08
246
In geval van pech
F Sluit de stekker van de compressor aan op
de 12 V-aansluiting van de auto.
F Zet het contact aan.
Op deze sticker staat de bandenspanning
aangegeven.
F Schakel de compressor in door de
schakelaar in de stand "I" te zetten en breng
de band op de spanning die is aangegeven
op de bandenspanningssticker van de
auto. Om de bandenspanning te verlagen:
druk op de zwarte knop op de slang van
de compressor, bij de aansluiting op het
ventiel.
Als na 7 minuten de bandenspanning
lager dan 2 bar blijft, is de band niet te
repareren; neem contact op met het
dealernetwerk of een gekwalificeerde
werkplaats om u verder te helpen.
F Zet, zodra de gewenste spanning is bereikt,
de schakelaar in de stand "O".
F Verwijder de set en berg deze op.
Rijd met een tijdelijk gerepareerde band
niet meer dan 200 km; neem contact op met
het dealernetwerk of een gekwalificeerde
werkplaats om de band te vervangen.
Als de spanning van één of meer
banden is aangepast, moet het
bandenspanningscontrolesysteem worden
gereset.
Raadpleeg de desbetreffende
rubriek voor meer informatie over het
bandenspanningscontrolesysteem.
Reservewiel
Scan de QR-code op pagina 3 om
verklarende video's te bekijken.
In het geval van een lekke band kunt u het wiel
met het bij de auto geleverde gereedschap
verwisselen volgens de onderstaande
procedure.
Toegang tot het reservewiel
Het reservewiel bevindt zich onder de vloer van
de bagageruimte.
Raadpleeg voordat u het reservewiel gebruikt
de rubriek Boordgereedschap.
Afhankelijk van de uitvoering is er een
standaard formaat stalen of lichtmetalen
reservewiel aanwezig.
Afhankelijk van het land van verkoop kan
dit ook een noodreservewiel zijn.