*1
" kunnen niet worden geïmporteerd of geëxporteerd.
*2
" kunnen variëren of zijn mogelijk niet beschikbaar, of hebben afwijkende
*3
" worden misschien niet weergegeven, afhankelijk van het model dat u
<Beheerinstellingen>
<Apparaatbeheer>
<Toepassen>
*1 *2
<Nederland (NL)>
<Noorwegen (NO)>
<Polen (PL)>
<Portugal (PT)>
<Rusland (RU)>
<Saudi-Arabië (SA)>
<Instellingen Apparaatinformatie>
Voer de apparaatnaam of -locatie in (
589
1XSR-09C
Tekst