8 Parameters en mogelijke parameterwaarden
8.4 Veiligheidsrelevante parameters
8
8�4�3 NOOD-positie
Bij een NOOD-loop wordt de hier ingestelde positie zelfstandig benaderd.
NOOD-positie
NOOD-positie 0 tot 100% in stappen van 1%�
Bij levering is 0 ingesteld.
8�4�4 Fout aansturingsbron
Een onderbreking van de aanstuurleiding wordt
herkend bij aansturing via
■
analoge inputs met signaalbereik 4 – 20 mA;
■
veldbus.
Naar NOOD-positie gaan
Bij een signaaluitval van het centrale regelpunt wordt een NOOD-beweging geactiveerd.
Op het display verschijnt de melding: 'Geen signaal – NOOD-positie'.
Positie houden
Bij signaaluitval wordt de actuele positie aangehouden en op het display verschijnt de melding:
'Geen signaal – pos. aangehouden'.
Actuele proceswaarde aanhouden
De actuele proceswaarde wordt aangehouden en op het display verschijnt de melding: 'actuele
proceswaarde aanhouden'. Alleen wanneer 'procesregelaar' actief is.
Naar vaste gewenste waarde gaan
Bij signaaluitval van de actuele proceswaarde wordt de vaste gewenste proceswaarde bena-
derd en aangehouden. Dan verschijnt ook de melding: 'naar vaste gewenste waarde gaan'.
Laatste commando uitvoeren
Als het signaal bij het centrale regelpunt uitvalt, wordt het laatste commando vóór het uitvallen
van het signaal uitgevoerd.
Op het display verschijnt de melding: 'Laatste commando uitvoeren'.
Deze instelling is alleen zinvol bij de aansturing via de veldbus.
Bij levering is 'positie aanhouden' ingesteld.
8�5 Softwarefuncties
Er kunnen naast de standaardfuncties ook
andere softwarefuncties worden ontgrendeld.
Bij deze extra functies is onderscheid gemaakt
tussen
■
softwarefuncties en
■
klantvarianten.
De softwarefuncties zijn functies die de prestatie-
omvang van de actuator uitbreiden (zie ook het
volgende hoofdstuk "optionele softwarefuncties").
De klantvarianten zijn klantspecifieke software-
programmeringen die afwijken van de stan-
daardfuncties en het gedrag van de aandrijving
individueel aan de speciale belangen van de
klant aanpassen.
De softwarefuncties en klantvarianten zijn al in
de aandrijving ontgrendeld wanneer zij onder-
deel van de bestelling waren. Ze kunnen echter
ook achteraf worden ontgrendeld, zie boven-
staande afb. "menu softwarefuncties" en het
volgende hoofdstuk.
Pagina 78
SIPOS SEVEN: PROFITRON, HiMod
XX %
Storing aansturingsbron
Naar NOOD-positie gaan
Positie houden
Actuele proceswaarde aanhouden
Naar vaste gewenste waarde gaan
Afb�: menu softwarefuncties
Gebruiksaanwijzing
Softwarefuncties
SW-functies ontgrendelen
Positieregelaar
Steltijd-curve
Proportionele beweging
Procesregelaar
Analoge toerentalopgave
Toerentalcurve
Split-range-functie
Klantvariant
Alternatieve aansturing
Y070.302/NL