Inhoudsopgave
Advertenties
Gebruiksaanwijzing
SIPOS SEVEN: PROFITRON, HiMod
Melding
37 Naar vaste gewenste waarde gaan
Geen signaal van de aansturingsbron (kabelbreuk).
De vaste gewenste proceswaarde wordt benaderd en
aangehouden.
De aandrijving is in aansturing "LOK" bestuurbaar (bijv. hand-
wiel, noodbediening, alternatieve aansturing).
38 Geen signaal AI2
Dit bericht is alleen bij live-zero-instelling (4-20 mA) mogelijk.
Grenswaarde I: boven > 21 mA of onder < 3,6 mA.
39 Geen signaal LWL
Bij veldbus met ringtopologie: van een of beide zijden wordt
geen telegram ontvangen.
41 Geen signaal motortemp�
Verbinding met de temperatuursensor onderbroken.
42 Geen signaal potentiometer
Er worden geen gegevens van de potentiometer ontvangen.
43 Geen signaal positiegever
Er worden geen gegevens van de non-intrusive positiegever
(niP) ontvangen.
44 Steltraject overschreden
Positie van het centrale wiel bevindt zich te dicht bij de
mechanische eindaanslag van de meldinrichting.
■
De eindposities zijn overschreden door handmatige
bediening;
■
Slipkoppeling in de meldinrichting is verdraaid of de
overbrenging meldinrichting is gewijzigd.
45 Geen signaal stilstandsensor
Er worden geen gegevens van de stilstandssensor ontvangen.
46 Analoge aanvullende module
Er wordt geen signaal van de analoge aanvullende module
ontvangen.
47 Storing HART-comm�
Analoge module defect. Geen HART-communicatie mogelijk. Spanning uit-/inschakelen (AC/DC).
48 Storing AO2
Geen weergave via AO2 mogelijk.
Y070.302/NL
Statusberichten op het display en de verklaring ervan
Verklaring
4 Instructies voor bediening en bedrijf
Mogelijke oplossing
Kabels/contacten in de ronde stekker controleren.
Ingangsstroom controleren!
Voedingsleiding en contactpunten controleren!
Voedingsleidingen en contactpunten van
elektronica/overbrenging controleren!
■
Voedingsleidingen en contactpunten
elektronica/overbrenging controleren;
■
Voedingsleiding bij gescheiden opstelling
controleren;
■
Meldinrichting vervangen.
■
Voedingsleidingen en contactpunten
elektronica/overbrenging controleren;
■
Voedingsleiding bij gescheiden opstelling
controleren;
■
De non-intrusive positiegever vervangen.
Vernieuwde instelling van de eindposities
vereist
► Zie hoofdstuk "7.4 Eindposities bij uitvoering
met meldinrichting instellen" op pagina 45.
■
Voedingsleidingen en contactpunten
elektronica/overbrenging controleren;
■
Voedingsleiding bij gescheiden opstelling
controleren;
■
Vlakke bandleiding op de analoge aanvullende
module controleren;
■
Spanning uit-/inschakelen (AC/DC).
De elektronica vervangen als de melding niet
weggaat.
De elektronica vervangen als de melding niet
weggaat.
Spanning uit-/inschakelen (AC/DC).
De elektronica vervangen als de melding niet
weggaat.
4
Pagina 21
Advertenties
Inhoudsopgave
