CONTROLE-/WAAR-
SCHUWINGSLAMP-
JES EN MELDINGEN
OP HET INSTRU-
MENTENPANEEL
Op het instrumentenpaneel bevin-
den zich de belangrijkste controle-
/waarschuwingslampjes. Sommige
van deze lampjes verschijnen tege-
lijkertijd met bijbehorende waar-
schuwingen ook op het multifunctio-
nele display op het dashboard.
Veel meldingen/berichten verschijnen
tegelijkertijd met een symbool alleen
op het multifunctionele display met de
bijbehorende waarschuwingen voor de
gebruiker.
BELANGRIJK Sommige meldingen
hangen af van de uitvoering en bij-
behorende uitrusting van de auto.
ALGEMENE OPMERKINGEN
Naast de storingsmeldingen die op
het multifunctionele display worden
weergeven, het geluidssignaal dat u
hoort en het gaan branden van het
betreffende lampje (indien aanwezig),
verschijnen er specifieke
schuwingsberichten (bijvoorbeeld:
"BEZOEK EEN WERKPLAATS",
"ZET DE MOTOR AF", enz.). Deze
berichten zijn kort en uit voorzorg
en hebben tot doel u er op attent te
maken snel actie te ondernemen als
er een storing in de werking van de
auto wordt gevonden. Een dergelijk
bericht moet echter als een aanvulling
worden gezien en niet als alternatief
voor de informatie in dit instructie-
boekje. Wij raden u daarom aan dit
instructieboekje goed door te lezen.
Houdt u bij een storingsmelding al-
tijd aan de aanwijzingen die in dit
hoofdstuk beschreven worden.
De storingsmeldingen die op het dis-
play Infocenter verschijnen, zijn on-
derverdeeld in twee categorieën: zeer
ernstige storingen en ernstige storin-
gen. Bij de zeer ernstige storingen ver-
schijnen er afwisselend, enkele secon-
den, het bericht met betrekking tot de
storing en het waarschuwingsbericht.
waar-
Deze "cyclus" wordt een onbepaalde
tijd herhaald, waarbij de weergave die
daarvoor op het display werd aange-
geven onderbroken wordt. Iedere keer
als u de contactsleutel in stand MAR
zet, wordt de "cyclus" opnieuw weer-
gegeven, totdat de oorzaak van de sto-
ring is verholpen. Bovendien is het
mogelijk de "cyclus" te onderbreken
door kort (minder dan twee seconden)
het knopje voor het op nul zetten van
de dagstand in te drukken. In dat ge-
val blijft het symbool dat betrekking
heeft op de storing centraal op het
display weergegeven, totdat de oor-
zaak van de storing verholpen is.
115