Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Universal Robots e Series Gebruikershandleiding pagina 23

Verberg thumbnails Zie ook voor e Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

1.7 Risicobeoordeling
Vaststellen wat de juiste instellingen voor de veiligheidsconfiguratie zijn is een bijzonder be-
langrijk deel van de ontwikkeling van gecombineerde robottoepassingen. Zie hoofdstuk 2 en
onderdeel II voor meer informatie.
Sommige veiligheidsfuncties zijn speciaal ontworpen voor gecombineerde robottoepassingen.
Deze functies kunnen via de instellingen voor veiligheidsconfiguratie worden geconfigureerd en
zijn bijzonder relevant bij de aanpak van concrete risico's in de door de integrator uitgevoerde
risicobeoordeling:
• Beperking kracht en vermogen: Gebruikt om klemvermogen en druk te beperken die door
de robot worden uitgeoefend in de bewegingsrichting in het geval van botsingen tussen de
robot en de operator.
• Beperking momentum: Gebruikt om hoge kortstondige energie en stootkrachten te be-
perken in geval van botsingen tussen robot en operator door de snelheid van de robot te
verminderen.
• Beperking gewrichts-, elleboog- en gereedschaps-/eindeffectorpositie: Met name ge-
bruikt om het risico te beperken dat met bepaalde lichaamsdelen wordt geassocieerd. Bv.
om bewegingen richting hoofd en nek te vermijden.
• Beperking gereedschaps-/eindeffectororiëntatie: Met name gebruikt om risico's te be-
perken die in verband worden gebracht met bepaalde gebieden en functies van het gereed-
schap/eindeffector en werkstuk. Bv. scherpe randen die in de richting van de operator
wijzen.
• Snelheidsbeperking: Met name gebruikt om lage snelheid van de robotarm te verzekeren.
De integrator moet ongeoorloofde toegang tot de veiligheidsconfiguratie voorkomen door van
wachtwoordbescherming gebruik te maken.
Er is een risicobeoordeling nodig voor gecombineerde robottoepassing voor beoogde contacten
en/of vanwege redelijk te voorzien misbruik. Deze dient het volgende te behandelen:
• Ernst van individuele potentiële botsingen
• Waarschijnlijkheid van individuele potentiële botsingen
• Mogelijkheid individuele potentiële botsingen te voorkomen
Als de robot in een niet gecombineerde robottoepassing is geïnstalleerd waar gevaren niet op
redelijke wijze kunnen worden verwijderd of risico's niet voldoende kunnen worden beperkt door
middel van ingebouwde veiligheidsfuncties (bv. bij gebruik van een gevaarlijk gereedschap/eindeffector),
dan moet de door de integrator uitgevoerde risicobeoordeling concluderen dat de integrator aan-
vullende beschermingsmaatregelen moet toevoegen (bv. een inschakelapparaat om de integra-
tor tijdens instelling en programmering te beschermen).
Universal Robot merkt de onderstaande potentiële significante gevaren aan als gevaren waar de
integrator rekening mee moet houden.
Let op: Er kunnen andere significante gevaren aanwezig zijn in een specifieke robotinstallatie.
1. Penetratie van de huid door scherpe randen en scherpe punten op gereedschap/eindeffector
of gereedschaps-/eindeffectorconnector.
2. Penetratie van de huid door scherpe randen en scherpe punten op obstakels in de buurt van
het robottraject.
Versie 5.4
I-9
UR10e/e-Series

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Ur10eUr3eUr5e

Inhoudsopgave