Download Print deze pagina
Dräger Infinity Acute Care System Gebruiksaanwijzing
Verberg thumbnails Zie ook voor Infinity Acute Care System:

Advertenties

Gebruiksaanwijzing
Infinity
®
WAARSCHUWING
Voor het juiste gebruik van dit
medische hulpmiddel deze
gebruiksaanwijzing lezen
en strikt opvolgen.
Acute Care System
Bewakingstoepassingen
Software VG8.0

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Dräger Infinity Acute Care System

  • Pagina 1 Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System ® Bewakingstoepassingen WAARSCHUWING Software VG8.0 Voor het juiste gebruik van dit medische hulpmiddel deze gebruiksaanwijzing lezen en strikt opvolgen.
  • Pagina 3 Informatie over dit document Typographical conventions Afbeeldingen De volgorde van handelingen wordt met opeenvolgende nummers aangegeven. Elke Afbeeldingen van producten en de scherminhoud nieuwe reeks handelingen begint weer met "1". in dit document kunnen verschillen van de  Afzonderlijke handelingen of verschillende configuratie en het ontwerp van de feitelijke keuzemogelijkheden voor handelingen worden producten.
  • Pagina 4 Handelsmerken van derden-fabrikanten Handelsmerk Handelsmerkeigenaar Handelsmerk Handelsmerkeigenaar BIS VISTA Medtronic Surfa'Safe ANIOS Laboratories Medtronic Wip'Anios Nellcor Descogen Antiseptica OxiMax Oxygenon SatSeconds SteriMax Aseptix CapnoLine Dismozon BODE Chemie Capnostream Chlor-Clean Tablets helix Solution FilterLine Dispatch Clorox Microcap Cleanisept Dr. Schumacher MicroPod Actichlor Ecolab USA Microstream...
  • Pagina 5 Microstream ® MicroPod ® External Capnography Module patenten De componenten voor capnografie van dit product zijn door één van de volgende patenten in de VS beschermd: 6,437,316; 6,428,483; 6,997,880; 7,488,229; 8,414,488; 8,412,655 en hun buitenlandse equivalenten. Verdere gepatenteerde toepassingen zijn nog in behandeling. Open-source software Apparaten van Dräger die op software werken kun- nen gebruik maken van open-source software, af-...
  • Pagina 6 Vereisten m.b.t. de gebruikersgroep De term "gebruikersgroep" beschrijft het Personeel voor het klaarmaken voor hergebruik verantwoordelijke personeel dat door de Deze gebruikersgroep voert de nodige activiteiten gebruikersorganisatie is aangewezen om een uit om het product klaar te maken voor hergebruik. specifieke taak met een product uit te voeren.
  • Pagina 7 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Voor de veiligheid Exportprotocol ......81 van u en uw patiënten ....13 Gebruikersinterface .
  • Pagina 8 Inhoudsopgave Akoestische alarmsignalen....139 De Analyse Instrument-pagina gebruiken ..198 Optische en akoestische Trendtabellen ......200 alarmsignalen testen .
  • Pagina 9 Inhoudsopgave ST-bewaking met 12 afleidingen ... 249 Functies voor het configureren Aansluiten van van Masimo rainbow SET Puls de leadsets voor ST-bewaking ... . . 250 CO-Ox-parameters .
  • Pagina 10 Inhoudsopgave Voorbereiding van Microstream CO -bewaking ... . . 363 de patiënt op invasieve drukbewaking ..321 Overzicht van Weergave invasieve druk ....321 Microstream®CO -bewaking.
  • Pagina 11 Inhoudsopgave De CCO/SvO2-instellingen openen ..417 Compatibiliteit van apparaten ... . . 449 Functies voor Gegevens van ondersteunde het configureren van SvO2-parameters ..417 Medibus-beademingsapparaten .
  • Pagina 12 Inhoudsopgave Beschikbare rapporten ....507 Gevalideerde procedures Rapporten printen..... . . 507 voor opnieuw ingebruikname .
  • Pagina 13 Voor de veiligheid van u en uw patiënten Voor de veiligheid van u en uw patiënten Verplichte melding van ongewenste incidenten ....14 Volg deze gebruiksaanwijzing strikt op..14 De gebruiksaanwijzing bewaren.
  • Pagina 14 Volg deze gebruiksaanwijzing strikt op Training OPMERKING Het Infinity Acute Care System biedt de volgende Training voor gebruikers is beschikbaar via de aanvullende instructies voor het gebruik: verantwoordelijke Dräger-organisatie – Infinity Acute Care System – Infinity M540 (zie www.draeger.com).
  • Pagina 15 Voor de veiligheid van u en uw patiënten Accessoires Installatie van accessoires WAARSCHUWING LET OP Risico op onjuiste werking. Risico van onjuist functioneren van het apparaat Het gebruik van andere accessoires, Installeer accessoires op het basisapparaat in transducers en kabels dan die welke door de overeenstemming met de gebruiksaanwijzing van fabrikant van deze apparatuur zijn het basisapparaat.
  • Pagina 16 Sluit alleen passieve USB-apparaten aan op het de juiste werking van het medische apparaat IACS-(Infinity Acute Care System)-Cockpit. en elektrische schokken veroorzaken. Voordat Om de patiënt te beschermen tegen letsel u het medische apparaat gebruikt, moet u de...
  • Pagina 17 Voor de veiligheid van u en uw patiënten Aansluiting op een ziekenhuisnetwerk Patiëntbewaking Veel medische apparaten die zijn geproduceerd Degene die het medische apparaat bedient, is ver- door Dräger, maken gebruik van netwerken voor antwoordelijk voor de keuze van een adequaat pa- het realtime verzenden van patiëntgegevens en tiëntbewakingssysteem dat correcte en bruikbare voor het doorgeven van alarmvoorwaarden aan...
  • Pagina 18 Voor de veiligheid van u en uw patiënten Algemene veiligheidsinformatie De volgende WAARSCHUWING en LET OP- LET OP opmerkingen gelden voor de algemene werking Lees alle reinigingsinstructies (bijvoorbeeld van het apparaat. afkomstig van de fabrikant van het Specifieke WAARSCHUWINGEN en LET OP- desinfecteermiddel en het ziekenhuis) zorgvuldig opmerkingen aangaande subsystemen of door voordat u het apparaat reinigt.
  • Pagina 19 Voor de veiligheid van u en uw patiënten Niet gebruiken in omgevingen met Gebruiksomgeving explosiegevaar Gebruik apparaten (monitor, MPod, MCable en accessoires) alleen op plaatsen die voldoen aan de WAARSCHUWING omgevingsvereisten, zoals vermeld in het Brand- of explosiegevaar hoofdstuk met technische gegevens. Dit medische apparaat wordt niet ondersteund WAARSCHUWING voor gebruik in plaatsen waar zich ontvlamba-...
  • Pagina 20 Voor de veiligheid van u en uw patiënten WAARSCHUWING LET OP Zorg ervoor dat het apparaat juist is Om beschadiging van het touchscreen te voorko- gemonteerd en bevestigd om letsel te men, mag het voorpaneel van de apparaten niet voorkomen. Zorg ervoor dat wordt voldaan in aanraking komen met scherpe instrumenten.
  • Pagina 21 Voor de veiligheid van u en uw patiënten Bescherming tegen computervirussen LET OP Om de patiënt te beschermen tijdens het defibril- LET OP leren en om de juistheid van de ECG-gegevens te garanderen, mag u alleen de door Dräger gespe- Het IACS heeft geen antivirussoftware en cificeerde ECG-elektroden en -kabels gebruiken.
  • Pagina 22 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 23 Cyberbeveiliging Cyberbeveiliging Overzicht cyberbeveiliging ....24 Wat is cyberbeveiliging?....24 Cyberbeveiligingsterminologie .
  • Pagina 24 Cyberbeveiliging Overzicht cyberbeveiliging Dit hoofdstuk beschrijft best practices, Gevaarlijke situaties als gevolg van een aanbevelingen en richtlijnen voor het cyberbeveiligingsincident zijn onder andere implementeren van cyberbeveiligingsprotocollen in onbevoegde toegang, verspreiding van malware en uw werkomgeving en de cyberbeveiliging van onbevoegde activering van de Audiopauze- of IACS-apparaten in het Infinity-netwerk.
  • Pagina 25 Cyberbeveiliging Term Beschrijving DSCP Differentiated Services (DiffServ) waarde ingesteld in een IP-pakket voor classificatie en beheer. DSCP maakt deel uit van een Quality of Service (QoS) implementatie. Legacy-modus Een protocol zonder geauthenticeerde en gecodeerde communicatie tussen apparaten. De legacy-modus is een niet-preferentiële beveiligingsmodus waarin apparaten zonder beveiligde communicatie functioneren.
  • Pagina 26 Cyberbeveiliging Veiligheidsinformatie m.b.t. de cyberbeveiliging De volgende WAARSCHUWINGEN en LET OP- WAARSCHUWING opmerkingen gelden voor de cyberbeveiliging. Risico van verbindingsfouten door niet overeenkomende netwerkbeveiligingsmodus WAARSCHUWING Risico op cyberaanvallen in legacy-modus Als de netwerkbeveiligingsmodus (beveiligd of legacy) niet overeenkomt op apparaten in Door de beveiligde modus uit te schakelen en het Infinity-netwerk, kunnen de apparaten naar de legacy-modus te wisselen, wordt de...
  • Pagina 27 Cyberbeveiliging WAARSCHUWING Risico op verlies van patiëntgegevens De beveiligde modus wordt niet ondersteund op Dräger Delta apparaten. Als de draadloze optie is geactiveerd op een M540 in de beveiligde modus en een Delta-apparaat zich op hetzelfde draadloze netwerk bevindt, kunnen er netwerkgegevens van de patiëntbewaking verloren gaan.
  • Pagina 28 Cyberbeveiliging Informatie en aanbevelingen inzake cyberbeveiliging Dräger adviseert altijd de best practices voor  Dräger via versleutelde e-mails informatie te cyberbeveiliging te volgen, zoals: verstrekken over cybersecurity-dreigingen of kwetsbaarheden in de beveiliging die u hebt  Het onderhouden van software en firmware geïdentificeerd.
  • Pagina 29 Cyberbeveiliging – Geadviseerd wordt waarborging van de veiligheid van de telecommunicatiekast, dit valt onder de verantwoordelijkheid van de instelling waar deze worden gebruikt. – Dräger adviseert USB-geheugenopslagappara- ten te gebruiken met interne hardwarematige AES-256 versleuteling van FIPS 140-2 niveau 3. –...
  • Pagina 30 Cyberbeveiliging Netwerkverkeer en gegevensbeveiliging Infinity-netwerkconfiguratie In de volgende afbeelding ziet u een voorbeeld van de Infinity-netwerkconfiguratie. Aanbevelingen voor de gegevensbeveiliging – Op geïsoleerde IT-netwerken van Dräger mag van de VLAN's en op het correct configureren, alleen Infinity-bewakingsapparatuur worden implementeren en gebruiken van de geïnstalleerd en gebruikt die is uitgerust met veiligheidsmaatregelen van de organisaties die cyberbeveiliging die bescherming biedt tegen...
  • Pagina 31 Cyberbeveiliging IACS-interfaces en netwerkprotocollen IACS-apparaten beschikken over de interfaces zoals aangegeven in de volgende tabel. IACS- apparaten schakelen ongebruikte netwerkinterfaces uit. Type Doel M540 interfaces Weergave Weergave van diverse klinische en configuratieparameters van het apparaat Hardkeys Zorgt voor een beperkte mate van gebruikersinteractie, zoals: opstarten/uitschakelen van het apparaat;...
  • Pagina 32 Cyberbeveiliging Type Doel P2500 interfaces Systeemkabelconnec- Zorgt voor voeding en communicatie met andere componenten van het tors systeem Verkabeld netwerk Zorgt voor de communicatie met andere Infinity netwerkapparatuur (Infinity LAN) Connector voor zuster- Zorgt voor externe melding van alarmcondities met een gemiddelde en hoge oproepsysteem prioriteit via een relaisconnector Connector voor...
  • Pagina 33 Cyberbeveiliging Aansluitpoorten Infinity-netwerk De volgende modi zijn open op de Infinity netwerk verbinding. Poort Protocol Service SSH/SFTP SNMP (opmerking: Open afhankelijk van de serviceconfiguratie) 1950 2000 2050 PDS (opmerking: alleen gebruikt tijdens externe weergave) 2100 Tijd service 2150 Naam service 7100 ACS recorder manager 20000...
  • Pagina 34 Cyberbeveiliging taken met hoge prioriteit kunnen worden uitge- Invloed van overmatig verkeer op het gedrag voerd. Deze situatie kan leiden tot: van IACS-apparaat  Een vertraging van de alarmgeneratie en een Als er overmatig netwerkverkeer wordt vertraging van de updates van gemeten para- geconstateerd, kan dit het volgende gedrag van IACS-apparaten tot gevolg hebben: meters terwijl het systeem controleert of de toe-...
  • Pagina 35 Cyberbeveiliging 4 Selecteer het tabblad Service. Mogelijk dubbel IP-adres 5 Klik op de pijltjestoets naast Logs exporteren. Een beveiligingsmechanisme dat is geïmplemen- teerd om onecht verkeer te voorkomen, kan ertoe Een bericht toont de voortgang van de export van leiden dat de Cockpit overschakelt naar APIPA (Au- logboekinformatie naar de USB-stick.
  • Pagina 36 Cyberbeveiliging Infinity-netwerkbeveiligingsmodi Er zijn twee beveiligingsmodi beschikbaar voor het OPMERKING Infinity-netwerk: Beveiligde modus en Legacy-mo- De beveiligde modus wordt niet ondersteund op dus. De beveiligingsmodus wordt ingesteld door R50N-recorder apparaten. R50-N apparaten DrägerService of gespecialiseerd servicepersoneel. communiceren niet met andere apparaten in een netwerk in beveiligde modus.
  • Pagina 37 Cyberbeveiliging Foutcondities netwerkbeveiliging De volgende fouten kunnen op de Cockpit worden weergegeven wanneer de beveiligde communicatie mislukt of wanneer de beveiligingsreferenties van het apparaat binnenkort verlopen of zijn verlopen. Op de Cockpit weergegeven bericht Omstandigheid <bedlabel van bestemming>: Een afstandsbedieningsopdracht of een netwerkoverdracht is afstandsbediening mislukt mislukt.
  • Pagina 38 Cyberbeveiliging De volgende fouten kunnen op de M540 worden weergegeven wanneer de beveiligde communicatie mislukt of wanneer de beveiligingsreferenties van het apparaat binnenkort verlopen of zijn verlopen. Op de M540 weergegeven bericht Omstandigheid Neem contact op met service. PSK: De beveiligingssleutel (PSK/MCK) die door dit apparaat wordt <datum>...
  • Pagina 39 Toepassing Toepassing Beoogd gebruik ..... . . 40 Indicaties ......40 Gebruiksomgevingen.
  • Pagina 40 Toepassing Beoogd gebruik Het IACS is bedoeld voor fysiologische Het IACS verkrijgt de fysiologische gegevens over patiëntbewaking van volwassenen, kinderen en meerdere parameters via de verbinding met de neonaten via meerdere parameters in omgevingen M540-monitor en optionele medische apparaten en waarin de patiëntenzorg wordt geleverd door schermen.
  • Pagina 41 Toepassing Gebruiksomgevingen Het apparaat is bedoeld voor omgevingen waar pa- – Omgevingen met MRI-apparatuur tiëntenzorg wordt verleend door geschoolde ge- – Op plaatsen waar zuurstofconcentraties van zondheidszorgmedewerkers, maar niet in de vol- meer dan 25 Vol% of brandbare of explosieve gende omgevingen: gasmengsels kunnen voorkomen.
  • Pagina 42 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 43 Systeemoverzicht Systeemoverzicht Overzicht ......44 Infinity Medical Cockpit ....44 Infinity P2500-netvoedingseenheid (P2500).
  • Pagina 44 Systeemoverzicht Overzicht In deze gebruiksaanwijzing worden de Cockpit – Loskoppelen van de M540 – verwijst naar het (Medical Cockpit), het primaire display en de loskoppelen van de M540 van de M500 voor gebruikersinterface van de Acute Care System - patiëntvervoer. Bewakingstoepassingen –...
  • Pagina 45 Systeemoverzicht Infinity P2500-netvoedingseenheid (P2500) In de volgende afbeelding wordt de onderzijde van A Twee onderling verwisselbare systeemkabel- de P2500 weergegeven. connectors: een voor de M540 en een voor de Cockpit B Netsnoeraansluiting C Infinity-netwerkconnector D Connector voor nurse call-systeem E Connector voor exportprotocol Het voorpaneel van de P2500 heeft de volgende twee leds: –...
  • Pagina 46 Systeemoverzicht Infinity M500-dockingstation (M500) De M500 is het apparaat waarmee de M540 wordt bevestigd en wordt voorzien van stroom. Het apparaat laadt bovendien de accu op en regelt de communicatie tussen de M540 en de Cockpit via een optische ethernetkoppeling. In de standalone- configuratie van de M540 kan de M500 de communicatie tussen de M540 en andere apparaten in het Infinity-netwerk rechtstreeks...
  • Pagina 47 Systeemoverzicht Extra hardware In de volgende tabel worden de extra apparaten vermeld die op het IACS kunnen worden aangesloten. Apparaat Beschrijving Aansluiting Infinity MCable – Meet het percentage met zuurstof Wordt rechtstreeks aangesloten Masimo SET gesatureerde functionele hemoglobine op de SpO2-connector van de (SpO2) en vermeldt de perfusie-index M540 (zie pagina 276 en 295).
  • Pagina 48 (Sevofluraan, op de CO2-connector van de Desfluraan, Isofluraan, Halothaan en M540 of het M500 dockingstation Enfluraan) in het ademgas. (zie de gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – Scio Four Oxi Meet de CO -, N O- en O -concentratie Infinity M540).
  • Pagina 49 Systeemoverzicht Extra apparaten en interfacekits Extra apparaten die fysiologische en Voor de aansluiting van apparatuur op het Infinity multiparametergegevens kunnen weergeven, Acute Care System zijn aansluitkabels leverbaar. trends kunnen aangeven en informatie kunnen Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het Infinity verzenden via een netwerk, staan vermeld in de Acute Care System, Bewakingsaccessoires, Opmerkingen bij de release van Infinity Acute Care Software VG8 voor een lijst met interfacekits.
  • Pagina 50 Systeemoverzicht Met de toets naast dit symbool Het akoestische alarmsignaal is opent u pagina's met speciale tijdelijk gepauzeerd procedures Toegang tot alarmfuncties Het akoestische alarmsignaal is permanent uitgeschakeld Toegang tot de Standby- en Klinisch wachtwoord wijzigen privacy-modi, en toegang om een Biomed-wachtwoord wijzigen patiënt te ontslaan Toegang tot voorgeconfigureerde...
  • Pagina 51 Systeemoverzicht Wisselstroomaansluiting WEEE – elektrisch-elektronische apparatuur op de juiste wijze afvoeren. Functie/instelling is ontgrendeld Onderdeelnummer en revisie van apparaat Functie/instelling is vergrendeld Serienummer van apparaat Gegevensinvoer met numeriek Fabricagedatum toetsenblok Trendconfiguratie Procedure voor schermkalibratie is voltooid Toegang tot toetsenbord Procedure voor schermkalibratie herhalen Verpleegkundigenoproep Weergavefilter.
  • Pagina 52 Systeemoverzicht Parameter wordt als een curve en Importeerfuncties (bijvoorbeeld een parameterveld weergegeven profielen importeren) Wijzigingen opslaan (bijvoorbeeld ESD-waarschuwing wijzigingen in een weergave) Opslaan als symbool IPXx Mate van bescherming tegen binnendringende vaste deeltjes en vloeistoffen, zoals IPX1, IPX4 enz. Hiermee bladert u vooruit op een Hiermee vernieuwt u een webscherm website Het hoofdscherm weergeven...
  • Pagina 53 Systeemoverzicht Niet hergebruiken, voor éénmalig Niet blootstellen aan zonlicht gebruik Niet hergebrui- Chinese RoHs-aanduiding ter Gebruiken Dit symbool geeft de uiterste bestrijding van verontreiniging gebruiksdatum aan. JJJJ-mm-dd veroorzaakt door elektronische geeft aan tot welke datum het informatieproducten. apparaat veilig kan worden gebruikt. tot: jjjj/mm/dd Let op: Dit product bevat...
  • Pagina 54 Systeemoverzicht Afkortingen In de volgende lijst worden de afkortingen vermeld Afkorting Beschrijving die in deze gebruiksaanwijzing voorkomen en die ARTF Artefact worden weergegeven op de Cockpit. Voor alle afkortingen van parameters afkomstig van externe Asystolie apparaten, dient u de betreffende ECG-afleiding aVF gebruiksaanwijzing te raadplegen.
  • Pagina 55 I (I:Espon) Verhouding inspiratoir/expiratoir, Enfluraan spontaan, inspiratoire component Enf const Gecombineerd Enfluraanverbruik Verhouding inspiratoir/expiratoir Eindsystolisch volume IACS Infinity Acute Care System – ESVI Eindsystolische volume-index Bewakingstoepassingen End-tidal (in combinatie met Intermitterende cardiac index gaswaarden) Intermitterende cardiac output etDes End-tidal Desfluraan-concentratie...
  • Pagina 56 Systeemoverzicht Afkorting Beschrijving Afkorting Beschrijving ICP3 Intracraniale druk 3 LV D LV diastolische waarde ICP4 Intracraniale druk 4 LV M LV mean waarde Infinity CentralStation LV S LV systolische waarde International Electrotechnical LVSW Werk linker ventriculaire slag Commission LVSWI Index werk linker ventriculaire ECG-afleiding II slag ECG-afleiding III...
  • Pagina 57 Systeemoverzicht Afkorting Beschrijving Afkorting Beschrijving PaCO2 Arteriële CO2-druk Qs/Qt Intrapulmonale rechter- linkershunt PaO2 Arteriële O -druk Weerstand (ademwegen) Pauze Pauzedruk Parameter correlatiefactor Ademwegdruk R50N Striprecorder PAW min Minimale ademwegdruk Rechterarm (ECG) Omgevingsdruk Bloeddruk rechteratrium PeCO2 Gemengde expiratoire CO2-druk Radiale arteriële bloeddruk PEEP Positieve eind-expiratoire druk Weerstand (ademwegen)
  • Pagina 58 Systeemoverzicht Afkorting Beschrijving Afkorting Beschrijving SC ΔPtoe- Drukondersteuning door interne Temperatuur 1A voer beoor- regelunit (SmartCare) Temperatuur 1B deeld Temperatuur A SC ΔPtoe- Drukondersteuningsdoel TACH Tachycardie voer doel (SmartCare) Temperatuur B SC duur Duur van patiëntsessie (SmartCare) TBla Blaastemperatuur SC etCO2 etCO2 (SmartCare) TBld1 Bloedtemperatuur...
  • Pagina 59 Systeemoverzicht Afkorting Beschrijving Afkorting Beschrijving Totale vasculaire weerstand Vtrap Getrapt volume Umbilicale arteriële bloeddruk VTspon Spontaan slagvolume, lekkage gecorrigeerd Umbilicale veneuze druk VTspon gem. Gemiddeld spontaan teugvolume Borstwandafleiding van een kabelset met 5 of 6 afleidingen V'CO2 CO2-productie Tweede borstwandafleiding van een kabelset met 6 afleidingen V1 - V6 ECG-borstwand-afleidingen V1...
  • Pagina 60 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 61 Werkingsconcept Werkingsconcept Overzicht ......63 Ondersteunde berichten....86 Dialoogvensters en pagina's .
  • Pagina 62 Werkingsconcept Profielen/status ..... . . 98 Patiënt- en standaardprofielen ... . . 98 Instellingen die zijn opgenomen in een profiel.
  • Pagina 63 Werkingsconcept Overzicht Het IACS is een volledige netwerkoplossing die patiëntbewaking, behandeling en IT-toepassingen biedt op de plaats van zorgverlening. Dräger heeft het IACS ontwikkeld als oplossing voor veelvoorkomende problemen in de context van acute zorgverlening. Met het oog daarop biedt het IACS gestandaardiseerde gebruikersinterfa- ces, een betere ergonomie en grotere flexibiliteit in de werkomgeving en gecentraliseerde patiëntinfor-...
  • Pagina 64 Werkingsconcept De IACS-componenten In de volgende afbeelding wordt een mogelijke configuratie van het IACS getoond. A C500/C700 L Infinity-netwerk B DVI-kabel / DisplayPort-kabel M Infinity MCable – Verpleegkundigenoproep (optie) C Secundaire display (optioneel) N P2500 D USB-kabel O Ziekenhuisnetwerk E Toetsenbord en muis (optioneel) P Ethernetkabel F Aansluitkabel voor apparaat (optioneel) G M540-patiëntmonitor...
  • Pagina 65 Werkingsconcept Communicatie tussen de M540 en de Cockpit Koppelen van de M540 De communicatie tussen de M540 en de Cockpit start zodra de M540 is gekoppeld op de M500 (zie pagina 125). De M540 ontvangt fysiologische Zodra de M540 op de M500 is gekoppeld, gebeurt signalen van de patiënt en geeft die voor weergave het volgende op de Cockpit: door naar de Cockpit.
  • Pagina 66 Werkingsconcept Ontkoppelen van de M540 Koppelen op een andere Cockpit LET OP Als de gebruiker de M540 ontkoppelt, gebeurt het Voordat u de M540 op een andere Cockpit volgende: koppelt, moet u ervoor zorgen dat op beide – Het bericht Losgekoppeld van M540 apparaten dezelfde meeteenheden worden verschijnt in het midden van het Cockpit- gebruikt.
  • Pagina 67 M540 zich "Externe weergave" bekijken (zie pagina 70). gedraagt bij draadloos transport raadpleegt u de gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – OPMERKING Infinity M540-patiëntmonitor. De toewijzing van twee IACS-bewakingsappara- ten aan dezelfde bewakingseenheid in het net- werk, kan resulteren in een onderlinge tijdver- schuiving van maximaal 80 seconden.
  • Pagina 68 Infinity Acute Care System – Er kunnen maximaal 60 trendparameters via het Infinity M540. netwerk worden overgedragen op basis van de parameterprioriteit van de Cockpit.
  • Pagina 69 Werkingsconcept LET OP Om te voorkomen dat de gegevens van twee patiënten worden samengevoegd, ontslaat u eerst de patiënt die op de bestemmings-Cockpit is opgenomen. Als de patiënt niet wordt ontslagen, worden de nieuwe gegevens toegevoegd aan de bestaande gegevens die op de bestemmings- Cockpit zijn opgeslagen.
  • Pagina 70 Werkingsconcept Een succesvolle overdracht heeft als gevolg: Een mislukte overdracht heeft als gevolg: – De Cockpit keert terug naar het hoofdscherm. – De Cockpit keert terug naar de pagina Transfer. – Het bericht Overdracht voltooid wordt in de kopbalk van de Cockpit weergegeven. –...
  • Pagina 71 Werkingsconcept Externe weergave van Weergaven... > Externe dubbelweergave patiënten in of uit te weergave schakelen. Selecteer Weergaven... in het hoofdmenu en klik – Selecteer of deselecteer op het tabblad op het tabblad Externe weergave om een lijst met Weergaven... > Externe weergave de patiënten weer te geven.
  • Pagina 72 Werkingsconcept Functies voor externe weergave – Selecteer de toets Externe lijst weergeven (B) om de externe weergave van een enkel bed te Tijdens de weergave van externe patiëntgegevens verlaten en de lijst met bedden in uw zijn er verschillende functies beschikbaar, zoals alarmgroep of bewakingseenheid weer te weergegeven in het volgende diagram.
  • Pagina 73 Werkingsconcept Centrale bewaking het alarm wordt bevestigd. De alarmtoon weerklinkt zelfs als de alarmen gepauzeerd zijn of als het alarmvolume werd gedeactiveerd. Als een Cockpit met het Infinity-netwerk communi- ceert, kan de gebruiker de patiënt voor centrale be- – Het alarmvolume wordt automatisch naar waking in het ICS opnemen.
  • Pagina 74 Werkingsconcept IT-toepassingen volgende apparaten uitvoeren: Delta / Delta XL of Kappa, Vista XL, Gamma X XL: Als de optie IT-toepassingen is ontgrendeld, biedt – Tijdgebonden en continue registraties de Cockpit toegang tot IT-toepassingen via het aanvragen URL-adres (Uniform Resource Locator) van de IT- –...
  • Pagina 75 Werkingsconcept Wat gebeurt er als... Gedrag Alarmgedrag een M540 waarvan de akoestische Alle akoestische alarmsignalen worden gedurende alarmsignalen zijn gepauzeerd, op een 2 minuten op beide apparaten gepauzeerd. Cockpit wordt gekoppeld? de gebruiker een M540 koppelt die een De huidige status m.b.t. de onderdrukking/uitschake- andere alarmpauzestatus heeft dan de ling van het alarm wordt geannuleerd en vervangen Cockpit?
  • Pagina 76 Werkingsconcept Wat gebeurt er als... Gedrag de verbinding tussen de Cockpit en het ICS Als de instelling Centrale post inschakelen is geacti- wordt verbroken? veerd (zie pagina 490), gebeurt het volgende op de Cockpit: – De instelling Alarm volume op de Cockpit (zie pa- gina 472) verandert naar 100 % volume, ongeacht het feit of er een alarmconditie is of niet.
  • Pagina 77 Werkingsconcept Vergrendelde opties Het IACS ondersteunt diverse vergrendelde opties. Voor een overzicht van opties raadpleegt u de gebruiksaanwijzing Acute Care System – Bewakingsaccessoires. Tijdelijke opties Dankzij tijdelijke opties is het voor een M540 in een Tijdelijke opties worden gedeactiveerd wanneer IACS-configuratie mogelijk om samen met de een patiënt wordt ontslagen.
  • Pagina 78 Werkingsconcept Kloonscherm Het extra scherm configureren 1 Klik op de toets Systeem set-up... op het Op het kloonscherm wordt de inhoud van het Hoofdscherm. Cockpit-scherm afgebeeld. De display produceert 2 Druk op de toets >> om extra tabbladen weer te geen akoestische alarmsignalen en ondersteunt geven.
  • Pagina 79 Werkingsconcept 3 Selecteer de toets Layout. Selecteer 7 Selecteer de toets Mini trends om de weerga- vervolgens de Links- of Rechts (standaard)- ve van minitrends te activeren of deactiveren of toets om te bepalen of de curven links of rechts een trendweergavetijd te selecteren (zie van de parametervelden worden weergegeven.
  • Pagina 80 Werkingsconcept Tabblad Timers Er zijn twee timers beschikbaar voor het extra scherm. In de volgende tabel vindt u de instellingen die beschikbaar zijn binnen de dialoogpagina Stopwatches Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Stopwatch A Start, Stoppen, Herstellen Hiermee kan de timer gestart en gestopt wor- den en op nul worden gezet.
  • Pagina 81 Werkingsconcept Tabblad Profielen In de volgende tabel vindt u de instellingen die beschikbaar zijn binnen de dialoog pagina Profielen. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Profiel Selecteer de vervolgkeuzetoets om de Hiermee kan een gebruiker vijf opgeslagen profielen weer te geven. aangepaste profielen opslaan. Profiel Opslaan Hiermee kan een gebruiker een nieuw...
  • Pagina 82 M540 is aangesloten. van het IACS kunt u terecht in de gebruiksaanwij- zing van Infinity Acute Care System – Het beeldscherm van een bewakende Cockpit is Medical Cockpit. onderverdeeld in de volgende hoofdgebieden:...
  • Pagina 83 Werkingsconcept Kopbalk De blauwe kopbalk verschijnt langs de bovenrand Het veld Naam patiënt van het Cockpit-scherm. Deze balk is altijd In het veld Naam patiënt (C) van de kopbalk wordt zichtbaar, ongeacht wat er in het bewakingsgebied de naam van de patiënt weergegeven. Als u dit veld wordt weergegeven.
  • Pagina 84 Werkingsconcept Het veld Alarmstatus aantal voorbeelden van symbolen en berichten met betrekking tot alarmen die in dit veld kunnen In het veld Alarmstatus (F) in de kopbalk (zie verschijnen. "Berichten" op pagina 522) wordt de huidige alarmstatus weergegeven. Hieronder vindt u een Symbool Label Beschrijving...
  • Pagina 85 Werkingsconcept Parametervelden Elk parameterveld bevat real-time waarden van een parameter en een combinatie van de volgende gegevens: – Parameterlabels (inclusief dynamische druklabels) – Alarmgrenzen (of doorgekruiste driehoeksymbolen wanneer de alarmfuncties zijn gedeactiveerd) – Meeteenheden (kunnen worden geactiveerd/gedeactiveerd) – ECG-hartbliep (en pacemakerbliep voor gepacete pulsen), RRi-bliep en SpO2-bliep –...
  • Pagina 86 Werkingsconcept parameter op de Cockpit worden weergegeven, – Parameterlabels worden in elk parameterhoofdstuk gedetailleerd – Pacemakerspikes beschreven – QRS-synchronisatiemarkeringen – Markeringen voor ademhalingscurven om Curven ademdetectie aan te geven – Berichten (zie pagina 86) De Cockpit geeft minimaal 6 seconden aan curve- gegevens per curvekanaal weer met een curve- OPMERKING snelheid van 25 mm/s als er geen dialoogvensters...
  • Pagina 87 Werkingsconcept Dialoogvensters en pagina's Het onderstaande diagram toont hoe het Als u op de hoofdmenubalk de overeenkomstige bewakingsgebied wordt weergegeven als de toets gevolgd door puntjes selecteert, wordt het gebruiker een dialoogvenster opent. De linkerkant overeenkomstige dialoogvenster geopend. Met is bestemd voor het dialoogvenster terwijl de bijvoorbeeld de toets Alarmen...
  • Pagina 88 Werkingsconcept Hoofdmenubalk en werkbalk voor snelle toegang In het volgende diagram wordt de hoofdmenubalk De volgende toetsen verschijnen in de weergegeven met de symbolen voor snelle hoofdmenubalk. toegang en een werkbalk voor snelle toegang. De Alarmen... Opent het Alarmen- hoofdmenubalk en de symbolen voor snelle dialoogvenster.
  • Pagina 89 Werkingsconcept Werkbalk Snelle toegang Functies die veel worden gebruikt, worden op de ECG rapport werkbalken voor snelle toegang gegroepeerd zodat Rust-ECG rapport ze gemakkelijk kunnen worden geopend. Die functies voor snelle toegang kunnen worden ST rapport Bevindt zich naast de geopend door de overeenkomstige symbolen voor toets Trends/ Alarm historie rapport...
  • Pagina 90 Werkingsconcept De parameterinhoud filteren U kunt de inhoud van de weergegeven parameters Met de filtertoets schakelt u tussen de ongefilterde filteren met de Weergavefilter-toets die in de en de gefilterde weergave. Het filter is geactiveerd volgende dialoogvensters verschijnt: als de weergavefiltertoets op de lichtgroene achtergrond verschijnt.
  • Pagina 91 Werkingsconcept Instellingswerkbalk Auto weergave Als de modus Auto weergave is geactiveerd (zie Die functioneert dynamisch in combinatie met de pagina 460), verschijnt de instellingswerkbalk Auto pagina Auto weergave (zie pagina 460), waarop weergave langs de onderzijde van het scherm. Met de gebruiker het maximale aantal velden voor de werkbalk voor Auto weergave kunt u de parame- curven en parametervelden kan selecteren en de...
  • Pagina 92 Werkingsconcept Cockpit-scherm in split screen-modus In de volgende afbeelding ziet u het display van de real-time-parameters weergegeven, terwijl in het Cockpit waarop de volgende opties/functies zijn linker deelvenster een trendtabel, loops, een geactiveerd: pagina met alle ECG-parameters, of parameters voor ECG/beademing, ECG/ST of ST worden –...
  • Pagina 93 Werkingsconcept Cockpit split screen-modus met minitrends In de volgende afbeelding ziet u het display van de Als de split screen-modus niet is geactiveerd, Cockpit waarop de volgende opties/functies zijn verschuift het deelvenster met de minitrends naar geactiveerd: de linkerrand van het scherm. –...
  • Pagina 94 Werkingsconcept Cockpit split screen-modus met multitab split screen De volgende afbeelding toont het beeldscherm van de Cockpit als de functie Multi-tab split scherm uit zichzelf is geactiveerd (zie pagina 461). A Kopbalk B Menubalk van hoofdscherm C Bewakingsgebied met vitale tekens in real-time D Multi-tab split scherm –...
  • Pagina 95 Werkingsconcept Cockpit split screen-modus met minitrends en IT-tabbladen De Cockpit ondersteunt IT-toepassingen die via – De functie Mini trends is geactiveerd (zie tabbladen toegankelijk zijn. pagina 461). In de volgende afbeelding ziet u het display van de Als de toepassing is geconfigureerd en de IT- Cockpit waarop de volgende opties zijn toepassingsfunctie is geactiveerd (zie pagina 493), ontgrendeld en functies zijn geactiveerd:...
  • Pagina 96 Werkingsconcept Parameterprioriteit Met de parameterprioriteit wordt de positie van een In de volgende lijst worden de standaardprioriteiten parameter op het scherm vastgelegd. Hoeveel voor parameters getoond. Drukwaarden zonder parameters er als curven en parametervelden toegewezen labels verschijnen als GD1, GD2, worden weergegeven, hangt ook af van de GD3, GD4, GD5, GD6, GD7 of GD8.
  • Pagina 97 Werkingsconcept 28 GD4 38 C.O. (niet beschikbaar in de modus voor neonaten) 29 GD5 39 SvO2 30 GD6 40 T (temperatuur) 31 GD7 41 T1 32 GD8 42 CO2 (MEDIBUS.X) 33 NIBP 43 Bead. 34 CO2 (van Infinity MCable – MainstreamCO2, Infinity MCable –...
  • Pagina 98 Werkingsconcept Profielen/status Cockpits kunnen aan verschillende zorggebieden De profielen zijn verdeeld in de volgende twee worden aangepast. Deze aanpasbaarheid is voor categorieën: een deel te danken aan profielen. Hiermee kan het – Patiënt- en standaardprofielen klinisch personeel unieke instellingen vastleggen voor de patiëntpopulaties van specifieke –...
  • Pagina 99 Werkingsconcept Instellingen die zijn opgenomen in een profiel De volgende tabel somt alle instellingen op die in Parameter Opgenomen instellingen een patiëntprofiel zijn opgenomen. Details over ST-bewaking elke instelling, zoals beschikbare selecties en een (zie pagina 255) gedetailleerde beschrijving van de desbetreffende ST afleiding 1 instelling, zijn te vinden op de vermelde pagina´s.
  • Pagina 100 Werkingsconcept Parameter Opgenomen instellingen Parameter Opgenomen instellingen SpO2 (Masimo SET Pulstoon volume Invasieve Schaal en Masimo bloeddruk Toon bron Filter Rainbow SET) Gemiddelde tijd Mean groot FastSAT modus Min. schaal (ICP, ICP2, ICP3, ICP4, ABD, BDP) Grootte curve [%] Kleur Kleur Instelling alarm aan/uit Instelling alarm aan/uit...
  • Pagina 101 Werkingsconcept Parameter Opgenomen instellingen Parameter Opgenomen instellingen Schaal Scio anesthesiegas Selectie anesthesiegas (alleen voor varianten met (zie pagina 378) RRc apnoe tijd [s] handmatige identificatie) RRc apnoe archief Configuratie anesthesie- Kleur gas-parametervak Luchtweg adapter Configuratie anesthesie- gas/xMac-minitrend Gemiddelde Alarmstatus Instelling alarm aan/uit Alarmgrenzen Alarmgrenzen Instellingen alarmarchief...
  • Pagina 102 Werkingsconcept Parameter Opgenomen instellingen Parameter Opgenomen instellingen Externe Bead. parameter scherm- Profielinstellingen alarm apparaten – Beade- instelling (zie pagina 433) Alarmsysteemin- All alarms paused mingsapparaat Parameter 1 (bead., paw) stellingen Alarmgrenzen weergeven (Medibus X) (zie pagina 473) Parameter 2 (bead., paw) (zie pagina 419) Parameter 3 (bead., paw) OK alarmen...
  • Pagina 103 Werkingsconcept Parameter Opgenomen instellingen Parameter Opgenomen instellingen Profielinstellingen scherm Profielinstellingen procedures Auto weergave- Auto weergave-modus Wedge Schaal instellingen (zie pagina 330) Curven Curve snelheid [mm/s] (zie pagina 460) Layout (rechts/links) Referentie curve Drukoverlap Analysetool Parameterselectie (zie pagina 197) Parametervakken Duur Layout PPV/SPV Art.
  • Pagina 104 Werkingsconcept Instellingen die niet in een profiel zijn opgenomen De volgende instellingen zijn niet in een profiel opgenomen en moeten afzonderlijk worden geconfigureerd. Deze instellingen blijven onveranderd totdat ze handmatig worden aangepast door de gebruiker. Functie parameter/sys- Instelling teem Niet-invasieve bloeddruk Veneuze stase (zie pagina 313) Continue modus...
  • Pagina 105 Werkingsconcept Systeemprofielen Systeemprofielen zijn instellingen voor het gehele De meeste systeeminstellingen kunnen worden systeem. De systeemprofielen zijn verdeeld in de gedeeld en zijn ook vaste instellingen. Sommige volgende twee categorieën: instellingen zijn echter uitsluitend vaste instellingen. Deze worden in de onderstaande tabel –...
  • Pagina 106 Werkingsconcept Instelling Gedeelde en vaste instellingen Uitsluitend vaste instellingen Alarm curve Eerste recorder Tweede recorder Setupinstellingen rapport (zie pagina 485) Vertraging curve [s] Duur curve [s] Duur trend [u] Interval tabel [min] Biomed-printerinstellingen (zie pagina 491) IP adres printer HP universele printerdriver Papierformaat Biomed-patiëntmonitorinstellingen (zie pagina 488) Netfrequentie...
  • Pagina 107 Werkingsconcept Instelling Gedeelde en vaste instellingen Uitsluitend vaste instellingen Biomed Infinity-netwerkinstellingen (zie pagina 490) IP adres Subnet mask Gateway Offline detectie Primary DNS Controle dubbele IP Interval IP controle [s] Biomed-ziekenhuisnetwerkinstellingen (zie pagina 490) DHCP IP adres Subnet mask Gateway Primary DNS Biomed-netwerkinstellingen (zie pagina 489) ID bewakingsunit...
  • Pagina 108 Werkingsconcept Instelling Gedeelde en vaste instellingen Uitsluitend vaste instellingen Grafische trendinstellingen (zie pagina 192) Weergave Grafieken Rasters Tabellarische trendinstellingen (zie pagina 192) Weergave Berekeningsparameters (zie het hoofdstuk "Berekeningen", dat begint op pagina 212) Alle hemodynamische parameters Alle parameters voor zuurstof- toediening/beademing Parameterselecties voor laboratoriumberekeningen (zie pagina 214) PaCO2...
  • Pagina 109 Werkingsconcept Profielen en weergaven beheren Profielen overdragen Elke patiëntcategorie (volwassen, pediatrie, neonataal) heeft zijn eigen unieke profiel. Als u bijvoorbeeld de neonatale patiëntcategorie Profielen kunnen naar andere Cockpits worden activeert, kunnen alleen de profielen voor de overgedragen op de met een wachtwoord neonatale patiëntcategorie worden geselecteerd.
  • Pagina 110 Werkingsconcept Standby-modus U kunt de patiëntbewaking tijdelijk onderbreken De Cockpit in de Standby-modus zetten door de Cockpit en de M540 in de Standby-modus 1 Selecteer het symbool naast de toets te zetten. Als u de Standby-modus op de Cockpit Start/Standby... in de hoofdmenubalk om de selecteert, wordt deze modus automatisch Standby-symboolbalk weer te geven.
  • Pagina 111 Werkingsconcept Privacy-modus De Privacy-modus is alleen mogelijk als de patiënt De Cockpit in de modus Privacy zetten in het Infinity CentralStation (ICS) is opgenomen. In 1 Selecteer het symbool naast de toets de Privacy-modus gaat patiëntbewaking door, Start/Standby... op de hoofdmenubalk. maar worden de patiëntgegevens van de Cockpit en de M540 verwijderd en verschijnen ze alleen op 2 Selecteer de toets Privacy op de werkbalk.
  • Pagina 112 Werkingsconcept Schermvergrendeling Met de schermvergrendeling kan de gebruiker het 3 Selecteer de toets Aan naast de menuselectie touchscreen deactiveren. Met behulp van de Schermslot. Wanneer schermvergrendeling is Schermslot kan de gebruiker de Cockpit geactiveerd, reageert het touchscreen niet op vergrendelen en voorkomen dat deze onbedoeld aanrakingen en de LED van de draaiknop wordt gebruikt.
  • Pagina 113 Werkingsconcept schappen. Functies die beschikbaar zijn voor Als een M540 is gekoppeld aan een Cockpit, neemt biomedische gebruikers zijn onder andere: de M540 de wachtwoorden op Cockpit- – Wachtwoorden instellen gebruikersniveau en de instellingen voor het – Productidentificatiegegevens bekijken verlopen van wachtwoorden over. –...
  • Pagina 114 Werkingsconcept het systeem het bericht dat het wachtwoord Importeren en exporteren van wachtwoord onjuist is en wordt het bestaande wachtwoord Servicepersoneel kan een USB-stick gebruiken om niet gewijzigd. beveiligingswachtwoorden te importeren en 6 Er verschijnt een bevestigingsscherm. Voer het exporteren. Het importeren van wachtwoorden nieuwe wachtwoord opnieuw in en klik op Enter.
  • Pagina 115 In bedrijf stellen In bedrijf stellen Overzicht ......116 Het IACS in-/uitschakelen ....116 Demografische gegevens weergeven .
  • Pagina 116 In bedrijf stellen Overzicht In dit hoofdstuk worden de stappen beschreven die Meer in het bijzonder wordt in dit hoofdstuk vereist zijn om de patiënt te bewaken op het IACS. uitgelegd hoe u het volgende doet: – Het IACS in-/uitschakelen –...
  • Pagina 117 In bedrijf stellen De Cockpit uitschakelen De M540 uitschakelen 1 Druk op de aan/uit-toets linksonder op de 1 Houd de aan/uit-toets ingedrukt. Het Cockpit. uitschakelvenster verschijnt. 2 Selecteer de toets Afsluiten in het 2 Selecteer de toets Afsluiten in het dialoogvenster.
  • Pagina 118 In bedrijf stellen Patiënt opnemen U kunt een patiënt handmatig in de Cockpit 3 Voer de patiëntnaam in – gebruik het symbool opnemen door de demografische gegevens op de (B) naast het Naam patiënt-veld om een pagina Demografische gegevens in te voeren. toetsenbord te activeren en de naam van de patiënt in te voeren (maximaal U kunt een patiënt ook via het netwerk opnemen...
  • Pagina 119 OPMERKING apparaat ontslagen. Raadpleeg de Wanneer een M540 aan de Cockpit wordt gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – gekoppeld, is de functietoets Ontslag op zowel Infinity M540 voor gedetailleerde informatie over de M540 als de Cockpit tijdelijk niet beschikbaar, het ontslaan van een patiënt vanaf de M540.
  • Pagina 120 In bedrijf stellen Een patiënt ontslaan Het ontslaan van een patiënt kan even duren. Tijdens deze periode wordt de melding Even 1 Selecteer het meest linkse veld in de bovenste wachten a.u.b... op het scherm weergegeven. schermbalk van de Cockpit aan om naar de Als de patiënt is ontslagen, verschijnt het pagina Demografische gegevens te gaan of bericht Scherm aantippen om bewaking te...
  • Pagina 121 In bedrijf stellen De patiëntcategorie selecteren Als de functie Selectie patiënt profiel is geacti- 3 Selecteer de toets voor de gewenste veerd (zie pagina 488), kunt u de patiëntcategorie patiëntcategorie (Volwassen, Pediatrisch, of wijzigen en op de pagina Start een profiel selecte- Neonaat), naast de selectie Patiëntcategorie.
  • Pagina 122 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 123 Montage en voorbereiding Montage en voorbereiding Overzicht montage ..... 124 Koppelen/ontkoppelen van de M540 ..125 Vooraanzicht van de M500 (met gekoppelde M540) .
  • Pagina 124 Montage en voorbereiding Overzicht montage In de winkel beschikbare In dit hoofdstuk worden de volgende elementaire montagetaken beschreven: montageoplossingen – De M540 koppelen aan/loskoppelen van de Er zijn diverse montageoplossingen beschikbaar. M500 Het ziekenhuis is ervoor verantwoordelijk iedere montageoplossing te installeren, te testen en de –...
  • Pagina 125 Montage en voorbereiding Koppelen/ontkoppelen van de M540 Het onderstaande diagram toont het voor- en D M500 zijpaneel van de M500 die de M540 op zijn plaats E Draaivoet (optioneel) en bevestigingsklem houdt. De M540 koppelen Vooraanzicht van de M500 (met 1 Plaats het gebogen gedeelte van de M540 gekoppelde M540) tegenover het gebogen gedeelte van de M500.
  • Pagina 126 Montage en voorbereiding Vergrendelen/ontgrendelen van de M540 U kunt de M540 in de M500 vergrendelen om te De M540 ontgrendelen voorkomen dat iemand die ontkoppelt. 1 Plaats de zeskantige imbussleutel van 2 mm (A) in de middelste opening (B) van de De M540 permanent vergrendelen vergrendelpal.
  • Pagina 127 Bijkomende M540-accessoires De M540-patiëntmonitor ondersteunt een heel de accessoires kunt u terecht in de gebruiksaanwij- gamma aan accessoires, waaronder transpor- zing van de Infinity Acute Care System – thardware, klemmen, kabelhaken, onderstellen, Bewakingsaccessoires. enz. Voor meer informatie over die gespecialiseer-...
  • Pagina 128 Montage en voorbereiding De Infinity MCable – Masimo SET/Masimo rainbow SET/ Nellcor OxiMax aansluiten In het volgende diagram ziet u hoe een Masimo MCable kan worden aangesloten op de M540. De Nellcor OxiMax MCable kan op dezelfde manier worden aangesloten. Zijaanzicht (connectors) Onderaanzicht A M540...
  • Pagina 129 Montage en voorbereiding De MCable-aansluitadapter bevestigen De MCable-aansluitadapter verwijderen Voer deze stappen uit om de MCable te bevestigen 1 Steek een platte schroevendraaier (of een aan de M540: gelijkaardig gereedschap) tussen de inkepingen voor het vergrendelen van de 1 Zorg dat het kabeleinde van de aansluiting (C) MCable-aansluitadapter (F).
  • Pagina 130 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 131 Alarmen Alarmen Overzicht van alarmen ....133 Akoestische alarmen vooraf onderdrukken ....147 Alarmprioriteiten.
  • Pagina 132 Alarmen Automatische instelling van alle alarmgrenzen ....164 Alarmhistorie en opgeslagen gebeurtenissen ... . . 165 De alarmhistorie weergeven.
  • Pagina 133 M540. Voor sommige Raadpleeg de gebruiksaanwijzing parameters zoals NIBP en SpO2 worden bepaalde Infinity Acute Care System – Infinity M540 voor alarmberichten weergegeven in het parameterveld gedetailleerde instructies voor de alarmfuncties van de Cockpit. Alle alarmcondities en van de M540.
  • Pagina 134 MCable en Masimo rainbow SET MCable en M540 handmatig in (zie de gebruiksaanwijzing van iedere parameter die op de Cockpit wordt Infinity Acute Care System – Infinity M540). weergegeven met de optie voor apparaatkoppeling. De Cockpit biedt akoestische en optische...
  • Pagina 135 Alarmen Vergrendelend en niet-vergrendelend alarmgedrag Als een alarmconditie niet langer bestaat, toets hangen af van de configuratie van de gedragen de akoestische en optische alarmen zich Cockpit – zie pagina 473). Druk in de op één van de volgende manieren: hoofdmenubalk op het symbool voor snelle toegang naast de toets Alarmen...
  • Pagina 136 Alarmen Alarmvalidatie in- of uitschakelen Als de alarmvalidatiefunctie is geactiveerd (zie voor alarmvalidatie. Wanneer voor HF de uitsteltijd pagina 459), moet een alarmconditie gedurende wordt toegevoegd, kan daarmee het maximum van een bepaalde periode hebben bestaan voordat er 10 seconden worden overschreden dat is toege- akoestische en visuele alarmsignalen worden staan op grond van AAMI/ANSI/IEC 60601-2-27.
  • Pagina 137 Alarmen Optische alarmsignalen Elke alarmprioriteit heeft zijn eigen optische Het alarmbericht in de kopbalk is het enige alarmsignaal. Wanneer de M540 wordt gedocked alarmsignaal dat zichtbaar is als er geen op de M500, laat alleen de Cockpit akoestische alarmerende parameter in de huidige alarmsignalen horen.
  • Pagina 138 Alarmen Optische alarmindicatoren op de Cockpit Optische alarmindicatoren op de M540 A Alarmberichtveld in de blauwe kopbalk B Alarmerend parameterveld C Alarmbalk Alarmbalk De alarmbalk op de Cockpit en de M540 kondigt OPMERKING alarmcondities met een hoge, gemiddelde en lage De alarmbalk op de M540 ondersteunt de kleur prioriteit optisch aan (zie pagina 134).
  • Pagina 139 Alarmen Akoestische alarmsignalen Tijdens een alarm geeft de Cockpit naast optische OPMERKING alarmsignalen ook verschillende akoestische signa- Akoestische alarmsignalen worden gewoonlijk len weer voor elke alarmprioriteit (zie pagina 137). alleen voortgebracht door de Cockpit en niet door De specifieke kenmerken van deze akoestische de M540.
  • Pagina 140 Alarmen Waarschuwingstonen Speciale omstandigheden die het alarmvolume beïnvloeden De Cockpit geeft ook een attentietoon om de aandacht te vestigen op speciale informatie zoals: Er zijn verschillende omstandigheden die het alarmvolume van de Cockpit beïnvloeden. – De start van veneuze stuwing –...
  • Pagina 141 Alarmen Het alarmvolume deactiveren Het alarmvolume deactiveren Zorg ervoor dat het Minimum alarmvolume op Uit U kunt het alarmvolume alleen deactiveren in de is ingesteld (zie pagina 475) voordat u de volgende volgende twee omstandigheden: stappen uitvoert: – Als de patiënt aan een ICS is toegewezen en de 1 Selecteer in de hoofdmenubalk de toets Minimum alarmvolume-instelling op Uit is Alarmen..
  • Pagina 142 Alarmen De pagina met huidige alarmberichten openen  Selecteer de toets Meer... links van het alarm- 1 Selecteer in de hoofdmenubalk de toets berichtveld in de kopbalk (alleen zichtbaar wan- Alarmen..neer er meer dan twee patiëntalarmcondities 2 Selecteer het tabblad Huidige alarmen. actief zijn).
  • Pagina 143 Alarmen NIBP/SpO -koppelingsalarmen Het op nul stellen van een individuele druk op een specifieke invasieve drukpagina op de Cockpit (zie pagina 327) heeft de volgende effecten: Om valse SpO2-alarmen te voorkomen wanneer de bloeddrukmanchet en de SpO2-sensor zich op de- –...
  • Pagina 144 Alarmen – Akoestische signalen worden alleen door het – Alle bewaking (inclusief akoestische en ICS weergegeven. optische alarmsignalen) wordt onderdrukt. – Start is de enige actieve toets in de – Actieve alarmen worden beschouwd als door hoofdmenubalk van de Cockpit. Alle andere de gebruiker erkend.
  • Pagina 145 Alarmen OK-alarmen WAARSCHUWING Alle alarmen voor de systolische, diastoli- Als OK-alarmen zijn geactiveerd, worden alarmbe- sche, statische druk en de Art. kath. afgekop- richten voor alarmen met een gemiddelde en hoge peld-alarmen zijn uitgeschakeld in de ECMO- prioriteit gewist, zodra de alarmconditie niet meer modus.
  • Pagina 146 Alarmen De ECMO-modus deactiveren 3 Druk op de toets Drukken uit. Op het hoofscherm wordt in het rood het OPMERKING volgende statusbericht weergegeven: Alle alarmen voor de systolische, diastoli- sche, statische druk en de Art. kath. afgekop- Drukken uit peld-alarmen worden opnieuw ingeschakeld 4 Druk de toets Drukken uit opnieuw om bij het verlaten van de ECMO-modus, onge- drukalarmen opnieuw te activeren.
  • Pagina 147 Alarmen – 4 min 3 Druk op de toets Drukken pauzeren. – 5 min Op het hoofscherm wordt in het rood het volgende statusbericht weergegeven: – Uitgeschakeld Drukken pauzeren Drukalarmen pauzeren 4 Druk de toets Drukken pauzeren opnieuw om 1 Klik op de toets Alarmen... op het drukalarmen opnieuw te activeren.
  • Pagina 148 Alarmen Geluidsonderdrukking vooraf activeren Het geluid van alarmen vooraf onderdrukken op afstand U kunt geluidsonderdrukking vooraf op  Druk op de gele toets op de hoofd- verschillende manieren activeren: menubalk van het ICS als u voor alle toegewe- zen patiënten alarmen vooraf wilt onderdruk- –...
  • Pagina 149 Alarmen Stille-modus Een audiopauze activeren Deze functie geeft u de flexibiliteit om te beslissen Het volgende gebeurt als u actieve alarmen of u de beperkte of volledige aankondiging van pauzeert: toekomstige alarmcondities wilt terwijl alarmen zijn – De alarmtoon wordt gedurende twee minuten gepauzeerd.
  • Pagina 150 Alarmen Een audiopauze activeren vanaf de M540 Een geluidsonderdrukking op afstand activeren Druk op de gele toets op de M540 in een IACS- Voor gedetailleerde informatie over hoe u op configuratie. U kunt de audiopauze voor alarmen afstand een geluidsonderdrukking start, raadpleegt op de M540 activeren als die is gekoppeld of tijdens u de gebruiksaanwijzing van een willekeurig extern transport.
  • Pagina 151 Alarmen Alarmbewaking tijdelijk pauzeren Als de met een wachtwoord beveiligde functie voor Alarmbewaking tijdelijk pauzeren alarmpauzering is geactiveerd (zie pagina 473), 1 Select het symbool naast de toets kunt u de alarmbewaking tijdelijk pauzeren. De Alarmen... op de hoofdmenubalk van de alarmpauzeduur is instelbaar van 1 tot 5 minuten Cockpit.
  • Pagina 152 Alarmen Alarmbewaking activeren of deactiveren Alarmbewaking permanent deactiveren WAARSCHUWING 1 Select het symbool naast de toets Als Geen timeout is toegewezen aan de Alarmen... op de hoofdmenubalk van de periode Alarm uit, verschijnt er geen teller en Cockpit. blijven de alarmen uitgeschakeld totdat u ze opnieuw inschakelt.
  • Pagina 153 Alarmen De alarminstellingen van een patiënt configureren In de volgende paragraaf worden de beschikbare alarmfuncties en -instellingen beschreven. U kunt de alarminstellingen bijstellen voor een afzonderlijke parameter op de instelpagina van de betreffende parameter. U kunt ook de alarminstellingen van meerdere parameters op één pagina instellen.
  • Pagina 154 Alarmen Archieffunctie WAARSCHUWING Al naar gelang de actieve archiefinstelling, gebeurt Om zeker te zijn dat geautoriseerde wijzigin- er het volgende in reactie op een overtreding van gen aan alarminstellingen worden doorge- een alarmgrens: voerd dient u er voor te zorgen dat klinische-, biomedische - en servicewachtwoorden al- –...
  • Pagina 155 Alarmen Sensor parameters WAARSCHUWING Als u de alarmgrenzen op extreme waarden instelt, is het mogelijk dat sommige alarmcondities niet worden gedetecteerd en noch met akoestische noch met optische alarmsignalen worden aangekondigd. De alarminstellingen configureren 1 Selecteer Sensor parameters... op de hoofdmenubalk.
  • Pagina 156 Alarmen De alarminstellingen voor meerdere parameters configureren In de volgende afbeelding wordt de pagina H De tabs Algemeen, ARR, en ST Algemeen weergegeven. Op deze pagina configu- Toets Weergavefilter reert u de alarminstellingen voor alle beschikbare parameters. De pagina bestaat uit een tabel met in- J De toets Alle automatisch instellen (zie stelrijen voor elke parameter.
  • Pagina 157 Alarmen 6 Selecteer de overeenkomstige toets in de kolom Onder (D) om de onderste alarmgrenzen bij te stellen. 7 Selecteer de overeenkomstige toets in de kolom Boven (F) om de bovenste alarmgrenzen bij te stellen. 8 Selecteer één van de volgende instellingen in de Archief-kolom (G) om te bepalen wat er gebeurt als reactie op een alarm: –...
  • Pagina 158 Alarmen Het gedrag van alarmberichten configureren Het Config.-tabblad biedt u de mogelijkheid om het De alarminstelling: rapporteringsgedrag van de akoestische en visuele – wordt op het ICS ondersteund alarmen als reactie op bepaalde SpO2-sensors en berichten met betrekking tot "afleidingen los"- –...
  • Pagina 159 Alarmen Bericht Beschikbare instellingen Beschrijving Archiefinstellingen SpO2 sensor – Uit (standaard) De archiefinstellingen voor deze twee alarmberichten kunnen niet worden geconfigureerd. De archiefinstelling – Opslaan volgt de algemene archiefstatus voor de parameter. Voor SpO2 – Registreren details over hoe u de archiefinstellingen van een controleer parameter kunt wijzigen, kunt u terecht op pagina 154.
  • Pagina 160 Alarmen Bericht Beschikbare instellingen Beschrijving RRi afleiding Alarminstellingen – Hoog Kent een alarmprioriteit aan het "RRI-afleiding los"-alarm toe of deactiveert het. – Medium – Hoog: De gebeurtenis wordt als een alarm met hoge – Laag (standaard) prioriteit beschouwd. – Eenmalig –...
  • Pagina 161 Alarmen De alarminstelling voor aritmie configureren In de volgende afbeelding wordt de pagina E Kolom Tellen om de telling in te stellen Grenzen > ARR weergegeven. Op deze pagina F Kolom Archief configureert u de alarminstellingen voor de aritmie- parameters. Deze pagina bestaat uit een tabel met G ARR-tabblad instelrijen voor elke aritmieparameter.
  • Pagina 162 Alarmen 7 Gebruik een van de volgende instellingen in de – Registreren – hiermee wordt een kolom Archief (F) om te bepalen wat er in tijdgebonden registratie gemaakt. reactie op een alarmsignaal gebeurt: – Opsl/ Reg – genereert een tijdgebonden –...
  • Pagina 163 Alarmen ST-alarminstellingen configureren Alarmen Een aantal van de beschreven ST- alarminstellingen zijn ook beschikbaar op de ST- alarmen-pagina (zie pagina 254). In de volgende stappen verwijzen de letters tussen haakjes naar de afbeelding van de pagina Grenzen > ST (zie pagina 162).
  • Pagina 164 Alarmen 8 Gebruik de toets Alle automatisch instellen (I) 9 Gebruik de Duur v/d gebeurtenis [s]-toets (J) om de alarmgrenzen voor alle ST-parameters in om de tijd te selecteren die het bovenste ST- te stellen (zie pagina 165). alarm moet overschrijden om een alarm te genereren (zie pagina 136).
  • Pagina 165 Alarmen OPMERKING Als door de functie Auto. inst. de alarmgrenzen van een parameter buiten het toegestane grensbereik van de monitor komen te vallen, blijven de alarmgrenzen ongewijzigd. Een afzonderlijke parameter automatisch Alle parameters automatisch instellen instellen  Selecteer het symbool naast de toets 1 Selecteer het parameterveld van de gewenste Alarmen...
  • Pagina 166 Alarmen – U activeert de modus ECC (zie pagina 144). Alarmen – U activeert de modus Standby (zie pagina 110). – U selecteert een andere patiëntcategorie (zie pagina 118). – U verplaatst een patiënt. – U past geluidsonderdrukking toe op een alarm. –...
  • Pagina 167 Alarmen De alarmhistorie filteren 3 Gebruik de linkertoets (J) om de alarmhistorie te beperken tot één van de volgende De alarmhistorie kan als volgt op verschillende alarmcondities: categorieën worden gefilterd: – Alle 1 Selecteer in de hoofdmenubalk de toets Alarmen..–...
  • Pagina 168 Alarmen In de volgende afbeelding ziet u het scherm met de A Gebeurtenisbalk waarin de datum, het tijdstip, momentopname van de gebeurtenis. de duur, de prioriteit en het alarmbericht worden weergegeven Alarmen B Gebied voor parameterwaarden C Toets Printen voor het printen van het alarmgebeurtenisrapport D Uitzoomtoets E Inzoomtoets...
  • Pagina 169 Alarmen Alarminstellingen tijdelijk configureren 1 Selecteer Alarmen... op de Hoofdmenubalk. 2 Selecteer het tabblad Instellingen. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Alarm volume Uit, 5 %,10 tot 100 % (in Hiermee wordt het volume van de alarmtoon stappen van 10 %); ingesteld. U kunt het alarmvolume nooit lager standaard is 50 % instellen dan de geselecteerde instelling voor Minimum alarmvolume.
  • Pagina 170 Alarmen De SpO2-alarmprioriteit configureren De alarmprioriteit voor een Nellcor- De onderstaande twee SpO2-alarmberichten kun- nen worden geconfigureerd voor de alarmprioriteit ´controleer sensor´-bericht configureren die het best bij uw zorgomgeving past. Al naar ge- lang de gebruikte MCable verschilt het bericht Deze alarminstallatie is voor het configureren van waarin melding wordt gemaakt van de alarmcondi- de alarmprioriteit en het alarmarchiveringsgedrag...
  • Pagina 171 Alarmen Externe alarmregeling Alarmgroepen Wanneer de Cockpit is aangesloten op het Infinity- netwerk, communiceert deze met andere Infinity- monitors (met inbegrip van andere bewakings- De Cockpit kan alarmberichten ontvangen van Cockpits) die functies voor "Externe weergave" andere monitors die op het Infinity-netwerk zijn ondersteunen.
  • Pagina 172 Alarmen Ga als volgt te werk om alarmen voor externe patiëntmonitors te configureren: 1 Selecteer Weergaven... op de Hoofdmenubalk. 2 Selecteer het tabblad Externe instellingen. Gebruik voor de selectie de onderstaande tabel. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving ID alarmgroep Toetsenblok om een Hiermee kunt u instellen tot welke alarmgroep alarmgroep te configureren.
  • Pagina 173 Alarmen Infinity MCable – Verpleegkundigenoproep U kunt een MCable voor een verpleegkundigen- een gemiddelde of hoge prioriteit voortbrengt, oproep op de P2500 aansluiten (zie pagina 45) en wordt er een verpleegkundigenoproep systeem ge- het geheel op een extern verpleekundigenoproeps- activeerd om externe melding van de alarmconditie systeem aansluiten.
  • Pagina 174 Alarmen De codefunctie deactiveren OPMERKING Wanneer de instelling Alle alarmen uit is  Druk nogmaals op de toets Code op de hoofd- ingesteld op Uit (zie pagina 475), verschijnen de menubalk. Alle functies worden gedeactiveerd. melding Audio alarmen uit en het symbool LET OP de bovenste schermbalk van de Cockpit wanneer u de Code-functie oproept.
  • Pagina 175 Alarmen Alarmbereiken en standaardwaarden Parameter Standaard- Bereik alarmgrenzen Standaardwaar- Standaard- Stan- alarmstatus den voor boven- waarden voor daard-in- grens ondergrens stelling voor ar- chiveren HF volwas- Bovenste: 25 tot 300 bpm 120 (volwassen) 45 (volwassene) Opsl/ Reg (vol- Onderste: 20 tot 295 bpm 150 (pediatrisch) 50 (pediatrisch) wassen/...
  • Pagina 176 Alarmen Parameter Standaard- Bereik alarmgrenzen Standaardwaar- Standaard- Stan- alarmstatus den voor boven- waarden voor daard-in- grens ondergrens stelling voor ar- chiveren SpO2 Bovenste: 21 tot 100 % 100 % (volwas- 85 % sen, pediatrisch) Stap: 1 Onderste: 20 tot 99 % 95 % (neonataal) Desat.
  • Pagina 177 Alarmen Parameter Standaard- Bereik alarmgrenzen Standaardwaar- Standaard- Stan- alarmstatus den voor boven- waarden voor daard-in- grens ondergrens stelling voor ar- chiveren NIBP S Bovenste: 11 tot 170 mmHg 120 mmHg 50 mmHg pediatrisch 1,5 tot 22,7 kPa 16 kPa 6,7 kPa Stap: Onderste: 10 tot 169 mmHg 1 mmHg of...
  • Pagina 178 Alarmen Parameter Standaard- Bereik alarmgrenzen Standaardwaar- Standaard- Stan- alarmstatus den voor boven- waarden voor daard-in- grens ondergrens stelling voor ar- chiveren NIBP M Bovenste: 11 tot 130 mmHg 70 mmHg 40 mmHg neonataal 1,4 tot 17,3 kPa 9,3 kPa 5,3 kPa Stap: Onderste: 10 tot 129 mmHg 1 mmHg of...
  • Pagina 179 Alarmen Parameter Standaard- Bereik alarmgrenzen Standaardwaar- Standaard- Stan- alarmstatus den voor boven- waarden voor daard-in- grens ondergrens stelling voor ar- chiveren IP S Bovenste: –49 tot – 120 mmHg – 75 mmHg pediatrisch/ +400 mmHg (16,0 kPa) (10,0 kPa) neonataal voor GP1 S voor GP1 S –6,5 tot...
  • Pagina 180 Alarmen Parameter Standaard- Bereik alarmgrenzen Standaardwaar- Standaard- Stan- alarmstatus den voor boven- waarden voor daard-in- grens ondergrens stelling voor ar- chiveren IP D Bovenste: –49 tot – 80 mmHg – 35 mmHg pediatrisch +400 mmHg (10,7 kPa) (4,7 kPa) voor GP1 D voor GP1 D –6,5 tot Stap:...
  • Pagina 181 Alarmen Parameter Standaard- Bereik alarmgrenzen Standaardwaar- Standaard- Stan- alarmstatus den voor boven- waarden voor daard-in- grens ondergrens stelling voor ar- chiveren IP M Bovenste: –49 tot – 125 mmHg – 60 mmHg volwassen +400 mmHg (16,7 kPa) (8,0 kPa) voor GP1 M voor GP1 M –6,5 tot Stap:...
  • Pagina 182 Alarmen Parameter Standaard- Bereik alarmgrenzen Standaardwaar- Standaard- Stan- alarmstatus den voor boven- waarden voor daard-in- grens ondergrens stelling voor ar- chiveren IP M Bovenste: –49 tot – 85 mmHg – 50 mmHg pediatrisch +400 mmHg (11,3 kPa) (6,7 kPa) voor GP1 M voor GP1 M –6,5 tot Stap:...
  • Pagina 183 Alarmen Parameter Standaard- Bereik alarmgrenzen Standaardwaar- Standaard- Stan- alarmstatus den voor boven- waarden voor daard-in- grens ondergrens stelling voor ar- chiveren IP M Bovenste: –49 tot – 80 mmHg – 40 mmHg neonataal +400 mmHg (10,7 kPa) (5,3 kPa) voor GP1 M voor GP1 M –6,5 tot Stap:...
  • Pagina 184 Alarmen Parameter Standaard- Bereik alarmgrenzen Standaardwaar- Standaard- Stan- alarmstatus den voor boven- waarden voor daard-in- grens ondergrens stelling voor ar- chiveren TBloed Bovenste: 25,1 tot 43,0 °C 39,0 °C 34,0 °C 77,1 tot 109,4 °F (102,2 °F) (93,2 °F) Stap van 0,1 °C Onderste: 25,0 tot 42,9 °C of 0,1 °F...
  • Pagina 185 Alarmen Parameter Standaard- Bereik alarmgrenzen Standaardwaar- Standaard- Stan- alarmstatus den voor boven- waarden voor daard-in- grens ondergrens stelling voor ar- chiveren PVC/min Bovenste: 1 tot 50 Niet van toepassing Stap van 1 inHal Bovenste: 0,1 tot 8,5 kPa 1,6 kPa, 1,6 % 0,0 kPa, 0,0 % Opslaan 0,1 tot 8,5 %...
  • Pagina 186 Alarmen Parameter Standaard- Bereik alarmgrenzen Standaardwaar- Standaard- Stan- alarmstatus den voor boven- waarden voor daard-in- grens ondergrens stelling voor ar- chiveren inDes Bovenste: 0,1 tot 20,0 kPa 12,5 kPa, 12,5 % 0,0 kPa, 0,0 % Opslaan 0,1 tot 20,0 % (volwassen) Stap: 0,1 kPa of...
  • Pagina 187 Alarmen Aritmiebereiken en standaardwaarden Parameter Alarmprioriteit Frequentie (standaard) Telling (standaard) Fabriekswaarde standaard alarmarchief Hoog Niet instelbaar Niet instelbaar Opsl/ Reg Hoog Niet instelbaar Niet instelbaar Opsl/ Reg ≥100 tot 200 (≥100) ≥5 tot 15 (≥5) VTACH Hoog Opsl/ Reg Stappen van 10 Stappen van 1 ARTF Niet instelbaar...
  • Pagina 188 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 189 Trends/gegevens-dialoogvensters Trends/gegevens-dialoogvensters Overzicht ......190 De trendtabel gebruiken ....202 Trendtabellen in split screen-modus .
  • Pagina 190 Trends/gegevens-dialoogvensters Overzicht Het Trends/Gegevens-dialoogvenster biedt – Beademing – hiermee geeft u ademhalings- verschillende pagina's met trends, /beademingsloops weer (zie pagina 453). gegevensoverzichten en rapporten. Wanneer een Perseus A500 is aangesloten, verandert de naam van dit tabblad in Anes- thesie/ Beademing om anesthesie/beade- Het Trends/Gegevens-dialoogvenster openen mingsparameters weer te geven.
  • Pagina 191 Trends/gegevens-dialoogvensters Continue parameters OPMERKING De kleur van de grafische trend voor SpO2 De volgende parameters worden als continue verandert afhankelijk van de huidige waarde in trends weergegeven en verschijnen als één doorlo- verhouding tot de bovenste trendschaal en de pende lijn of als een band in de grafische trends onderste alarmgrens.
  • Pagina 192 Trends/gegevens-dialoogvensters Trendgrafieken In een trendgrafiek wordt afgebeeld hoe De pagina's met trendgrafieken openen parameters zich in de loop van de tijd gedragen. 1 Selecteer de toets Trends/ Gegevens... op de Trendgrafieken worden voortdurend bijgewerkt. De hoofdmenubalk. meest recente gegevens verschijnen aan de rechterzijde van het scherm.
  • Pagina 193 Trends/gegevens-dialoogvensters De layout van de pagina's met trendgrafieken De pagina's met trendgrafieken hebben dezelfde A Trends-tabblad lay-out. Deze bestaan uit maximaal vier B Tabblad Grafisch – hiermee opent u de afzonderlijke trendvensters. In elk trendvenster grafische trends kunnen de trendgrafieken van maximaal vijf selecteerbare parameters worden weergegeven.
  • Pagina 194 Medibus X-appara- ten zie de Opmerkingen bij de release van In de volgende afbeelding wordt het configuratie- Infinity Acute Care System, Software VG8.0). venster weergegeven voor het aanpassen van de parameterinhoud voor pagina's met trendgrafieken. D Toets OK E Toets Annuleren F Toets Alles wissen –...
  • Pagina 195 Trends/gegevens-dialoogvensters De parameterselectie voor een pagina met een U kunt door de trendgegevens bladeren door de trendgrafiek aanpassen schuifbalk te gebruiken. Die bevindt zich onderaan de pagina's met trendgrafieken. De schuifbalk In de volgende stappen verwijzen de letters tussen bestaat uit enkele en dubbele pijlen en een haakjes naar de afbeelding van de pagina voor verplaatsbare navigatiebalk.
  • Pagina 196 Trends/gegevens-dialoogvensters Trendschalen wijzigen 4 Gebruik de toets Weergave (K) om de tijdsperi- ode voor weergave op de pagina Grafisch te selecteren. De beschikbare instellingen zijn: De trendschalen worden links van elke 1 u, 2 u, 4 u, 8 u,12 u, 1 dag, 2 dagen, 4 dagen. trendparameter weergegeven.
  • Pagina 197 Trends/gegevens-dialoogvensters Analyse Instrument-pagina De Analyse Instrument-pagina is een uitgebreide Procedures trendpagina voor het visualiseren van de vereiste informatie voor het uitvoeren van een recruitment- manoeuvre. Op de pagina worden de effecten op longmechanica en hemodynamische parameters weergegeven in één geïntegreerde weergave. Op de Analyse Instrument-pagina wordt een bepaal- de duur van gegevens, die door de gebruiker werd geconfigureerd, en worden in drie deelvensters met...
  • Pagina 198 Trends/gegevens-dialoogvensters De Analyse Instrument-pagina gebruiken De parameterinhoud configureren Hoewel de Analyse Instrument-pagina over stan- De parameterinhoud configureren daardparameterinstellingen beschikt, kunt u de pa- 1 Selecteer de toets Procedures... vanuit de gina aan uw huidige bewakingssessie aanpassen. hoofdmenubalk. In de volgende afbeelding wordt het instellingenven- 2 Selecteer het tabblad Analyse Instrument.
  • Pagina 199 Trends/gegevens-dialoogvensters De cursors gebruiken De Analyse Instrument-pagina bevat twee Behalve de waarden worden ook symbolen cursors voor het markeren van een gedeelte van de weergegeven naast de waarden om de trends aan trendgrafieken voor een nauwkeurigere analyse. te geven voor de parameters binnen de cursors: De letters tussen haakjes verwijzen naar de –...
  • Pagina 200 Trends/gegevens-dialoogvensters Een tijdsinterval selecteren Een grafisch trendrapport voor Analyse Instrument printen U kunt het tijdsinterval instellen dat van toepassing is op de drie trendgrafieken. Een grafisch trendrapport voor recruitment bevat de begin- en eindcursorwaarden en de Δwaarde voor elke parameter. U kunt een grafisch trendrap- Het tijdsinterval instellen port voor recruitment alleen printen nadat u de curs- 1 Selecteer de Duur-toets (F).
  • Pagina 201 Trends/gegevens-dialoogvensters De layout van de trendtabel De volgende afbeelding toont de pagina van de A Tabblad Trends trendtabellen. Door de pagina met trendtabellen te B Parameterlabelkolom configureren, bepaalt u ook hoe de informatie in het trendrapport met tabellen wordt weergegeven. C De kolom Parameters D Laatst trendgegevens Trends/Gegevens...
  • Pagina 202 Trends/gegevens-dialoogvensters De trendtabel gebruiken Navigeren door de trendtabellen U kunt het trendscherm gebruiken door verschillende weergavefuncties in te stellen. De trenddatabase voor een patiënt kan meer gegevens bevatten dan op één pagina met Trendtabellen in split screen-modus trendtabellen kan worden weergegeven. Gebruik de scrollbalken om door de volledige U kunt de trendtabellen op het hoofdscherm weer- trendgegevens te bladeren.
  • Pagina 203 Trends/gegevens-dialoogvensters De parameterinhoud van de trendtabellen configureren In de volgende afbeelding wordt de configuratiepa- J Venster voor het automatisch sorteren van de gina weergegeven voor het aanpassen van de pa- parameters rameterinhoud van trendtabellen. K Groep parametertoetsen genaamd Overige voor het selecteren van verschillende parameters zoals SpO2, temperatuur enz.
  • Pagina 204 Trends/gegevens-dialoogvensters Een trendrapport met tabellen printen OPMERKING Indien een Tabellarisch trendrapport-toets als De inhoud van een trendrapport in tabelvorm hangt zodanig is geconfigureerd, is deze ook af van de systeeminstallatie (zie pagina 482). toegankelijk via de hoofdmenubalk. Zie pagina 466 voor meer informatie. Een trendrapport in tabelvorm printen Zie pagina 507 voor meer details over hoe u een 1 Open de pagina Trends >...
  • Pagina 205 Trends/gegevens-dialoogvensters Pagina's met gegevensoverzichten Naast trendgegevens worden in het De gegevensoverzichten openen Trends/Gegevens-dialoogvenster verschillende 1 Selecteer de toets Trends/ Gegevens... op de pagina's met gegevensoverzichten weergegeven hoofdmenubalk. die in de volgende tabel worden vermeld. Sommige overzichtspagina's zijn ook onder andere tabbladen 2 Selecteer één van de volgende tabbladen om beschikbaar.
  • Pagina 206 Trends/gegevens-dialoogvensters Pagina met gege- Beschrijving Beschikbare functies vensoverzichten Beademing of – Als er een anesthesieap- De pagina met gegevensoverzicht waarop Anesthesie/ paraat is aangesloten, informatie over ademhalings-, anesthesie- of Beademing > Toon wordt de naam van het tab- beademingsparameters wordt weergegeven. alle-pagina blad gelabeld als Anesthe- sie/ Beademing.
  • Pagina 207 Trends/gegevens-dialoogvensters Pagina met gege- Beschrijving Beschikbare functies vensoverzichten Pagina Lab Laboratoriumgegevens Hiermee kunt u laboratoriumgegevens worden via het Infinity-netwerk selecteren en de bijbehorende resultaten verzonden naar de Cockpit. weergeven. Telkens wanneer er nieuwe labdata beschikbaar zijn, gebeurt er het volgende op de Cockpit: –...
  • Pagina 208 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 209 Berekeningen Berekeningen Overzicht ......210 Het gebied van het lichaamsoppervlak berekenen ... . . 210 De berekeningsfuncties openen .
  • Pagina 210 Berekeningen Overzicht Het gebied van het lichaamsoppervlak Met de optie voor fysiologische berekening voert de Cockpit fysiologische berekeningen uit aan de berekenen hand van gegevens die door de M540 en andere apparaten zijn verkregen. De Cockpit slaat De waarden Ht (lengte) en huidige Wt (gewicht) afgeleide parameters op en toont ze.
  • Pagina 211 Berekeningen De berekeningsfuncties openen In de volgende afbeelding wordt de pagina A Tabblad Berekeningen Berekeningen weergegeven voor de berekening B Toets Waarden vastleggen van hemodynamische, zuurstoftoedienings- en beademingsparameters. C Toets Lab uitslag vastleggen (zie pagina 214) D Toets Resultaten berekenen (zie pagina 213) Procedures E Tabblad Resultaten F Parametertoetsen Lab uitslagen...
  • Pagina 212 Berekeningen Een berekening uitvoeren In de volgende stappen verwijzen de letters tussen 5 Bewerk of voeg een waarde toe door de toets haakjes naar de afbeelding van de pagina naast een parameterlabel te selecteren om een Berekeningen (zie pagina 211). pop-up met een toetsenblok te activeren.
  • Pagina 213 Berekeningen De berekeningsresultaten weergeven Berekeningen weergeven en opslaan In de volgende afbeelding wordt de pagina Resultaten weergegeven voor de berekening van hemodynamische, zuurstoftoedienings- en Op de pagina Resultaten kunt u de weergave con- beademingsparameters. figureren en berekeningen opslaan. U kunt maxi- maal 50 berekeningen opslaan voordat ze worden Procedures overschreven (oudste berekeningen eerst).
  • Pagina 214 Berekeningen Berekeningen opslaan 4 Selecteer de kolom met de berekeningen die u als referentiewaarden wilt opslaan. De 1 Selecteer de toets Procedures... vanuit de geselecteerde kolom wordt gemarkeerd met hoofdmenubalk. een oranje kader. 2 Open zo nodig het tabblad Berekeningen. 5 Selecteer de toets Opslaan (H) om de 3 Selecteer het tabblad Resultaten.
  • Pagina 215 Berekeningen Hemodynamische parameters De Cockpit gebruikt de volgende bewaakte parameterwaarden voor de hemodynamische berekeningen. Label Beschrijving Beschik-bare eenheden ART S Arteriële bloeddruk, systolische waarde mmHg, kPa ART M Arteriële bloeddruk, gemiddelde waarde mmHg, kPa ART D Arteriële bloeddruk, diastolische waarde mmHg, kPa C.O.
  • Pagina 216 Berekeningen De Cockpit gebruikt de waarden in de voorgaande tabel, de laboratoriumwaarden en de BSA-waarde om de volgende afgeleide waarden voor zuurstoftoedienings- en beademingsparameterwaarden te berekenen. Label Beschrijving Afleiding Beschik- bare eenheden C(a-v)O2 Arterioveneus CaO2 – CvO2 mL/dL zuurstofverschil CaO2 Arteriële zuurstofinhoud 0,0134 x Hgb x SaO2 mL/dL...
  • Pagina 217 ECG, aritmie en ST-segment ECG, aritmie en ST-segment Overzicht van ECG en Elektrodenplaatsing bij neonaten ..231 hartfrequentiebewaking ....219 Bewaking met 12 afleidingen .
  • Pagina 218 ECG, aritmie en ST-segment Aansluiten van de leadsets voor ST-bewaking ....250 ST-weergave ......250 ST-complexen analyseren .
  • Pagina 219 (zie pagina 484 voor informatie over overschrijdt, wordt het uitgesloten van het het instellen). samengestelde kanaal en schakelt de M540 over Raadpleeg de Infinity Acute Care System – Infinity naar single-channel-verwerking. Als het M540-gebruiksaanwijzing voor een gedetailleerde artefactniveau op beide kanalen excessief hoog is, beschrijving van de M540 ECG-functies.
  • Pagina 220 ECG, aritmie en ST-segment Ondersteunde parameters – ECG: HF (hartfrequentie), %gepaced – Aritmie: ARR (ASY, VF, ARTF, VTACH, RUN, (gepacete hartslagen) AIVR, SVT, CPT, BGM, TACH, BRADY, Pauze); zie pagina 243 voor een beschrijving – ST: STI, STII, STIII, STaVR, STaVL, STaVF, van deze aritmiemodi en PVC/min STV, STV+, STV1 tot STV6, STVM, STCVM, STdV1, STdV3, STdV4, STdV6...
  • Pagina 221 ECG, aritmie en ST-segment Aansluiten van de kabelsets met 3, 5 en 6 afleidingen voor de ECG- bewaking De ECG-leadsets kunnen rechtstreeks op de M540 De ECG-kabelsets aansluiten worden aangesloten. 1 Plaats de kabelset met 3, 5 of 6 afleidingen (C) in de verzonken ECG-connector (B) aan de zijkant van de M540 die zich het dichtst bij de connector voor de niet-invasieve bloeddruk (A)
  • Pagina 222 ECG, aritmie en ST-segment Aansluiten van de kabelsets voor bewaking met 12 afleidingen De ECG-leadsets kunnen rechtstreeks op de M540 De ECG-kabelsets aansluiten worden aangesloten. 1 Plaats de kabelset met 6 afleidingen (B) en de kabelset met 4 afleidingen (C) in de ECG-poort (A) aan de zijkant van de M540.
  • Pagina 223 ECG, aritmie en ST-segment Aansluiten van de afleidingskabels voor neonatale bewaking De ECG-leadsets kunnen rechtstreeks op de M540 De ECG-kabelset aansluiten worden aangesloten. 1 Plaats de neonatale ECG-adapterkabel (B) in de ECG-poort (A) aan de zijkant van de M540. Richt de neonatale ECG-adapterkabel (B) zodanig dat de blootgestelde pennen in uw richting wijzen als u het geheel stevig in de ECG-poort steekt.
  • Pagina 224 ECG, aritmie en ST-segment Voorbereiding van de patiënt op ECG-bewaking Elektrochirurgie De volgende tips leiden tot optimale ECG- bewakingsresultaten, maar mogen niet worden gebruikt ter vervanging van door het ziekenhuis Geïntegreerde ESU-onderdrukking verbetert de goedgekeurde praktijken of aanbevelingen van de prestaties van de monitor tijdens elektrochirurgie, fabrikant.
  • Pagina 225 ECG, aritmie en ST-segment ECG-weergave De ECG-weergave op de Cockpit bestaat uit: – Toon alle pagina met maximaal 12 afleidingen – ECG-parameterveld Het ECG-parameterveld ziet er anders uit als u de aritmiebewaking activeert. Zie pagina 225 voor – ECG-curven meer informatie. ECG-parameterveld In parametervelden worden parameterwaarden C Bovenste/onderste alarmgrenzen of...
  • Pagina 226 ECG, aritmie en ST-segment -curven De ECG-curve bevat de volgende elementen: Afhankelijk van de geselecteerde kabelset en het type ECG-kabel worden er maximaal 3 ECG- curven weergegeven. Kabelset Beschikbare ECG-afleidingen Drie elektroden I, II of III Vijf elektroden I, II, III, aVR, aVL, aVF, V A Afleidingslabel Zes elektroden Standaard: I, II, III, aVR, aVL,...
  • Pagina 227 ECG, aritmie en ST-segment ECG-kleuren Leads-connectors naar de elektroden zijn gelabeld en met kleuren gecodeerd conform IEC en AHA. AHA/US Geel Zwart Groen Rood Rood C/C2 Wit/wit en geel V/V2 Bruin/bruin en geel Zwart Groen C+/C5 Grijs en wit/wit en zwart V+/V5 Grijs en bruin/bruin en oranje Wit en paars...
  • Pagina 228 ECG, aritmie en ST-segment Elektrodenplaatsing bij volwassen en pediatrische patiënten Standaardconfiguratie, drie elektroden (IEC/AHA) Standaardconfiguratie, vijf elektroden (IEC/AHA) Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 229 ECG, aritmie en ST-segment Pacemakerconfiguratie, vijf elektroden (IEC/AHA) Standaardconfiguratie, zes elektroden (IEC/AHA) Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 230 ECG, aritmie en ST-segment Configuratie met 12 afleidingen, tien elektroden voor rust-ECG-bewaking met 12 afleidingen (AHA) Configuratie met 12 afleidingen, tien elektroden voor rust-ECG-bewaking met 12 afleidingen (IEC) Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 231 ECG, aritmie en ST-segment Elektrodenplaatsing bij neonaten – Bij neonaten plaatst u de RA- en LA-elektroden op de mid-axillaire lijn. Plaats de LL-elektrode onder het diafragma en de navel. Vermijd het gebied van de lever en de ventrikels van het hart om artefacten veroorzaakt door de bloedcirculatie te voorkomen.
  • Pagina 232 ECG, aritmie en ST-segment De ECG-functies openen  Selecteer het parameterveld voor de 3 Selecteer de tabbladen Instell. 1, Instell. 2, hartfrequentie om de ECG-pagina rechtstreeks Toon alle. te openen. Het bovenste gedeelte van de pagina bevat de toetsen Auto. inst. en Alarm om de alarmfuncties te configureren.
  • Pagina 233 "De biomed-instellin- Voor volwassen en pediatrische patiënten kan het gen configureren" in de Gebruiksaanwijzing – Brady-alarm, dat is opgenomen in het Infinity Acute Care System – Infinity M540 VG8.0. geavanceerde ECD-aritmiemenu, worden in- en uitgeschakeld ongeacht de HF-alarminstelling. WAARSCHUWING...
  • Pagina 234 ECG, aritmie en ST-segment Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving HF bron – ECG (standaard) – hiermee wordt de Hiermee wordt een andere hartfrequentie afgeleid van het ECG-signaal. bron voor de hartfrequentie geselecteerd wanneer het – Arterieel – hiermee wordt de hartfrequentie ECG niet beschikbaar is ten afgeleid van het signaal voor de arteriële gevolge van artefacten...
  • Pagina 235 ECG, aritmie en ST-segment Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Instell. 2-pagina Filter – Uit – biedt de grootste gevoeligheid voor ruis of Hiermee wordt de gevoeligheid artefacten (het bericht Filter uit verschijnt in het voor diverse bronnen van curvekanaal) artefacten geregeld. –...
  • Pagina 236 ECG, aritmie en ST-segment Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Pacemaker – Aan (standaard) Hiermee wordt ingesteld of detectie pacemakerimpulsen worden – Uit – het bericht Pacemaker uit wordt gedetecteerd. Zie "Modus Pa- weergegeven in het curvekanaal cerfusie" op pagina 239 voor (Niet de vereiste voorzorgsmaatre- beschikbaar in...
  • Pagina 237 ECG, aritmie en ST-segment Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving QRS drempel – Normaal (standaard) Deze functie is alleen beschikbaar voor volwassen – Laag en pediatrische patiënten. Waarschuwing Normaal – detecteert QRS- Risico op onjuiste HF-waarden complexen ≥0,5 mV. Als de QRS-instelling is ingesteld op Laag kan de bijbehorende HF-waarde in het geval van een HR- Laag –...
  • Pagina 238 ECG, aritmie en ST-segment kanaal. In de modus voor neonaten verschijnt altijd Pacemakerdetectie activeren/deactiveren het bericht Pacemaker uit; pacermakerdetectie is 1 Voer een van de volgende handelingen uit: voor neonaten altijd uitgeschakeld. – Selecteer het parameterveld voor de Volg de richtlijnen op pagina 241 om de hartfrequentie om de ECG-pagina pacemakerbewaking te optimaliseren.
  • Pagina 239 ECG, aritmie en ST-segment – Pacerpulsen van 2 mV bij afwezigheid van WAARSCHUWING daadwerkelijke QRS-complexen kunnen als Houd altijd nauwlettend toezicht op QRS-complexen worden geteld pacemakerpatiënten en bewaak hun vitale functies zorgvuldig. WAARSCHUWING – Evalueer de conditie van een patiënt niet Zorg ervoor dat pacemakerdetectie gedeacti- uitsluitend op grond van de hart- en veerd is voor patiënten zonder voor patiënten...
  • Pagina 240 ECG, aritmie en ST-segment Op impedantie gebaseerde, WAARSCHUWING frequentiegevoelige pacemakers Houd pacemakerpatiënten die in de Fusie- Deze pacemakers zenden pulsen uit waarmee de modus worden bewaakt, nauwgezet in het oog pacemakerfrequentie wordt aangepast aan de omdat in deze modus de kans dat pacemakerspikes foutief als QRS-complexen ademfrequentie.
  • Pagina 241 ECG, aritmie en ST-segment Pacemakerverwerking optimaliseren U kunt interferentie minimaliseren en het verkrijgen 1 Selecteer Sensor parameters... in de en verwerken van ECG-signalen voor patiënten hoofdmenubalk. met een pacemaker optimaliseren. 2 Selecteer het tabblad ECG om de pagina ECG te openen. Pacemakerverwerking optimaliseren 3 Selecteer het tabblad Instell.
  • Pagina 242 ECG, aritmie en ST-segment OPMERKING Als de Franse NFC modus is geactiveerd (zie pagina 488), kunt u de hartfrequentiealarmen niet deactiveren. Raadpleeg het hoofdstuk "Voor de veiligheid van u en uw patiënten" op pagina 13 voordat u bewakingsfuncties uitvoert. Aritmieafleidingen selecteren Voor een precieze aritmiebewaking is het essenti- Aritmieafleidingen selecteren eel de juiste afleidingen te selecteren.
  • Pagina 243 ECG, aritmie en ST-segment Voor aritmiegebeurtenissen geldt de volgende Een aritmie met een hoge prioriteit heeft een hoge- prioriteitsvolgorde: re prioriteit dan een aritmie met een gemiddeld, laag of niet gedefinieerde alarmprioriteit. 1 Asystolie Een aritmie met een gemiddelde prioriteit heeft een 2 VF (Ventriculaire fibrillatie) hogere prioriteit dan een aritmie met een laag of 3 VTACH (ventrikeltachycardie)
  • Pagina 244 ECG, aritmie en ST-segment Aritmiebewaking uit (de volgende gebeurtenissen worden gedetecteerd als er ten minste één ECG wordt weergegeven) Asystolie Meer dan 4 s verstrijken zonder dat een geldig QRS-complex wordt gedetecteerd Ventriculaire fibrillatie Sinusoïdale curve met fibrillatiekenmerken. Elementaire aritmiebewakingsmodus (de volgende extra gebeurtenissen worden gedetecteerd) VTACH Ventriculaire Er zijn N of meer PVC's in een tijdsinterval T = (60 * (N - 1)) / R...
  • Pagina 245 ECG, aritmie en ST-segment Aritmiemodi selecteren 3 Selecteer het tabblad ARR instellingen.  Selecteer het parameterveld voor de 4 Selecteer één van de volgende modi naast de hartfrequentie om de ECG-pagina rechtstreeks toets ARR modus, die zich onder de insteltabel te openen.
  • Pagina 246 ECG, aritmie en ST-segment Afzonderlijk parameterveld voor aritmie Als één of twee ECG-afleidingen voor weergave worden geselecteerd en aritmiebewaking geacti- veerd is, verschijnen alle aritmiewaarden en -labels Als er drie ECG-kanalen voor weergave zijn in het parameterveld voor de hartfrequentie. het pa- geselecteerd en aritmiebewaking geactiveerd is, rameterveld voor aritmie bestaat uit de volgende verschijnen alle waarden en labels in een...
  • Pagina 247 ECG, aritmie en ST-segment De functies voor aritmie openen  Selecteer het parameterveld voor de 1 Selecteer Sensor parameters... in de hartfrequentie om de ECG-pagina rechtstreeks hoofdmenubalk > ECG-tab om naar de pagina te openen. ECG te gaan. 2 Selecteer het tabblad ARR instellingen. Instelfuncties voor aritmieparameters Alle functies voor aritmieconfiguratie worden uitgevoerd op de pagina ARR instellingen.
  • Pagina 248 ST- segment van het ST-complex. Het enige ECG- rapport van diagnostische kwaliteit is het Rust- ECG-rapport. Raadpleeg de Infinity Acute Care System – Infinity M540-gebruiksaanwijzing voor een gedetailleerde beschrijving van de M540 ST-functies. De ST-bewakingsfuncties kunnen op de configuratiepagina's voor parameters worden geconfigureerd (zie pagina 255).
  • Pagina 249 ECG, aritmie en ST-segment 12-afleidingen TruST-bewaking Deze functie biedt real-time evaluatie van 12 ST- OPMERKING segmentafwijkingen met slechts zes elektroden, ST-waarden en -complexen van afgeleide die acht gemeten ECG-afleidingen en vier afleidingen ontbreken na het ontslag van een afgeleide borstwand-afleidingen opleveren. De patiënt en het invoeren van de bedzijdige afgeleide afleidingen worden geïdentificeerd met configuratie met ingeschakelde TruST en...
  • Pagina 250 ECG, aritmie en ST-segment Aansluiten van de leadsets voor ST-bewaking Voor ST-bewaking worden de volgende – TruST – biedt ST-bewaking met 12 afleidingen afleidingsconfiguraties gebruikt voor elke met een kabelset met 6 afleidingen (zie beschikbare ST-bewakingsmodus: pagina 221). – ST-standaardbewaking – gebruikt de –...
  • Pagina 251 ECG, aritmie en ST-segment ST-complexen analyseren U kunt alle ST-complexen weergeven of inzoomen – Een referentiecomplex opslaan op één complex. – Een ST-rapport aanvragen De volgende functies zijn in beide weergaven beschikbaar: In alle trends worden wijzigingen in ST-meetpunten samen met een tijdstempel gemarkeerd met een –...
  • Pagina 252 ECG, aritmie en ST-segment Inzoomen op een ST-complex In de volgende afbeelding ziet u één ST- A Tabblad ECG complexscherm, zoals getoond wanneer u inzoomt B Curveschaal op één ST-complex. Als u wilt inzoomen op één ST- complex, selecteert u een ST-paneel op de pagina C Tabblad ST-complex ST-complex (zie pagina 251).
  • Pagina 253 ECG, aritmie en ST-segment ST-meetpunten U kunt de ST-meetpunten en het iso-elektrische De ST-meetpunten wijzigen punt wijzigen op de pagina voor algemene ST-  Selecteer het parameterveld voor de complexen of enkel -complexen (zie de hartfrequentie om de ECG-pagina rechtstreeks afbeeldingen op pagina 251).
  • Pagina 254 ECG, aritmie en ST-segment Werkwijze voor het opslaan van ST- 3 Selecteer de tab ST-complex om de algemene referentiepunten pagina ST-complex weer te geven.  Selecteer het parameterveld voor de 4 Selecteer een afzonderlijk ST-deelvenster om hartfrequentie om de ECG-pagina rechtstreeks in te zoomen op een enkel ST-complex.
  • Pagina 255 ECG, aritmie en ST-segment ST-instelfuncties Alle functies voor ST-configuratie worden uitgevoerd op de pagina ST-inst.. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving ST-bewaking – Aan (standaard) Hiermee wordt ST-bewaking geactiveerd/gedeactiveerd en – Uit wordt bepaald of er een ST- Niet beschikbaar in parameterveld wordt neonatale modus weergegeven en of de ST- parameters in een trend...
  • Pagina 256 ECG, aritmie en ST-segment Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving ST afleiding 1 – Drie elektroden: STI, STII, STIII Hiermee wordt een ST- afleiding geselecteerd voor ST afleiding 2 – Vijf elektroden: STI, STII, STIII, STaVR, analyse en weergave. STaVL, STaVF, STV ST afleiding 3 –...
  • Pagina 257 ECG, aritmie en ST-segment QRS-patroon leren/herleren De M540 maakt een referentiesjabloon door het – De neutrale afleiding wordt gewijzigd. dominante QRS-patroon van een patiënt te leren. – Een kabelset met neutrale of voor de De referentiesjabloon wordt opgeslagen. Alle vol- verwerking geselecteerde afleidingen wordt gende hartslagen en ritmes worden hiermee verge- aangesloten.
  • Pagina 258 ECG, aritmie en ST-segment Herleren vanaf de instelpagina voor aritmie Herleren vanaf de pagina ST  Selecteer het parameterveld voor de  Selecteer het parameterveld voor de hartfrequentie om de ECG-pagina rechtstreeks hartfrequentie om de ECG-pagina rechtstreeks te openen. te openen. 1 Selecteer Sensor parameters...
  • Pagina 259 Impedantie ademfrequentie (RRi) Impedantie ademfrequentie (RRi) Overzicht van ademhalingsbewaking..260 Ondersteunde parameter ....260 Voorzorgsmaatregelen bij ademhalingsbewaking ....260 Aansluiten van de kabelsets van 3, 5, 6 afleidingen voor de ademhalingsbewaking .
  • Pagina 260 Impedantie ademfrequentie (RRi) Overzicht van ademhalingsbewaking De M540 meet de ademfrequentie die van een Raadpleeg de gebruiksaanwijzing Infinity Acute impedantiemeting is afgeleid door een Care System – Infinity M540 voor een gedetailleer- onschadelijke hogefrequentiestroom tussen twee de beschrijving van de M540-ademhalingsfuncties. ECG-elektroden op de borst van de patiënt te laten De ademhalingsbewakingsfuncties kunnen worden lopen.
  • Pagina 261 Impedantie ademfrequentie (RRi) WAARSCHUWING WAARSCHUWING De monitor meldt een apnoe-gebeurtenis wan- RRi en pacemakerdetectie functioneren niet neer er binnen de vastgelegde tijdsperiode als het ECU-filter is geselecteerd. Zie voor apnoe geen ademhaling wordt gedetec- "Elektrochirurgie" op pagina 21 voor de teerd.
  • Pagina 262 Impedantie ademfrequentie (RRi) Aansluiten van de kabelsets voor bewaking met 12 afleidingen De ECG-kabelsets kunnen rechtstreeks op de De ECG-kabelsets aansluiten M540 worden aangesloten. 1 Plaats de kabelset met 4 afleidingen (B) en de kabelset met 6 afleidingen (C) in de ECG-poort (A) aan de zijkant van de M540.
  • Pagina 263 Impedantie ademfrequentie (RRi) Aansluiten van de afleidingskabels voor neonatale bewaking De ECG-kabelsets kunnen rechtstreeks op de De ECG-kabelset aansluiten M540 worden aangesloten. 1 Plaats de ECG-adapterkabel (B) in de verzonken aangebrachte ECG-connector(A) aan de zijkant van de M540. Houd de neonatale ECG-adapterkabel (B) op dusdanige wijze vast dat de blootgestelde pinnen uw richting uitstaan wanneer u deze stevig in het ECG-kanaal steekt.
  • Pagina 264 Impedantie ademfrequentie (RRi) Patiëntvoorbereiding voor ademhalingsbewaking De volgende tips voor preparatie van de huid en IEC-elektrodeplaatsing (volwassen) juiste elektrodenplaatsing dienen om een krachtig signaal met minimaal artefact te waarborgen. Deze tips mogen echter nooit worden gebruikt in plaats van door het ziekenhuis goedgekeurde praktijken of aanbevelingen van de fabrikant.
  • Pagina 265 Impedantie ademfrequentie (RRi) – Bij neonaten plaatst u de RA- en LA-elektroden op de mid-axillaire lijn. Plaats de LL-elektrode onder het diafragma en de navel. Vermijd het gebied van de lever en de ventrikels van het hart om artefacten veroorzaakt door de bloedcirculatie te voorkomen.
  • Pagina 266 Impedantie ademfrequentie (RRi) Weergave van de ademhaling De weergave van de ademhaling op de Cockpit het parameterveld voor ademhaling bestaat uit de bestaat uit: volgende elementen: – Parametervak voor ademhaling – Ademhalingscurve parameterveld voor ademhaling OPMERKING In de volgende afbeelding ziet u een gangbare indeling van een parameterveld.
  • Pagina 267 Impedantie ademfrequentie (RRi) De ademhalingsmarkering activeren  Selecteer het parameterveld voor de 1 Selecteer Sensor parameters... in de beademing om de Resp.-pagina rechtstreeks te hoofdmenubalk. selecteren. 2 Selecteer het tabblad Resp. om de pagina Resp. te openen. 3 Selecteer het tabblad Instell. 1 (als dit nog niet is geselecteerd).
  • Pagina 268 Impedantie ademfrequentie (RRi) De ademhalingsinstellingen openen  Selecteer het parameterveld voor de beademing 3 Selecteer de tabbladen Instell. 1 en Instell. 2. om de Resp.-pagina rechtstreeks te selecteren. Het bovenste gedeelte van de pagina Instell. 1 bevat de toetsen Auto. inst. en Alarm voor het configureren van de alarmfuncties.
  • Pagina 269 Impedantie ademfrequentie (RRi) Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Herleren Geen Hiermee start u het herleren van het ademhalingssignaal, al- leen in de automatische modus. Respiratie I, II (standaard) Hiermee selecteert u de afleiding afleiding voor ademhalingsbewaking. Respiratie marker – Aan Hiermee wordt een verticale lijn op de ademhalingscurve –...
  • Pagina 270 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 271 - en Puls CO-Ox-bewaking met Masimo SET MCable - en Puls CO-Ox-bewaking met Masimo SET MCable Overzicht van SpO2- en Puls CO-Ox-bewaking ....272 Ondersteunde parameters .
  • Pagina 272 De Masimo SET MCable en Masimo rainbow SET details kunt u terecht in het hoofdstuk "Technische MCable ondersteunen bewegingstolerante gegevens" van de Infinity Acute Care System – pulsoxymetrie met Signal Extraction Technology Infinity M540-gebruiksaanwijzing. (SET). Deze technologie verbetert de kwaliteit van...
  • Pagina 273 - en Puls CO-Ox-bewaking met Masimo SET MCable Ondersteunde parameters – Methemoglobinesaturatie (SpMet) meet de methemoglobineconcentratie in arterieel bloed. De meeteenheid is %. De parameters SpO , PLS en PI zijn beschikbaar en worden weergegeven, ongeacht welke Masimo- Er zijn verschillende sensors beschikbaar voor de sensor en welke Masimo SET MCable wordt gebruikt.
  • Pagina 274 - en Puls CO-Ox-bewaking met Masimo SET MCable - en Puls CO-Ox-voorzorgsmaatregelen -bewaking is alleen mogelijk met een SpO WAARSCHUWING MCable. De pulsaties van een ballonondersteuning in Storende substanties: Carboxyhemoglobine kan de de aorta kunnen de polsslag verhogen. Verifi- meetwaarden ten onrechte verhogen. De omvang eer de polsslag van de patiënt aan de hand van de toename is ongeveer gelijk aan de hoeveel- van de hartslag.
  • Pagina 275 Als de huidkwaliteit gefabriceerd of gelicentieerd door Masimo. Zie de verandert, verplaatst u de sensor naar een gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – andere locatie. Gebruik minstens om de vier Bewakingsaccessoires voor een lijst met uur een andere plaats. Het foutief aanbrengen goedgekeurde sensoren.
  • Pagina 276 - en Puls CO-Ox-bewaking met Masimo SET MCable De Masimo SET MCable aansluiten De Masimo SET MCable wordt direct aangesloten A SpO -poort op de M540 op de M540. Het logo op de MCable geeft aan of u B MCable-connector een Masimo rainbow SET of een Masimo SET MCable gebruikt.
  • Pagina 277 Voor gedetailleerde informatie over welke sensors welke parameters ondersteunen, zie de hoofdstuk- A SpO -poort op de M540 ken met de ondersteunde parameters in de Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – B MCable-connector Bewakingsaccessoires. C MCable 20-pins connector D Masimo rainbow SET tussenkabel-connector...
  • Pagina 278 - en Puls CO-Ox-bewaking met Masimo SET MCable Patiëntvoorbereiding De volgende tips leiden tot optimale SpO De modus "maximale gevoeligheid" voor Masimo bewakingsresultaten, maar mogen niet worden MCable wordt aanbevolen voor patiënten met een gebruikt ter vervanging van door het ziekenhuis lage perfusie of wanneer de boodschap "lage per- goedgekeurde praktijken of aanbevelingen van de fusie"...
  • Pagina 279 - en Puls CO-Ox-bewaking met Masimo SET MCable De sensor aanbrengen 3 Sluit de sensor aan op de Masimo SET MCable of de Masimo rainbow SET MCable. 1 Selecteer de grootte en het type sensor dat het best geschikt is voor uw patiënt. Volg de OPMERKING aanbevelingen van de fabrikant.
  • Pagina 280 - en Puls CO-Ox-bewaking met Masimo SET MCable Masimo SET MCable-parameterveld H "Alarm uit"-symbool als de alarmen zijn uitge- schakeld. Als de alarmen zijn ingeschakeld, OPMERKING worden de alarmgrenzen weergegeven. In de volgende afbeelding ziet u een gangbare OPMERKING indeling van een parameterveld. De indeling kan veranderen als er aanvullende parameters De alarmgrenzen voor SpO zijn altijd zichtbaar...
  • Pagina 281 - en Puls CO-Ox-bewaking met Masimo SET MCable – Onder de volgende omstandigheden worden de Het Puls CO-Ox-parameterveld bestaat uit de parameterwaarden vervangen door sterretjes volgende elementen: (***): – Een parameter is geactiveerd, maar er is een niet-compatibele sensor aangesloten –...
  • Pagina 282 - en Puls CO-Ox-bewaking met Masimo SET MCable De parameters SpO en Puls CO-Ox bekijken Als de Masimo rainbow SET MCable is Het scherm SpO en Puls CO-Ox Toon alle aangesloten, kunt u de waarden en gekoppelde openen trends van de volgende parameters op één pagina 1 Selecteer het CO-Ox-parameterveld om de doornemen.
  • Pagina 283 - en Puls CO-Ox-bewaking met Masimo SET MCable De SpO -instellingen openen De volgende drie configuratiepagina's zijn 3 Selecteer het horizontale tabblad SpO2 om de beschikbaar voor het configureren van Masimo SpO2-pagina te openen. -parameters: – SpO2-configuratiepagina voor het configureren Selecteer de tab Puls CO-Ox om de Masimo van algemene SpO -parameters (Masimo rain-...
  • Pagina 284 - en Puls CO-Ox-bewaking met Masimo SET MCable Functies voor het configureren van SpO -parameters Algemene SpO -instelfuncties worden uitgevoerd op de pagina SpO2 (zie pagina 283). Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Pulstoon volume Uit, 5 %, 10 % (standaard), 20 %, 30 %, Hiermee wordt het volume van 40 %, 50 %, 60 %, 70 %, 80 %, 90 %, 100 % de pulstoon ingesteld.
  • Pagina 285 - en Puls CO-Ox-bewaking met Masimo SET MCable Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Gemiddelde tijd 2 tot 4, 4 tot 6, 8 (standaard), 10, 12, 14, 16 s Hiermee wordt bepaald hoe snel de SpO -waarde reageert op wijzigingen in de zuurstofsa- turatie van de patiënt.
  • Pagina 286 - en Puls CO-Ox-bewaking met Masimo SET MCable Functies voor het configureren van Masimo rainbow SET Puls CO-Ox- parameters Algemene Masimo rainbow SET SpO instelfuncties vinden plaats op de pagina Puls CO- Ox. Zie pagina 283 om te weten hoe u deze instellingenpagina opent.
  • Pagina 287 - en Puls CO-Ox-bewaking met Masimo SET MCable Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Toon parameters – SpHb Selecteert de parameter voor de parameter 2-locatie in het (middelste toets) – SpOC (standaard) Puls CO-Ox-parameterveld. – PVI Met een Hb-sensor is de stan- –...
  • Pagina 288 - en Puls CO-Ox-bewaking met Masimo SET MCable Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving SpHb gemiddelde Voor SpHb zijn de selecties: Bepaalt hoe responsief de duur monitor reageert op snelle – Lang – ongeveer 6 minuten fysiologische veranderingen bij – Medium (standaard) – ongeveer 3 het bijhouden van minuten bloedhemoglobinewaarden.
  • Pagina 289 - en Puls CO-Ox-bewaking met Masimo SET MCable Met een wachtwoord beveiligde Masimo rainbow SET- configuratiefuncties Aanvullende Masimo rainbow SET-instelfuncties zijn te vinden op de pagina Set-up, die is beveiligd met een klinisch wachtwoord. Zie pagina 283 om te weten hoe u deze instellingenpagina opent. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving...
  • Pagina 290 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 291 en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable Overzicht van SpO2-bewaking ... 292 Ondersteunde parameters ....292 Voorzorgsmaatregelen voor SpO2 .
  • Pagina 292 "Technische neconcentratie, hoge CO, verhoogde niveaus van gegevens" van de Gebruiksaanwijzing Bilirubine en buitensporige bewegingen. Infinity Acute Care System – Infinity M540. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 293 en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable Voorzorgsmaatregelen voor SpO Storende substanties: Carboxyhemoglobine kan de WAARSCHUWING meetwaarden ten onrechte verhogen. De omvang Om de kans op brandwonden tijdens chirurgie van de toename is ongeveer gelijk aan de hoeveel- re reduceren, dient u de sensor of transducer heid aanwezig carboxyhemoglobine.
  • Pagina 294 één of meer octrooien met betrekking tot dit apparaat en/of de verbruiks- artikelen zouden vallen. Zie de Gebruiksaanwij- zing Infinity Acute Care System – Accessoires voor een lijst van goedgekeurde sensoren. OPMERKING Gebruik een functionele tester niet om de...
  • Pagina 295 en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable De Nellcor OxiMax MCable aansluiten De Nellcor OxiMax MCable-kabel wordt direct De Nellcor OxiMax MCable aansluiten aangesloten op de M540. 1 Sluit de Nellcor OxiMax MCable-connector (B) aan op de blauwe SpO -poort (A) van de M540. 2 Sluit de hemodynamische kabel (D) aan op de connector van de Nellcor OxiMax MCable (C).
  • Pagina 296 en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable Voorbereiding van de patiënt op SpO -bewaking De volgende tips leiden tot optimale – Helder licht waardoor er onregelmatig wordt -bewakingsresultaten, maar mogen niet gemeten of er waarden ontbreken. Dek de worden gebruikt ter vervanging van door het sensor af met opaak materiaal als het ziekenhuis goedgekeurde praktijken of waarschijnlijk is dat de sensor wordt...
  • Pagina 297 en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable De sensor aanbrengen De sensor aanbrengen 1 Selecteer de grootte en het type sensor dat het Als u een herbruikbare sensor gebruikt, moet u best geschikt is voor uw patiënt. Volg de ervoor zorgen dat de sensor schoon is voordat u aanbevelingen van de fabrikant.
  • Pagina 298 en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable -weergave De SpO -weergave op de Cockpit bestaat uit: – SpO -parameterveld – SpO puls-plethysmogramcurve -parameterveld Het SpO -parameterveld bestaat uit de volgende elementen: A SpO -label B Meeteenheden – kunnen worden geactiveerd/gedeactiveerd C PLS (puls)-label D PLS-waarde E Bovenste/onderste alarmgrenzen of doorgekruiste driehoeksymbolen wanneer...
  • Pagina 299 en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable De SpO -instellingen openen 1 Selecteer het SpO -parameterveld om de Het bovenste gedeelte van de pagina bevat de SpO2-pagina rechtstreeks te openen. toetsen Auto. inst. en Alarm voor het configureren van de alarmfuncties. Voor gedetailleerde informatie over de alarmconfiguratie kunt u terecht Selecteer Sensor parameters...
  • Pagina 300 en pulsfrequentie met Nellcor OxiMax MCable Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Respons modus – Normaal (standaard) – tot Bepaalt de frequentie van de oximeter die 90 % verandering binnen wordt gebruikt voor het berekenen, 5 tot 7 seconden registreren en weergeven van SpO saturatieniveaus: –...
  • Pagina 301 Temperatuur Temperatuur Overzicht van temperatuurbewaking ..302 Voorzorgsmaatregelen....302 Temperatuurweergave ....303 Temperatuur parameterveld .
  • Pagina 302 Overzicht van temperatuurbewaking De M540 meet de volgende temperatuurwaarden, Raadpleeg de gebruiksaanwijzing geeft die weer en geeft ze voor weergave door naar Infinity Acute Care System – Infinity M540 voor een de Cockpit: gedetailleerde beschrijving van de M540- temperatuurfuncties. – Temperatuur van lichaamsoppervlak Raadpleeg het hoofdstuk "Voor de veiligheid van u...
  • Pagina 303 Temperatuur Temperatuurweergave Op de Cockpit bestaat de temperatuurweergave uit Het temperatuurparameterveld bestaat uit de een parameterveld (zie pagina 305). volgende elementen: Alle temperatuurwaarden die afkomstig zijn van de MPod – QuadHemo worden met T1a, T1b en ΔT1 gelabeld. Alle temperatuurwaarden die afkomstig zijn van een enkele of dubbele Y-temperatuurkabel die op de temperatuurpoort van de M540 is aangesloten, worden als Ta, Tb en ΔT gelabeld.
  • Pagina 304 Temperatuur Het temperatuurdialoogvenster openen Een temperatuurlabel toepassen  Selecteer het temperatuurparameterveld om de Temp.-pagina rechtstreeks te selecteren. 1 Selecteer het tabblad Temp.labels. 2 Selecteer de gewenste temperatuurparameter 1 Selecteer Sensor parameters... in de (Ta, Tb, T1a, T1b). hoofdmenubalk. 3 Selecteer het label dat u wilt toepassen op de 2 Selecteer het tabblad Temp.
  • Pagina 305 Temperatuur Instelfuncties voor temperatuurparameters Alle functies voor temperatuurconfiguratie worden uitgevoerd op de pagina's Temp./Temp. 1 / Temp.labels (zie pagina 304). OPMERKING Als op de M540 de kleur van één temperatuurpa- rameter wordt gewijzigd, wijzigt de kleur van alle temperatuurparameters. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving –...
  • Pagina 306 Temperatuur Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving – T1Ora T1a configureert de derde temperatuurwaarde. – T1Oeso T1b configureert de vierde – T1Nas temperatuurwaarde. – T1Rect – T1Bla – T1Kern – T1Bld1 – T1Dek – T1Huid – T1Re – T1Li Δ Verschil T1a–T1b Kleur Rood, Wit (standaard), Geel, Groen, Licht Hiermee worden de kleur van...
  • Pagina 307 Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Overzicht van de bewaking van niet-invasieve bloeddruk ... . 308 Ondersteunde parameters ....308 Voorzorgsmaatregelen bij niet-invasieve bloeddruk .
  • Pagina 308 Bloeddrukmetingen worden door de Servicehandleiding. oscillometrische methode bepaald en zijn gelijk aan de metingen die via intra-arteriële methoden Raadpleeg de Infinity Acute Care System – Infinity worden verkregen, binnen de door de Association M540-gebruiksaanwijzing voor een gedetailleerde for Advancement of Medical Instrumentation,...
  • Pagina 309 Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Voorzorgsmaatregelen bij niet-invasieve bloeddruk WAARSCHUWING WAARSCHUWING Snelle, langdurig herhaalde niet-invasieve Voor precieze niet-invasieve bloeddrukmetingen worden soms in verband bloeddrukmetingen moeten, op grond van de gebracht met petechie, ischemie, purpura of omtrek van de arm van de patiënt, de juiste neuropathie.
  • Pagina 310 Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) OPMERKING OPMERKING De nauwkeurigheid van het oscillometrische Een systolische bloeddruk die hoger is dan de bloeddruksignaal kan onder de volgende huidige hoge inflatiegrens, kan het bericht omstandigheden afnemen (met inbegrip van activeren dat de inflatiegrens van de niet- volledig verlies van meting): invasieve bloeddruk laag is.
  • Pagina 311 Voor informatie over de aanvaard- bare omstandigheden kunt u terecht in het hoofdstuk Technische gegevens van de Ge- bruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – Infinity M540. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 312 Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) 1 Plaats de manchet 2 tot 5 cm (1 tot 2 inch) OPMERKING boven de elleboog (of rond het midden van de Een bloeddrukmeting kan worden beïnvloed door dij). Plaats het manchetlabel "this side to aritmieën (bijvoorbeeld atriale en premature patient"...
  • Pagina 313 Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Continu-modus Interval-modus In de volgende afbeelding ziet u hoe een parameter- In de volgende afbeelding ziet u hoe een parame- veld eruitziet als de Continu-modus voor de niet-in- terveld eruitziet als de Interval-modus is geselec- vasieve bloeddruk is geselecteerd (zie pagina 316). teerd (zie pagina 315 voor meer informatie).
  • Pagina 314 Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Meetmodi bij niet-invasieve bloeddruk Aan het begin van de meting blaast de M540 de WAARSCHUWING manchet op tot een druk die in de volwassen/pedi- Druk op de -Start/Stop-toets om de atrische modus 25 mmHg (3,3 kPa), en in de neo- manchet snel te laten leeglopen als de patiënt natale modus 30 mmHg (4 kPa), boven de eerder nadelige gevolgen ondervindt.
  • Pagina 315 Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) meting wordt de intervaltijd van de M540 echter OPMERKING aangepast aan de instelling van de Cockpit. Een veiligheidstimer zorgt ervoor dat een manchet vóór het einde van een meting en het Als u de M540 uit- en weer inschakelt en de begin van een nieuwe meting gedurende Interval-modus is geactiveerd op de Cockpit én de minimaal 30 seconden leeg blijft.
  • Pagina 316 Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Continue metingen OPMERKING Wanneer u de NIBP Start/Stop-toets langer dan twee seconden ingedrukt houdt, wordt de WAARSCHUWING intervalmodus opgeheven en wordt Intervaltijd Wanneer u de Continu-modus gebruikt, moet [min] ingesteld op Uit. u de patiënt nauwlettend observeren en de ledemaatperfusie klinisch controleren.
  • Pagina 317 Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Veneuze stase Door een constante manchetdruk te handhaven, Veneuze stase activeren of deactiveren onderbreekt de M540 de bloedcirculatie naar het OPMERKING onderste uiteinde van het ledemaat met de manchet lang genoeg om de patiënt te cannuleren. Indien de Veneuze stase-toets als zodanig is In deze modus sluit de manchet het ledemaat af geconfigureerd, is deze ook toegankelijk via de gedurende de duur van een niet-invasieve...
  • Pagina 318 Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) De instellingen voor de niet-invasieve bloeddruk openen 1 Selecteer het parameterveld voor de niet- u de volgende twee symbolen in de rechterbo- invasieve bloeddruk om de NIBP-pagina venhoek van het dialoogvenster: -symbool rechtstreeks te openen. en de toets weergavefilter Het bovenste gedeelte van de pagina bevat de toetsen Auto.
  • Pagina 319 Invasieve druk (IP) Invasieve druk (IP) Overzicht van invasieve drukbewaking ..320 Ondersteunde parameters ....320 Voorzorgsmaatregelen invasieve druk..320 Voorbereiding van de patiënt op invasieve drukbewaking.
  • Pagina 320 Invasieve druk (IP) Overzicht van invasieve drukbewaking Ondersteunde parameters De M540 ontvangt en verwerkt de invasieve druksignalen (IP) en geeft die gegevens door aan de Cockpit. Er zijn diverse pods beschikbaar om de Zie pagina 323 voor beschikbare invasieve invasieve druk te bewaken. Als u meer dan twee druklabels.
  • Pagina 321 Invasieve druk (IP) Voorbereiding van de patiënt op invasieve drukbewaking – Let tijdens de voorbereiding van de patiënt OPMERKING goed op dat er geen luchtbelletjes in de sensor Als er luchtbelletjes in het slangensysteem of de plugkraan voorkomen. verschijnen, moet u het systeem nogmaals met de infuusoplossing doorspoelen.
  • Pagina 322 Invasieve druk (IP) Een parameterveld voor invasieve pulsatiele druk Een parameterveld voor invasieve niet-pulsatiele bevat de volgende elementen: druk bevat de volgende elementen: A IP-parameterlabel A Parameterlabel invasieve druk B Meeteenheid (kan worden B Waarde van gemiddelde druk geactiveerd/gedeactiveerd) C Doorgekruist driehoeksymbool wanneer het C Waarde van gemiddelde druk diastolische invasieve drukalarm is uitgeschakeld.
  • Pagina 323 Invasieve druk (IP) Grote gemiddelde waarde Invasieve drukcurven De gemiddelde waarde voor invasieve druk kan Curven voor invasieve druk worden ofwel in afzon- worden weergegeven met een gewoon of een groot derlijke curvekanalen of in een overlappend for- lettertype. maat in één kanaal weergegeven. In het overlap- pende formaat wordt het curvegebied vergroot en worden meerdere curven gecombineerd.
  • Pagina 324 Invasieve druk (IP) Een druklabel handmatig toewijzen Meerdere druklabels handmatig toewijzen 1 Selecteer het parameterveld voor de invasieve 1 Selecteer het parameterveld voor de invasieve druk om het dialoogvenster Invasieve drukken druk om het dialoogvenster Invasieve drukken rechtstreeks te openen. rechtstreeks te openen.
  • Pagina 325 Invasieve druk (IP) Invasieve druklabels Label Druktype Gemeten drukwaarden Meetbereik Arteriële bloeddruk Systolisch, diastolisch, gemiddeld –50 tot +400 mmHg Aortische arteriële bloeddruk –6,6 tot +53,3 kPa Femorale arteriële bloeddruk Axiallaire arteriële bloeddruk Radiale arteriële bloeddruk Umbilicale arteriële bloeddruk Brachiale arteriële bloeddruk Bloeddruk linkerventrikel Pulmonaire arteriële bloeddruk Bloeddruk rechterventrikel...
  • Pagina 326 Invasieve druk (IP) Druklabelconflicten Labelconflicten pod-M540 Elk druklabel wordt toegewezen aan één locatie. Als u het label opnieuw probeert te gebruiken, moet u dit bevestigen. De M540 wijst het label toe aan Op de hemodynamische pods worden druklabels het huidig geselecteerde parameterveld en plaatst opgeslagen zoals op de M540.
  • Pagina 327 M540 opstarten (zie de 2 Sluit de plugkranen naar de patiënt en open ze Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – om te ventileren. Infinity M540 voor details). 3 Selecteer de toets Sensor parameters... Alle nullen op de hoofdmenubalk.
  • Pagina 328 Invasieve druk (IP) Pulmonale wedgedruk Wanneer de M540 is aangekoppeld, kunt u een WAARSCHUWING pulmonale wedgedruk (PWP) berekenen op de Blaas de ballon niet teveel op omdat daardoor MPod – QuadHemo. U kunt ook een wedgedruk de longslagader kan scheuren. berekenen op de pagina Wedge op de Cockpit (zie pagina 330).
  • Pagina 329 Invasieve druk (IP) Wedgedrukmetingen starten vanaf de pods Een wedgedrukmeting starten 3 Druk nogmaals op de Wedge-toets (A) om de waarde op te slaan. Het volgende gebeurt op de 1 Druk op de toets Wedge (A) op de MPod – Wedge-pagina van de Cockpit (zie pagina 330): QuadHemo.
  • Pagina 330 Invasieve druk (IP) Wedgedrukmetingen starten vanaf de Cockpit In de volgende afbeelding ziet u de Wedge-pagina H PWP-resultatenvenster waarop u wedgemetingen handmatig start. De Toets Schaal wedgedrukwaarde wordt automatisch opgeslagen wanneer: J Toets Curve snelheid [mm/s] – u de Wedge-pagina sluit. K De toets Referentie curve –...
  • Pagina 331 Invasieve druk (IP) 7 Gebruik de toets Referentie curve (K) om een – Er wordt een horizontale cursor getekend referentiecurve te selecteren (beschikbare door de PA-curve. instellingen: Geen, RRi). 9 Selecteer één van de volgende toetsen: 8 Selecteer de toets Start wedge (B). –...
  • Pagina 332 Invasieve druk (IP) Instelfuncties voor invasieve drukparameters Alle instelfuncties voor invasieve druk worden uitgevoerd op de pagina Invasieve drukken (zie pagina 331). Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Nullen Geen Hiermee wordt alleen een nulstelling uitge- voerd voor de druk die wordt aangegeven op de Invasieve drukken-pagina, en wor- den de tijd en datum van de laatste nulstel- ling weergegeven (zie pagina 327).
  • Pagina 333 Invasieve druk (IP) Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Filter 8 Hz en 16 Hz (standaard) Hiermee wordt de filterinstelling geselecteerd die op het invasieve druksignaal wordt toegepast. Mean Aan, Uit (standaard) Hiermee wordt bepaald of de gemiddelde groot (op invasieve drukwaarde met een groot of het Alge- normaal lettertype wordt weergegeven.
  • Pagina 334 Invasieve druk (IP) Polsdrukvariatie meten (PPV) Als de PPV/SPV-tool ontgrendeld is, kunt u de 3 Druk onderaan de Alle weergeven-pagina op polsdrukvariatie berekenen. de Openen toets naast PPV-tool. Om de polsdrukvariatie (PPV) te berekenen, selecteert de gebruiker waarden voor de maximale Een PPV-berekening instellen polsdruk (PPmax) en de minimale polsdruk 1 Druk op de toets naast Art.
  • Pagina 335 Invasieve druk (IP) 3 Selecteer de maximale waarde voor de 7 Optioneel kunt u doorgaan met het berekenen diastolische polsdruk, PPmax(D), door aan de van de PPV om een PPV gemidd van draaiknop te draaien en druk de knop in om de maximaal drie van de laatste waarden te waarde op te slaan.
  • Pagina 336 Invasieve druk (IP) De SPV-tool via een parameterveld voor Een SPV-meting berekenen invasieve druk openen 1 Druk op de toets Vastzetten om de curve(n) 1 Druk op een willekeurig parameterveld voor vast te zetten. In de rechterbovenhoek van het invasieve druk om de pagina Invasieve SPV-curvevenster verschijnt een tijdstempel.
  • Pagina 337 Cardiac output (C.O.) Cardiac output (C.O.) Overzicht van de cardiac output-bewaking ....338 Meetmethode cardiac output ....338 Ondersteunde parameters .
  • Pagina 338 Cardiac output (C.O.) Overzicht van de cardiac output-bewaking De M540 berekent met behulp van de thermodilutie- Voor de berekening van de cardiac output houdt de methode de cardiac output (C.O.) voor volwassen M540 rekening met de volgende factoren: en pediatrische patiënten. Cardiac output-bewa- –...
  • Pagina 339 Cardiac output (C.O.) C.O.-voorzorgsmaatregelen WAARSCHUWING Een onjuiste berekeningsconstante kan on- juiste cardiac output-metingen opleveren en de patiënt in gevaar brengen. Controleer of de handmatig opgegeven berekeningsconstante juist is voor de katheter die u gebruikt. WAARSCHUWING Controleer of u het huidige gewicht van de patiënt opgeeft (en niet zijn of haar gewicht bij opname).
  • Pagina 340 Cardiac output (C.O.) De hardware voor de cardiac output aansluiten U kunt de hemodynamische kabel aansluiten op de D Hemodynamische poort van de MPod – MPod – QuadHemo. QuadHemo De tussenkabel wordt direct aangesloten op de E Pod-connector van de tussenkabel voor de M540.
  • Pagina 341 Cardiac output (C.O.) Voorbereiding van de patiënt op cardiac output-bewaking De volgende tips leiden tot optimale resultaten van – Gebruik een inlijninjectaatsysteem. Systemen de cardiac output-bewaking, maar mogen niet die de injectaattemperatuur in het ijsbad meten, worden gebruikt ter vervanging van door het kunnen fouten introduceren.
  • Pagina 342 Cardiac output (C.O.) Weergave Cardiac output Op de Cockpit bestaat de cardiac output-weergave Het parameterveld voor cardiac output bestaat uit uit een parameterveld. de volgende elementen: OPMERKING In de volgende afbeelding ziet u een gangbare indeling van een parameterveld. De indeling kan veranderen als er aanvullende parameters worden weergegeven.
  • Pagina 343 Cardiac output (C.O.) Berekeningsconstante cardiac output Een berekeningsconstante handmatig opgeven WAARSCHUWING Zorg ervoor dat het kathetertype Overige is Een onjuiste berekeningsconstante kan on- geselecteerd (zie pagina 349), omdat anders de juiste cardiac output-metingen opleveren en toets Comp. constant niet beschikbaar is op de de patiënt in gevaar brengen.
  • Pagina 344 Cardiac output (C.O.) BD/Ohmeda-berekeningsconstanten Injectaattemperatuur (Tinj) sensor aangesloten Katheter- Injectaat- Tinj = –5 tot +16 °C Tinj = 16 tot 25 °C grootte volume (23 tot 61 °F) (61 tot 80 °F) 7.5F 10 cc 0,579 0,628 7.5F 5 cc 0,281 0,309 7.5F...
  • Pagina 345 Cardiac output (C.O.) Meetmodi cardiac output Er zijn twee meetmodi voor de cardiac output be- MPod – QuadHemo schikbaar: automatisch en handmatig. Als onsta- biele bloedtemperaturen, artefacten of andere con- dities automatische metingen onmogelijk maken, schakelt u over naar de modus Handmatig. Als de meldingstoon niet is gedeactiveerd (zie pagina 459), weerklinkt er een toon wanneer de cardiac output-waarde is berekend.
  • Pagina 346 Cardiac output (C.O.) Handmatige metingen Als automatische metingen niet mogelijk zijn ten Elk waardenpaneel is aanraakgevoelig. Hier- gevolge van onstabiele bloedtemperaturen of door kunt u een waarde opnemen in of uitsluiten andere oorzaken, schakelt u over naar de van de berekening van het gemiddelde. Elke handmatige modus.
  • Pagina 347 Cardiac output (C.O.) De cardiac output-gemiddelden doornemen Verschillende injectietypen kunnen variaties in car- A Start C.O.-toets (alleen beschikbaar in de diac output-metingen veroorzaken. Om voor derge- handmatige modus – zie pagina 346) lijke afwijkingen te compenseren, kunt u maximaal B Toets Opsl. C.O. gemidd. vijf metingen bekijken en daarmee een cardiac out- put-gemiddelde berekenen.
  • Pagina 348 Cardiac output (C.O.) De cardiac output-instellingen openen  Selecteer het cardiac output-parameterveld om Het bovenste gedeelte van de pagina bevat de de C.O.-pagina rechtstreeks te openen. toetsen Auto. inst. en Alarm voor het configureren van de alarmfuncties. Voor gedetailleerde informatie over de alarmconfiguratie kunt u terecht 1 Selecteer Sensor parameters...
  • Pagina 349 Cardiac output (C.O.) Instelfuncties voor cardiac output-parameters Alle instelfuncties voor cardiac output worden uitgevoerd op de pagina C.O.. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Catheter type – BD/Ohmeda (standaard) Hiermee wordt het momenteel geselecteerd kathetertype weergegeven. – Baxter – Arrow – Overige Grootte catheter 5F, 7F (standaard), 7,5F Hiermee wordt de momenteel geselecteerd...
  • Pagina 350 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 351 Mainstream CO -bewaking Mainstream CO -bewaking Overzicht van Mainstream CO2-bewaking ....352 Ondersteunde parameters ....352 CO2-voorzorgsmaatregelen .
  • Pagina 352 CO2 in ademgassen te meten. CO2-bewaking is beschikbaar voor volwassen, Ondersteunde parameters pediatrische en neonatale patiënten. Raadpleeg de Gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – Infinity M540 voor informatie inzake het bestellen – etCO2 (end-tidal CO2-concentratie) van de geschikte maat van accessoires.
  • Pagina 353 Mainstream CO -bewaking CO2-voorzorgsmaatregelen Zie "Algemene veiligheidsinformatie" op pagina 18 LET OP voor algemene voorzorgsmaatregelen. Lekkage in het beademingscircuit (bijvoorbeeld door een losgeraakte endotracheale tube of een WAARSCHUWING beschadigde ademwegadapter) kan een RRc-apnoealarmen worden NIET gemeld als significante invloed op de CO2-metingen hebben. de RRc apnoe tijd [s]-instelling op de CO2- configuratiepagina op Uit is ingesteld en als LET OP...
  • Pagina 354 Mainstream CO -bewaking De CO -sensor aansluiten Voordat u CO -hardware aansluit, moet u zich er- van vergewissen dat de gebruikte ademwegadap- ter bij de ademwegadapterinstelling van de Cockpit past. Gebruik bijvoorbeeld geen ademwegadapter voor éénmalig gebruik als de Cockpit voor een her- bruikbare ademwegadapter is geconfigureerd (en omgekeerd).
  • Pagina 355 Mainstream CO -bewaking Voorbereiding van de patiënt op CO2-bewaking De volgende tips leiden tot optimale Als u tussen adaptertypen wisselt (van herbruik- bewakingsresultaten, maar mogen niet worden baar naar éénmalig gebruik, van volwassen naar gebruikt ter vervanging van door het ziekenhuis pediatrie, of vice versa), moet u een Dräger-sensor goedgekeurde praktijken of aanbevelingen van de niet opnieuw op nul stellen.
  • Pagina 356 Mainstream CO -bewaking CO2-weergave De CO2-weergave op de Cockpit bestaat uit: Het CO2-parameterveld bestaat uit de volgende elementen: – Een CO2-parameterveld – Een CO2-curve CO2-parameterveld OPMERKING In de volgende afbeelding ziet u een gangbare indeling van een parameterveld. De indeling kan veranderen als er aanvullende parameters worden weergegeven.
  • Pagina 357 Mainstream CO -bewaking CO2-curven De Cockpit geeft ook een actuele CO2-curve weer. A Expiratieplateau of alveolair plateau (het niveau van CO2 in de longen stopt met significant toe te nemen) B End-tidal concentratiepunt (einde van de expiratiefase, waar CO2 wordt gemeten) C Begin van inspiratiefase D Begin van expiratiefase E Basislijn tijdens inspiratie...
  • Pagina 358 Mainstream CO -bewaking Beschrijving Oorzaak CO2-curve Verhoogde basis- Terugademen door één van de volgende waarde voor curve oorzaken: met overeenkomsti- – De ademwegadapter voor éénmalig ge toename in het gebruik wordt gebruikt, hoewel de CO2-gehalte. Cockpit is geconfigureerd voor het herbruikbare adaptertype –...
  • Pagina 359 Mainstream CO -bewaking Het CO -dialoogvenster gebruiken -grenzen De configuratie voor de CO -parameters gebeurd in het CO -dialoogvenster. Dat dialoogvenster bevat de volgende tabs: Het configureren van alle functies van de CO alarmgrenzen gebeurt in het Mainstream-tabblad – Mainstream stelt bijbehorende CO binnen hetCO -dialoogvenster.
  • Pagina 360 Mainstream CO -bewaking CO2-parameterconfiguratie Alle functies voor het configureren van de CO2 Voor gedetailleerde informatie over de alarmconfi- worden in het CO -dialoogvenster uitgevoerd. guratie kunt u terecht in "De alarminstellingen van een patiënt configureren" op pagina 153. OPMERKING OPMERKING Wanneer een Scio-module is aangesloten, kan de instelling van de parameters voor CO2 alleen De sensor moet van de ademwegadapter worden...
  • Pagina 361 Mainstream CO -bewaking Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving RRc apnoe tijd [s] Uit (standaard), 10, 15, 20, 25, 30 s Hiermee wordt gespecificeerd hoe lang de M540 wacht voordat een onderbreking van de ademhaling wordt gemeld als een apnoegebeurtenis. RRc apnoe tijd [s]-instellingen zijn van toepassing op zowel Mainstream als Microstream.
  • Pagina 362 Mainstream CO -bewaking Een kalibratiecontrole uitvoeren Vereiste accessoires Het Kalibratie controle-tabblad wordt gebruikt om de volgende taken uit te voeren: – Testfilter (bevestigd aan de CO -sensor en – De datum van de laatste kalibratie bekijken afgebeeld op de volgende figuur). –...
  • Pagina 363 Microstream CO -bewaking Microstream CO -bewaking Overzicht van Microstream®CO -bewaking ... . . 364 Ondersteunde parameters ....364 Accessoires .
  • Pagina 364 Microstream CO -bewaking Overzicht van Microstream ® -bewaking Ondersteunde parameters De Cockpit biedt continue sidestream-metingen van kooldioxideconcentraties (CO ) voor geïntu- beerde en niet-geïntubeerde patiënten. De Cockpit – etCO2 (end-tidal CO -concentratie) ontvangt signalen van de Infinity MCable – – inCO2 (inspiratoire CO -concentratie) Microstream CO (hierna de Microstream MCable...
  • Pagina 365 Microstream CO -bewaking -weergave De CO -weergave op de Cockpit bestaat uit: J etCO -waarde – het hoogste niveau van CO de ademweg tijdens expiratie binnen de – CO -parameterveld meetinterval – CO -curve -curve -parameterveld De M540 geeft ook een actuele CO -curve weer.
  • Pagina 366 Microstream CO -bewaking Probleemoplossing Behalve voor de evaluatie van de klinische status van een patiënt kunnen CO -curven ook nuttig zijn bij het oplossen van problemen met apparatuur. In de volgende tabel wordt aangegeven hoe u met -curven veelvoorkomende problemen kunt identificeren.
  • Pagina 367 Microstream CO -bewaking Het CO -dialoogvenster gebruiken -grenzen De configuratie voor de CO -parameters gebeurt in het CO -dialoogvenster. Dat dialoogvenster bevat de volgende tabs: De functies voor het configureren van de CO parameters zijn te vinden in het Microstream- –...
  • Pagina 368 Microstream CO -bewaking -parameterconfiguratie De functies voor het configureren van de CO Voor gedetailleerde informatie over de alarmconfi- parameters zijn te vinden in het CO guratie kunt u terecht in "De alarminstellingen van dialoogvenster binnen het Microstream-tabblad. een patiënt configureren" op pagina 153. OPMERKING Wanneer een Scio-module is aangesloten, kan de instelling van de parameters voor CO2 alleen...
  • Pagina 369 Microstream CO -bewaking Kalibratiecontrole Vereiste accessoires Het Kalibratie controle-tabblad wordt gebruikt om de volgende taken uit te voeren: – Een gasfles (met een mengsel van 5 % CO – Weergeven van het aantal resterende uren vóór 21 % O , balans: N de volgende onderhoudscontrole van de Microstream MCable –...
  • Pagina 370 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 371 Scio-bewaking Scio-bewaking Overzicht van Scio-bewaking ... . 372 Ondersteunde parameters ....374 Het Scio-dialoogvenster gebruiken ..374 De Scio-instellingen openen.
  • Pagina 372 Scio-bewaking Overzicht van Scio-bewaking De Scio Four module neemt gasmonsters uit de OPMERKING ademgasstroom van pediatrische en volwassen In dit hoofdstuk worden alle Scio Four modules patiënten. De module meet continu de CO -, N (Scio Four, Scio Four Oxi, Scio Four plus en concentratie en anesthesiegassen (Sevofluraan, Scio Four Oxi plus) aangeduid als "gasanalyseap- Desfluraan, Isofluraan, Halothaan en Enfluraan) in...
  • Pagina 373 Scio-bewaking Het gasanalyseapparaat is leverbaar in vier varianten met verschillende functies zoals hieronder beschreven. Middel Anesthesie- Mengsels gas-ID Scio Four 1 van 5 Scio Four Oxi 1 van 5 Scio Four plus 2 van 5 Scio Four Oxi plus 2 van 5 Het IACS detecteert automatisch welk gasanaly- –...
  • Pagina 374 Scio-bewaking Ondersteunde parameters – etSev – inDes De volgende parameters worden ondersteund: – etDes – RRc – inIso – etCO2 – etIso – FiO2 (weergegeven als inO – inHal parametervelden) – etHal – etO2 – inEnf – inN – etEnf –...
  • Pagina 375 Scio-bewaking Functies voor het configureren van CO OPMERKING parameters Wanneer de CO -Mainstream-sensor of de Microstream MCable is aangesloten, kunnen de De functies voor het configureren van de CO Scio-parameters niet worden ingesteld. parameters zijn te vinden in het CO -tabblad binnen het Scio-dialoogvenster.
  • Pagina 376 Scio-bewaking -alarmgrenzen Voor gasanalyseapparaten met O -bewaking toont het O -tabblad in der linkerbovenhoek van het venster de velden voor de instelling van de alarmgrenzen voor etO2 en FiO2. etO2 En FiO2 bieden de mogelijkheid om de boven- en ondergrenzen van het alarm aan te passen en om de Archief-functie en de Auto.
  • Pagina 377 Scio-bewaking Anesthesiegas-alarmconfiguratie H De toets Alle automatisch instellen (zie "Automatische instelling van alle alarmgrenzen" Op het A-gas alarmen-tabblad kunnen de op pagina 164) volgende parameters voor alle anesthesiegas- WAARSCHUWING alarmen worden gewijzigd: Als u de alarmgrenzen op extreme waarden – Alarmstatus (aan/uit) instelt, is het mogelijk dat sommige –...
  • Pagina 378 Scio-bewaking Functies voor het configureren van de anesthesiegas-parameters De functies voor het configureren van de anesthe- het secundaire anesthesiegas kunnen wel siegas-parameters zijn te vinden op het A-gas in- ingesteld worden, maar de alarmen worden pas stellingen-tabblad binnen het Scio-dialoogvenster. geactiveerd als het secundaire anesthesiegas als primair anesthesiegas wisselt.
  • Pagina 379 Scio-bewaking -weergave Op de Cockpit bestaat de CO -weergave uit: C etCO -alarmgrenzen (weergave van een doorgekruist driehoeksymbool als de etCO – CO -parameterveld alarmsignalen zijn uitgeschakeld). – CO -curve D inCO -label De Cockpit ondersteunt een configureerbaar E inCO -waarde –...
  • Pagina 380 Scio-bewaking -parameterveld G inO (FiO )-alarmgrenzen (weergave van een doorgekruist driehoeksymbool als de inO Het CO -parameterveld toont de volgende alarmsignalen zijn uitgeschakeld). extra waarden: H Afkorting voor "expiratoir" – Inspiratoire O (inO /FiO ) – het niveau van O etCO -waarde –...
  • Pagina 381 Scio-bewaking Probleemoplossing Behalve voor de evaluatie van de klinische status van een patiënt kunnen CO -curven ook nuttig zijn bij het oplossen van problemen met apparatuur. In de volgende tabel wordt aangegeven hoe u met -curven veelvoorkomende problemen kunt identificeren. Beschrijving Oorzaak Capnogram...
  • Pagina 382 Scio-bewaking Beschrijving Oorzaak Capnogram Wijziging in de helling van Obstructie veroorzaakt door één en stijgende tak. Mogelijke van de volgende problemen: afwezigheid van een alve- – Gedeeltelijke obstructie in een olair plateau. expiratietak van het beademingscircuit – Lichaamsvreemd voorwerp in de bovenste ademweg –...
  • Pagina 383 Scio-bewaking -weergave -parameterveld OPMERKING -bewaking is alleen beschikbaar voor Het standaard O -parameterveld toont de actuele Scio Four Oxi en Scio Four Oxi plus. waarden voor: De O -weergave op de Cockpit bestaat uit: – Inspiratoire O (inO /FiO ) – het niveau van O in de ademweg tijdens de inspiratiefase.
  • Pagina 384 Scio-bewaking O-parameterveld O-waarde – het hoogste niveau van N O in de ademweg tijdens expiratiefase binnen de meetinterval Het O O-parameterveld toont de volgende extra waarden: J etO -alarmgrenzen (weergave van een doorgekruist driehoeksymbool als de etO – Inspiratoire N O (inN O) –...
  • Pagina 385 Scio-bewaking Anesthesiegas-weergave De anesthesiegas-curven en -parameters kunnen A Afkorting voor primair anesthesiegas (weerga- worden geïdentificeerd m.b.v. de volgende kleuren: ve van A-gas? tijdens de anesthesiegas-identi- ficatie bij gasanalyseapparaten met automati- – Sevofluraan = geel sche identificatie) – Desfluraan = blauw B Waarde inspiratoire primair anesthesiegas –...
  • Pagina 386 Scio-bewaking A-gas/ xMAC-parameterveld Expiratoire alarmgrenzen voor secundair anesthesiegas Het A-gas/ xMAC-parameterveld toont de J Waarde expiratoire secundair anesthesiegas – volgende extra waarden: het niveau van het anesthesiegas in de ademweg tijdens de expiratiefase – xMAC - de MAC-veelvoud berekend aan de hand van de huidige expiratoire meetwaarden K xMAC-veelvoud en de anesthesiegas-afhankelijke MAC-...
  • Pagina 387 Scio-bewaking A-gas/N2O-parameterveld H Expiratoire alarmgrenzen voor primair anesthesiegas Het A-gas/N2O-parameterveld toont de volgende Expiratoire alarmgrenzen voor secundair extra waarden: anesthesiegas – Inspiratoire N O (inN O) – het niveau van N J Waarde expiratoire secundair anesthesiegas – in de ademweg tijdens inspiratie, die tijdens de het niveau van het anesthesiegas in de vorige meetinterval als minimale waarde werd ademweg tijdens de expiratiefase...
  • Pagina 388 Scio-bewaking Handmatige anesthesiegas-identificatie Gemengd anesthesiegas Handmatige anesthesiegas-identificatie is alleen OPMERKING beschikbaar voor gasanalyseapparaten zonder De meting van gemengde anesthesiegas is alleen automatische anesthesiegas-identificatie: beschikbaar voor gasanalyseapparaten met auto- Scio Four en Scio Four Oxi. matische anesthesiegas-identificatie: Scio Four plus en Scio Four Oxi plus. WAARSCHUWING Risico op onnauwkeurige gasmeetwaarden Als het gasanalyseapparaat een mengsel van twee...
  • Pagina 389 Scio-bewaking Scio-pagina Toon alle  inN2O  inHal De Scio-pagina Toon alle toont de waarden en meeteenheden van de actueel bewaakte  inEnf parameters op één scherm.  inIso  inDes De Scio-pagina Toon alle openen  inSev  Druk op de Scio-pagina op het Toon alle- tabblad.
  • Pagina 390 Scio-bewaking xMAC (MAC-veelvoud) De xMAC-waarde is een eenvoudige navigatiehulp De op basis van de leeftijd-gecorrigeerde MAC- voor de anesthesiegasdosering. waarden worden berekend met behulp van een door W. W. Mapleson opgestelde vergelijking Het IACS toont de inspiratoire en expiratoire (British Journal of Anesthesia 1996, blz. 179-185). meetwaarden voor O2, N2O, anesthesiegassen en de xMAC.
  • Pagina 391 Scio-bewaking Voor gasmengsels worden de respectieve veelvouden voor N O en anesthesiegassen toegevoegd volgens de onderstaande vergelijking: exp. conc. Anesth. exp. conc. Anesth. exp. conc. N xMAC Anesth. Anesth. age-corrected age-corrected age-corrected Bijvoorbeeld: exp. Iso. = 0,65 Vol %; exp. N O = 69 %;...
  • Pagina 392 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 393 Externe apparaten – Dubbele SpO -bewaking Externe apparaten – Dubbele SpO -bewaking Overzicht dubbele SpO -bewaking..394 Ondersteunde parameters ....394 Gebruiksaanwijzing –...
  • Pagina 394 Externe apparaten – Dubbele SpO -bewaking Overzicht dubbele SpO -bewaking Dubbele SpO -bewaking is mogelijk door een OPMERKING tweede SpO2-waarde te verkrijgen van een extern Er is geen curve beschikbaar voor SpO2* van een apparaat dat via een seriële poort van het type extern apparaat.
  • Pagina 395 Externe apparaten – Dubbele SpO -bewaking De parameter voor de minitrends selecteren Minitrends zijn beschikbaar voor SpO2* en ΔSpO2 1 Klik op de toets Sensor parameters... op het Hoofdscherm. 2 Tip op het SpO2*-tabblad. 3 Druk op de toets SpO2 label en selecteer één van de volgende instellingen: Preductaal, Postductaal, Rechts, Links, Arm, Voet, Geen (standaard).
  • Pagina 396 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 397 Extern apparaat – Bispectrale index (BIS) Extern apparaat – Bispectrale index (BIS) Overzicht van BIS-bewaking ... . . 398 Ondersteunde parameters en instellingen ..398 BIS-voorzorgsmaatregelen ....399 Compatibiliteit van apparaten .
  • Pagina 398 Extern apparaat – Bispectrale index (BIS) Overzicht van BIS-bewaking Ondersteunde parameters en De Cockpit ontvangt gegevens van het BIS VISTA- bewakingssysteem met behulp van een RS232- instellingen verbinding. BIS – Bispectrale index BIS-bewaking biedt het niveau van bewustzijn door gebruik te maken van EEG-elektrodes die op het EMG –...
  • Pagina 399 Extern apparaat – Bispectrale index (BIS) BIS-voorzorgsmaatregelen Compatibiliteit van apparaten WAARSCHUWING Bij het aansluiten op een apparaat van een De Cockpit ondersteunt de Aspect BIS Vista derde partij moet u vóór klinisch gebruik de Complete-monitor met 2 kanalen met goede werking van het apparaat verifiëren. Zie softwareversie 3.00 en hoger.
  • Pagina 400 Extern apparaat – Bispectrale index (BIS) BIS-weergave Op de Cockpit bestaat de BIS x-weergave uit: E Het elektromyograaf-staafdiagram geeft de huidige amplitude van het EMG-signaal aan. – BISx-parameterveld F Het staafdiagram voor de signaalkwaliteitsindex – 1 EEG-curve (SQI) geeft de kwaliteit van het waargenomen signaal aan.
  • Pagina 401 Extern apparaat – Bispectrale index (BIS) EMG-staafdiagram SQI-staafdiagram Het EMG-staafdiagram bestaat uit 5 tic- Het SQI-staafdiagram bestaat uit 5 staven. Hoe markeringen. Als de amplitude stijgt, worden meer meer staven groen zijn gekleurd, hoe beter de tic-markeringen in witte kleur weergegeven. kwaliteit van het signaal.
  • Pagina 402 Extern apparaat – Bispectrale index (BIS) De BIS-instellingen openen  Selecteer het BIS-parameterveld om de BIS- Als u het tabblad niet ziet, selecteert u de vol- pagina rechtstreeks te openen. gende twee symbolen in de rechterbovenhoek van het dialoogvenster: -symbool en de toets weergavefilter 1 Selecteer Sensor parameters...
  • Pagina 403 Extern apparaat – Neuromusculaire transmissie (NMT) Extern apparaat – Neuromusculaire transmissie (NMT) Overzicht van NMT-bewaking ... . 404 Ondersteunde parameters ....404 Ondersteunde modi .
  • Pagina 404 Extern apparaat – Neuromusculaire transmissie (NMT) Overzicht van NMT-bewaking Ondersteunde parameters De Cockpit ondersteunt communicatie met apparaten voor neuromusculaire transmissie van derde partijen met behulp van een RS232- De volgende parameters van het NMT-apparaat aansluiting. worden ondersteund: NMT-bewaking meet de mate van spierontspan- –...
  • Pagina 405 Extern apparaat – Neuromusculaire transmissie (NMT) Ondersteunde instellingen – Pulsbreedte – rapporteert de breedte van de pulsmicroseconden De volgende instellingen van het NMT-apparaat Alle NMT-instellingen worden naar het Infinity- worden ondersteund: netwerk verstuurd. Ze zijn niet beschikbaar voor het exportprotocol. –...
  • Pagina 406 Extern apparaat – Neuromusculaire transmissie (NMT) NMT-weergave NMT-parameterveld (PTC-modus) Op de Cockpit bestaat de NMT-weergave uit twee NMT-parametervelden. De inhoud is afhankelijk van één van de volgende modi die op het NMT- Het NMT-parameterveld in PTC-modus bestaat uit apparaat wordt geselecteerd: de volgende elementen: –...
  • Pagina 407 Extern apparaat – Neuromusculaire transmissie (NMT) NMT-parameterveld (Enkel TOF/Auto TOF-modus) Het NMT-parameterveld in 'Enkel TOF/Auto TOF'- C Tijdstempel van de huidige waarde (de modus is vergelijkbaar en bestaat uit de volgende tijdstempel identificeert de tijd waarop de elementen: Cockpit de waarde van het aangesloten apparaat heeft ontvangen) D Balk die de resterende tijd aangeeft.
  • Pagina 408 Extern apparaat – Neuromusculaire transmissie (NMT) NMT-informatie printen U kunt een rapport van alle NMT-instellingen en tot de laatste 500 metingen printen. 1 Selecteer Sensor parameters... in de hoofdmenubalk. NMT-instellingen en -metingen printen 2 Selecteer het tabblad NMT om de pagina NMT 1 Selecteer het NMT-parameterveld om de NMT- te openen.
  • Pagina 409 Extern apparaat – Neuromusculaire transmissie (NMT) De NMT-pagina De NMT-pagina geeft de instellingen van het NMT- A Veld Instellingen – geeft de instellingen weer apparaat weer. Behalve voor de Printen-toets zijn van het aangesloten NMT-apparaat van een die instellingen louter ter informatie en kunnen ze derde partij.
  • Pagina 410 Extern apparaat – Neuromusculaire transmissie (NMT) NMT-parameterfuncties en -instellingen Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Stim current 0 tot 60 mA (standaard: 50 mA) Geeft de stimulatiestroom van het NMT-apparaat weer. Huidige stimulatie Handmatig De stimulatiestroom werd modus manueel geselecteerd. Gevoeligheid (1-512) Pulsduur Bepaalt de breedte van de puls.
  • Pagina 411 Extern apparaat – Continue Cardiac Output (CCO) Extern apparaat – Continue Cardiac Output (CCO) Overzicht van CCO-bewaking ... . 412 Alarmen van een extern apparaat ..412 Naslagwerk.
  • Pagina 412 Raadpleeg de Opmerkingen bij de release van gebeurt er het volgende op de Cockpit en op het Infinity Acute Care System, Software VG8.0 voor ICS, wanneer de patiënt is opgenomen in het ICS: een lijst met ondersteunde apparaten. De CCO- –...
  • Pagina 413 Extern apparaat – Continue Cardiac Output (CCO) Ondersteunde parameters In de volgende tabel worden de ondersteunde pa- rameters vermeld die worden weergegeven op de Cockpit en afkomstig zijn van externe CCO-appa- raten waarmee deze parameters worden onder- steund en bewaakt. Het bereik en de resolutie wordt voor alle parameters geleverd door het CCO- apparaat.
  • Pagina 414 Extern apparaat – Continue Cardiac Output (CCO) Label Parameter Meeteenheid Opmerkingen Cockpit Trends Afkomstig pagina van welk ap- paraat TBloed Bloedtempera- °C of °F Meeteenheid wordt Continue trend Vigilance II en tuur bepaald door de EV1000 meeteenheid die op de Cockpit werd geselecteerd Zuurstofverbruik mL/min Niet van toepassing Niet in trends...
  • Pagina 415 Extern apparaat – Continue Cardiac Output (CCO) CCO-voorzorgsmaatregelen WAARSCHUWING WAARSCHUWING Als u de kans op verwonding van de patiënt Raadpleeg altijd de primaire gegevensbron door elektrische schokken wilt verkleinen, voordat u diagnostische of therapeutische be- dient u de aansluitkabel van het externe slissingen neemt.
  • Pagina 416 Extern apparaat – Continue Cardiac Output (CCO) CCO/SvO2-weergave Op de Cockpit bestaat de CCO/SvO2-display uit een parameterveld. CCO/SvO2-parameterveld OPMERKING In de volgende afbeelding ziet u een gangbare indeling van een parameterveld. De indeling kan veranderen als er aanvullende parameters worden weergegeven. Zie "Parametervelden" op pagina 85 voor meer informatie.
  • Pagina 417 Extern apparaat – Continue Cardiac Output (CCO) De CCO/SvO2-instellingen openen 1 Selecteer de toets Sensor parameters... vanuit de hoofdmenubalk. 2 Selecteer het tabblad CCO. Als u het tabblad niet ziet, selecteert u de volgende twee symbolen in de rechterbovenhoek van het dialoogvenster: -symbool en de toets weergavefilter...
  • Pagina 418 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 419 Externe apparaten – MEDIBUS.X apparaten Externe apparaten – MEDIBUS.X apparaten Overzicht van beademingsbewaking ..420 Infinity CentralStation – Vent Central optie ..... . . 420 Alarmen externe apparaten .
  • Pagina 420 Externe apparaten – MEDIBUS.X apparaten Overzicht van beademingsbewaking Infinity CentralStation – Vent Central Dankzij de optie voor apparaataansluiting kan de Cockpit verbinding maken met externe optie MEDIBUS.X-compatibele apparaten en zodoende de volgende functie aanbieden: Bepaalde parameters, instellingen, modi en curven van Medibus.X-apparaten worden via de Cockpit –...
  • Pagina 421 Cockpit is het mogelijk om via gegevens van verschillende standalone apparaten parameters, instellingen en curven op de Cockpit weer te geven. In de Opmerkingen bij de release voor Infinity Acute Care System, Software VG8.0 staan alle apparaten en bijbehorende softwareversies vermeld, die worden ondersteund met MEDIBUS.X.
  • Pagina 422 Cockpit worden weergegeven en in trends de compatibele softwareversies. worden bijgehouden. Zie de Opmerkingen bij de release voor Infinity Acute Care System, Parameter- Beschrijving Meeteen- Weergegeven op de Cockpit Trends...
  • Pagina 423 Externe apparaten – MEDIBUS.X apparaten Parameter- Beschrijving Meeteen- Weergegeven op de Cockpit Trends Beschik-baar label heid Toon alle-pagina van pagina voor weerga- Beademing of Anes- ve in parame- thesie (zie ter-veld pagina 431) Ja/Neen? Elastantie mbar/L Anesthesie en Continue trend beademing Eind-inspiratoire druk mbar Beademing...
  • Pagina 424 Externe apparaten – MEDIBUS.X apparaten Parameter- Beschrijving Meeteen- Weergegeven op de Cockpit Trends Beschik-baar label heid Toon alle-pagina van pagina voor weerga- Beademing of Anes- ve in parame- thesie (zie ter-veld pagina 431) Ja/Neen? inCO2 Inspiratoire Anesthesie en Continue trend kooldioxide- beademing concentratie...
  • Pagina 425 Externe apparaten – MEDIBUS.X apparaten Parameter- Beschrijving Meeteen- Weergegeven op de Cockpit Trends Beschik-baar label heid Toon alle-pagina van pagina voor weerga- Beademing of Anes- ve in parame- thesie (zie ter-veld pagina 431) Ja/Neen? MVmand Machinaal L/min Beademing en Continue trend minuutvolume anesthesie MVspon...
  • Pagina 426 Externe apparaten – MEDIBUS.X apparaten Parameter- Beschrijving Meeteen- Weergegeven op de Cockpit Trends Beschik-baar label heid Toon alle-pagina van pagina voor weerga- Beademing of Anes- ve in parame- thesie (zie ter-veld pagina 431) Ja/Neen? Ademfrequentie /min Anesthesie en Continue trend beademing Ademfrequentie op /min...
  • Pagina 427 Externe apparaten – MEDIBUS.X apparaten Parameter- Beschrijving Meeteen- Weergegeven op de Cockpit Trends Beschik-baar label heid Toon alle-pagina van pagina voor weerga- Beademing of Anes- ve in parame- thesie (zie ter-veld pagina 431) Ja/Neen? V'CO2 Kooldioxide- mL/min Beademing Continue trend productie Serieel Beademing...
  • Pagina 428 Externe apparaten – MEDIBUS.X apparaten Parameter- Beschrijving Meeteen- Weergegeven op de Cockpit Trends Beschik-baar label heid Toon alle-pagina van pagina voor weerga- Beademing of Anes- ve in parame- thesie (zie ter-veld pagina 431) Ja/Neen? VTmach Machinaal Beademing Continue trend teugvolume Opmerking: Alleen mL wordt onder-...
  • Pagina 429 Externe apparaten – MEDIBUS.X apparaten MEDIBUS.X Parametergegevens bekijken De Cockpit geeft parametergegevens weer die De Cockpit geeft de volgende curven, loops en afkomstig zijn van aangesloten MEDIBUS.X- parameters weer: apparaten op de volgende locaties: – Curve van de ademwegdruk (Paw) en –...
  • Pagina 430 Externe apparaten – MEDIBUS.X apparaten Loops bekijken Loops verschaffen belangrijke informatie over de Loops bekijken reactie van de patiënt op mechanische beademing. U kunt de loops bekijken via de De Cockpit geeft loops van ondersteunde Beademingsapparaat- of de MEDIBUS.X-apparaten weer op voorwaarde dat Anesthesiewerkstation-tabbladen.
  • Pagina 431 Externe apparaten – MEDIBUS.X apparaten De Toon alle-pagina's De Toon alle-pagina toont de waarden en beademingsapparaat of een anesthesiewerkstation meeteenheden van de actueel bewaakte is aangesloten. parameters op één scherm. De volgende twee OPMERKING Toon alle-pagina's zijn beschikbaar: Afhankelijk van welke apparaten er op de Cockpit –...
  • Pagina 432 Externe apparaten – MEDIBUS.X apparaten 3 Tip een toets aan om een lijst beschikbare – RR auto: RR, RRf, RRp parameters te activeren. U kunt ook Geen – VT auto: VTe, VTACH, VTi selecteren om alle parameters die in dat veld worden weergegeven, te verwijderen.
  • Pagina 433 Externe apparaten – MEDIBUS.X apparaten Paw-configuratiefuncties Zie pagina 432 voor informatie om deze pagina te openen. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Paw schaal 10, 15, 20, 25 (standaard), 30, 40, 50, 60, 70, 80, Hiermee wordt de schaal van 100, 120 mbar de weergegeven Paw-curve bepaald.
  • Pagina 434 Externe apparaten – MEDIBUS.X apparaten Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Bead. parame- – Auto (standaard) Bepaalt of de geselecteerde parame- ter scherm ters die in het parameterveld worden – Handmatig weergegeven, handmatig of automa- tisch worden geselecteerd. Met de Handmatig-instelling wordt de para- meter voor elk parameterveld handma- tig geselecteerd.
  • Pagina 435 Externe apparaten – MEDIBUS.X apparaten Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Parameter 3 MVe, MVi, VTe (standaard), VTACH, VTi, RR, Selecteert de derde parameter in het RRf, RRp parameterveld voor de beademing als de Bead. parameter scherm-instelling op Handmatig is ingesteld. – MV auto – (beschikbare parameter is Selecteert de primaire parameter in het afhankelijk van bronapparaat: MVe, MV, parameterveld voor de beademing...
  • Pagina 436 Externe apparaten – MEDIBUS.X apparaten CO2-configuratiefuncties Zie pagina 432 voor informatie om deze pagina te openen. De tab is gelabeld CO2 als er een beademingsapparaat is aangesloten. Het tabblad is gelabeld CO2/O2/ A-gas als er een anesthesiewerkstation is aangesloten. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Menuselecties als het Beademingsapparaat-tabblad is geselecteerd.
  • Pagina 437 Externe apparaten – Servo-i-beademingsapparaat Externe apparaten – Servo-i-beademingsapparaat Overzicht van beademingsbewaking ..438 Infinity CentralStation – Vent Central optie ..... . . 438 Alarmen externe apparaten .
  • Pagina 438 Externe apparaten – Servo-i-beademingsapparaat Overzicht van beademingsbewaking Infinity CentralStation – Vent Central Dankzij de optie voor apparaatkoppeling kan de Cockpit parameterwaarden, curven en loops van optie een Servo-i-beademingsapparaat weergeven. Bepaalde parameters, instellingen, modi en curven Binnen 30 seconden na aansluiting van een appa- van Servo-i-beademingsapparaten worden via de raat verschijnen de gegevens op de Cockpit.
  • Pagina 439 Externe apparaten – Servo-i-beademingsapparaat Voorzorgsmaatregelen WAARSCHUWING WAARSCHUWING Raadpleeg altijd de primaire gegevensbron Het volgende hoofdstuk somt alle externe voordat u diagnostische of therapeutische apparaten en verwante softwareversies op die beslissingen neemt. Dräger heeft gevalideerd. Dräger kan zich niet uitspreken over de betrouwbaarheid van de Randapparatuur kan via de optie voor gegevens bij gebruik van latere of eerdere apparaatkoppeling worden aangesloten.
  • Pagina 440 Externe apparaten – Servo-i-beademingsapparaat Ondersteunde Servo-i parameters De volgende tabel vermeldt welke parameters van bijgehouden. Zie pagina 439 voor een lijst van het Servo-i-beademingsapparaat op de Cockpit ondersteunde beademingsapparaten en de worden weergegeven en in trends worden compatibele softwareversies. Parameter- Beschrijving Meeteen- Weergegeven op...
  • Pagina 441 Externe apparaten – Servo-i-beademingsapparaat Parametergegevens bekijken De Cockpit geeft parametergegevens weer die Op de Cockpit worden de volgende curven, loops afkomstig zijn van het aangesloten Servo-i- en parameters weergegeven: beademingsapparaat op de volgende locaties: – Curve van de ademwegdruk (Paw) en –...
  • Pagina 442 Externe apparaten – Servo-i-beademingsapparaat Loops bekijken Loops verschaffen belangrijke informatie over de Loops bekijken reactie van de patiënt op mechanische beademing. 1 Selecteer in de hoofdmenubalk de toets U kunt loops op twee pagina's bekijken: Sensor parameters..Druk/volume en Flow/volume. 2 Selecteer het tabblad Beademingsapparaat.
  • Pagina 443 Externe apparaten – Servo-i-beademingsapparaat De pagina Toon alle De Toon alle-pagina geeft de waarden van de mo- menteel bewaakte beademingsapparaatparame- 1 Selecteer de toets Sensor parameters... op de ters en meeteenheden op één scherm weer. hoofdmenubalk. OPMERKING 2 Selecteer het tabblad Beademingsapparaat. Naast de parameters verschijnen ook de TVi-, OPMERKING I (I:E)- en E (I:E)-instellingen op de Toon alle-...
  • Pagina 444 Externe apparaten – Servo-i-beademingsapparaat Paw-configuratiefuncties voor beademingsapparaten Zie pagina 443 voor informatie om deze pagina te openen. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Paw schaal 10, 15, 20, 25 (standaard), 30, 40, 50, 60, 70, 80, Hiermee wordt de schaal van de 100, 120 mbar weergegeven Paw-curve bepaald.
  • Pagina 445 Externe apparaten – Servo-i-beademingsapparaat Functies voor het configureren van CO2-parameters Zie pagina 443 voor informatie om deze pagina te openen. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving CO2 schaal – 0 tot 40 (standaard), 0 tot 60, 0 tot 80, Hiermee wordt de schaal van de 0 tot 100 mmHg weergegeven CO2-curve bepaald.
  • Pagina 446 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 447 Externe apparaten – Medibus-apparaten Externe apparaten – Medibus-apparaten Overzicht van beademingsbewaking ..448 Infinity CentralStation – Bead. centraal optie ..... 448 Alarmen externe apparaten .
  • Pagina 448 Externe apparaten – Medibus-apparaten Overzicht van beademingsbewaking Infinity CentralStation – Bead. centraal Dankzij de optie voor apparaatkoppeling kan de Cockpit parameterwaarden, curven en loops van optie Medibus-compatibele beademingsapparaten weergeven. Bepaalde parameters, instellingen, modi en curven van Medibus-compatibele beademingsapparaten Binnen 30 seconden na aansluiting van een appa- worden via de Cockpit naar het netwerk verstuurd.
  • Pagina 449 Medibus-compatibele beademingsapparaten parameters, instellingen en curven op de Cockpit weer te geven. In de Opmerkingen bij de release voor Infinity Acute Care System, Software VG8.0 staan alle softwareversies vermeld, die worden ondersteund met Medibus. Gebruiksaanwijzing – Infinity ®...
  • Pagina 450 Externe apparaten – Medibus-apparaten Gegevens van ondersteunde Medibus-beademingsapparaten De Medibus-compatibele beademingsapparaten Zie het RS232-exporthandboek voor informatie versturen parameters, instellingen, modi en over welke parameters voor het exportprotocol alarmberichten naar de Cockpit. beschikbaar zijn en welke instellingen en modi worden ondersteund. Het RS232-exporthandboek Bepaalde parameters, instellingen en beademings- is alleen in het Engels beschikbaar.
  • Pagina 451 Externe apparaten – Medibus-apparaten Parameter- Beschrijving Meeteen- Weergegeven op Cockpit Beschikbaar label heid Toon alle-pagina Trends voor weerga- van de beademing pagina ve in parame- (zie pagina 454) ter-veld Ja/Nee? Ja/Neen? Pplat Plateaudruk mbar of Niet in trends cmH2O bijgehouden Inspiratoire piekdruk mbar of Continu en...
  • Pagina 452 Externe apparaten – Medibus-apparaten Ondersteunde Medibus curven De volgende Medibus-curven worden op de Cockpit weergegeven. Curvelabel Beschrijving Meeteenheid Ademwegdruk mbar Flow Inspiratoire en expiratoire flow L/min Kooldioxideconcentratie mmHg, kPa, % Medibus Parametergegevens bekijken De Cockpit geeft parametergegevens weer die De Cockpit geeft de volgende curven, loops en afkomstig zijn van aangesloten Evita 2D-, Evita 4- parameters weer: en Evita XL-beademingsapparaten op de volgende...
  • Pagina 453 Externe apparaten – Medibus-apparaten Parametervelden OPMERKING In de volgende afbeelding ziet u een gangbare in- deling van een parameterveld. De indeling kan veranderen als er aanvullende parameters wor- den weergegeven. Zie "Parametervelden" op pa- gina 85 voor meer informatie. In parametervelden worden parameterwaarden ge- rapporteerd en wordt de alarmstatus van parame- ters aangegeven.
  • Pagina 454 Externe apparaten – Medibus-apparaten Loops bekijken 3 Selecteer het PV loop-tabblad om de druk/volume-loops weer te geven, of selecteer 1 Selecteer in de hoofdmenubalk de toets het FV loop-tabblad om de flow/volume-loops Sensor parameters..weer te geven. 2 Selecteer het tabblad Beademingsapparaat. 4 Selecteer het Loops-tabblad om alle loops in Als u het tabblad niet ziet, selecteert u de één dialoogvenster weer te geven.
  • Pagina 455 Externe apparaten – Medibus-apparaten De functies voor de parameterconfiguratie openen 1 Selecteer Sensor parameters... in de hoofd- 2 Selecteer het tabblad Paw of het tabblad Bead. menubalk > Beademingsapparaat-tab om om naar de betreffende instelpagina's te gaan. naar de pagina Beademingsapparaat te gaan. Als u het tabblad niet ziet, selecteert u de vol- gende twee symbolen in de rechterbovenhoek van het dialoogvenster:...
  • Pagina 456 Externe apparaten – Medibus-apparaten Instelfuncties voor beademingsparameters Zie pagina 455 voor informatie om deze pagina te openen. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Flow schaal 5, 10, 15, 20 (standaard in neonatale modus), Hiermee wordt de schaal van 35, 50, 100 (standaard in volwassen en pedia- de weergegeven flow-curve be- trische modus),150, 200 L/min paald.
  • Pagina 457 Systeemconfiguratie Systeemconfiguratie Overzicht ......458 De instellingen voor registratie en rapportage configureren ... . . 482 Schermconfiguratie .
  • Pagina 458 Systeemconfiguratie Overzicht Dit hoofdstuk beschrijft het Systeem set-up-dia- – Biomed (zie pagina 486) loogvenster dat bestaat uit verschillende configura- – Profielen (zie pagina 495) tiepagina's om de Cockpit te configureren. Sommi- ge van deze instellingenpagina's zijn met een De meeste installatiepagina's bestaan uit selecties wachtwoord beveiligd en zijn alleen toegankelijk om afzonderlijke functies te configureren.
  • Pagina 459 Systeemconfiguratie Scherminstelling – algemene instellingen In de volgende tabel vindt u de instellingen die beschikbaar zijn binnen de pagina Algemene instellingen. Uw selectie wordt onmiddellijk van kracht. Zie pagina 458 om te weten hoe u deze pagina opent. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Bewaking curve 6,25, 12,5, 25 (standaard), 50...
  • Pagina 460 Systeemconfiguratie Schermconfiguratie – functies voor Auto weergave In de volgende afbeelding ziet u de pagina Auto A Auto-selectietoets voor weergavemodus weergave. Deze pagina functioneert bovendien B Handmatig-selectietoets voor weergavemodus dynamisch met de instellingswerkbalk voor Auto weergave (zie pagina 463). Zie pagina 458 om te C Scherm weten hoe u deze pagina opent.
  • Pagina 461 Systeemconfiguratie De instellingen Auto weergave configureren U kunt diverse functies uitvoeren binnen de pagina weer te geven parametervelden te selecteren. Auto weergave. Met de volgende instellingen De beschikbare selecties zijn: Uit, 1, 2, worden de algemene instellingen beschreven voor 3 (standaard), 4, 5, 6. de pagina Auto weergave.
  • Pagina 462 Systeemconfiguratie Parameters voor weergave configureren Het venster Parameterselectie In het venster voor parameterselectie (D) van de pagina Auto weergave wordt in principe bepaald waar een parameter op het scherm verschijnt en In het venster voor parameterselectie (D) op de hoe deze wordt weergegeven. In het venster wordt pagina Auto weergave wordt bepaald waar een ook bepaald hoe een parameter wordt parameter op het scherm verschijnt en hoe deze...
  • Pagina 463 Systeemconfiguratie De parameterprioriteit en -weergave configureren In het venster voor parameterselectie verschijnt 4 Selecteer de parameter en verplaats deze met een van de drie weergavesymbolen naast elk de draaiknop omhoog of omlaag door het ven- parameterlabel. De symbolen geven aan hoe de ster voor parameterselectie (N) totdat de ge- parameter op het scherm verschijnt: wenste positie is bereikt.
  • Pagina 464 Systeemconfiguratie OPMERKING Als de instellingswerkbalk voor Auto weergave wordt weergegeven, kunt u naar de pagina Auto weergave gaan door de toets Set-up rechts op de werkbalk Auto weergave te selecteren. U kunt de instellingswerkbalk voor Auto weergave weergeven of verbergen (zie pagina 461). U kunt de weergavestatus van een parameterweergave- modus ook wijzigen door de positie ervan op de in- stellingswerkbalk voor Auto weergave te verande-...
  • Pagina 465 Systeemconfiguratie Scherminstelling – weergaven configureren Op de pagina Weergaven worden alleen beschik- 4 Selecteer de weergave waarvan de naam wordt bare weergaven afgebeeld waarmee wordt inge- gevolgd door een sterretje en die cursief wordt steld hoe informatie op het scherm wordt gepresen- weergegeven (bijvoorbeeld Basis OK *).
  • Pagina 466 Systeemconfiguratie Scherminstelling – toetsen hoofdmenubalk configureren Op de pagina Config. toetsen kunt u de inhoud A Toets Alarmen... van de hoofdmenubalk (zie pagina 88) aanpassen B Toets Gebeurtenis markeren door toetsen toe te voegen en te verwijderen. De hoofdmenubalk bevat echter enkele toetsen die C Toets Code een essentiële functie hebben en permanent op de D Toets Weergaven...
  • Pagina 467 Systeemconfiguratie De functietoetsen configureren 5 Selecteer de toets op de menubalklijst die door een andere moet worden vervangen. In de volgende stappen verwijzen de letters tussen haakjes naar de afbeelding van de pagina Config. OPMERKING toetsen (zie pagina 466). Elke toets op een lichtgrijze achtergrond is een 1 Selecteer in de hoofdmenubalk de toets toets met een vaste positie op de menubalk.
  • Pagina 468 Systeemconfiguratie Toets Beschrijving Print casus Print een combinatie van rapporten die op de Rapporten-pagina worden samenvatting geconfigureerd. Print scherm Hiermee wordt de inhoud van het huidige scherm afgedrukt op een aangesloten laserprinter. Privacy Activeert de Privacy-modus (patiëntbewaking gaat verder, maar de patiëntgegevens worden uit de Cockpit en de M540 verwijderd en verschijnen alleen op het ICS).
  • Pagina 469 Systeemconfiguratie De standaardinstelling van de menubalk 1 Selecteer in de hoofdmenubalk de toets terugzetten Systeem set-up..U kunt de standaardinstelling van de menubalk (zie 2 Open zo nodig het tabblad Scherm set-up. pagina 466) op elk moment terugzetten. In de 3 Selecteer het tabblad Config.
  • Pagina 470 Systeemconfiguratie Schermconfiguratie – de Weergave editor Naast de acht Dräger-weergaven kunnen er op A Veld Weergave en pijltoets elke Cockpit ook acht aangepaste weergaven B Symbool voor het wijzigen van de naam van de voorkomen. De Weergave editor is een optie geselecteerde weergave waarmee u aangepaste weergaven kunt maken, wijzigen en opslaan.
  • Pagina 471 Systeemconfiguratie Een aangepaste weergave wijzigen 6 Selecteer de onderste pijltoets (I) in het pop- upvenster Inhoud om aanvullende instellingen OPMERKING te selecteren. Bijvoorbeeld, als u in stap 4 Curven kiest, kunt u de ECG-afleiding voor Hoewel op de Cockpit veel parameters en curven weergave selecteren.
  • Pagina 472 Systeemconfiguratie De alarminstellingen configureren De met een wachtwoord beschermde pagina's Alarmen dienen om algemene alarminstellingen te configureren. WAARSCHUWING Risico op letsel bij de patiënt Ongeoorloofde wijziging van de alarmconfi- guratie kan leiden tot letsel bij de patiënt. Zorg ervoor dat alleen bevoegde gebruikers toegang hebben tot de pagina's met alarmin- stellingen.
  • Pagina 473 Systeemconfiguratie Alarmen instellen – algemene instellingen In de volgende tabel vindt u de instellingen die beschikbaar zijn binnen de pagina Algemene instellingen. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Alle alarmen – 1, 2 (standaard), 3, 4, De toets op de alarmwerkbalk verandert in Alle pauzeren 5 min.
  • Pagina 474 Systeemconfiguratie Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving SpO2 alarm – Aan (standaard) De alarmvalidatiefunctie moet geactiveerd zijn om deze vertraging instelling te gebruiken. – Uit Als deze instelling is geactiveerd, moet de onderste SpO2-alarmgrens gedurende 10 seconden worden overschreden vooraleer er akoestische en optische alarmsignalen worden geactiveerd.
  • Pagina 475 Systeemconfiguratie Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Pacemaker – Volledig Volledig – hiermee kunt de fusie-modus selecteren op detectie modus de pagina ECG (zie pagina 236). – Basis (standaard) Basis – fusie-modus kan niet worden geselecteerd. Alarm bij ont- – Aan (standaard) Als deze functie is geactiveerd, geeft de Cockpit het koppelen extern bericht Extern apparaat losgekoppeld weer als een...
  • Pagina 476 Systeemconfiguratie Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Pulstoon – Uit Hiermee wordt het volume van de pulstoon bepaald. volume – 5, 10 (standaard) tot 100 % (in stappen van 10 %) 'Attentie' – Uit Hiermee wordt het volume van de attentietoon bepaald toonvolume of wordt de attentietoon gedeactiveerd.
  • Pagina 477 Systeemconfiguratie Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving “Alle alar- – Aan (standaard) Als de Alle alarmen pauzeren-instelling op Geen ti- men uit” her- meout is ingesteld (zie pagina 473) en u de Alle alar- – Uit innering men uit-toets selecteert, herinnert deze functie u er aan dat de alarmbewaking voor alle alarmen werd ge- deactiveerd.
  • Pagina 478 Systeemconfiguratie Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Audio pauze: – Aan – Aan – alleen alarmtoestanden met hoge prioriteit Stille modus alarm heffen een actieve audiopauze op. Het – Uit (standaard) toepasselijke parameterveld knippert. Alarmtoestanden met eenzelfde of lagere prioriteit worden niet met een alarmtoon gerapporteerd. –...
  • Pagina 479 Systeemconfiguratie Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Alarm volume uit – Ja – Ja – het akoestische alarmsignaal voor alle actieve alarmen wordt gedeactiveerd, het – Nee (standaard) bericht Audio alarmen uit en het symbool verschijnen in de kopbalk. – Nee – de akoestische alarmsignalen voor actieve alarmen worden niet beïnvloed wanneer u op de toets Code drukt.
  • Pagina 480 Systeemconfiguratie Alarmconfiguratie – M540-instellingen configureren Op de pagina M540 inst. kunnen bepaalde M540- instellingen worden geconfigureerd. Deze instelling zorgt ervoor dat de instellingen van de M540 automatisch worden bijgewerkt wanneer de M540 is gekoppeld. Zie pagina 472 om te weten hoe u deze pagina opent.
  • Pagina 481 Systeemconfiguratie Alarmen instellen – Drukinstellingen In de volgende tabel vindt u de instellingen die beschikbaar zijn binnen de pagina Drukinstellingen. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Drukken pauzeren – 1 min Bepaalt de duur en beschikbaarheid van de Drukken pauzeren-functie. Voor meer –...
  • Pagina 482 Systeemconfiguratie De instellingen voor registratie en rapportage configureren Op de pagina's Registraties/ Rapporten kunt u 3 Selecteer één van de volgende tabs om de algemene instellingen voor registraties en betreffende instelling te openen: rapporten configureren. – Recorder set-up – Rust-ECG rapport De pagina's Registraties/ Rapporten openen –...
  • Pagina 483 Systeemconfiguratie De recorder instellen In de volgende tabel vindt u de instellingen die be- schikbaar zijn binnen de pagina Recorder set-up. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Uitstel 6, 10 (standaard), 15 s Hiermee wordt bepaald hoeveel uitstelgege- vens (voorafgaand aan een gebeurtenis) in een tijdgebonden registratie worden opgenomen.
  • Pagina 484 Systeemconfiguratie Rust-ECG configureren De juiste instellingen zijn essentieel voor een Om een optimale automatische diagnostische in- optimale analyse met 12 afleidingen. In de terpretatie van een rust-ECG-rapport te verkrijgen, volgende tabel vindt u de instellingen die moet u ervoor zorgen dat de selecties in de volgen- beschikbaar zijn op de pagina Rust-ECG rapport , de tabel en het Gewicht, Lengte en waarop diverse instellingen worden geregeld.
  • Pagina 485 Systeemconfiguratie Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Rust-ECG Print-toets De toets is in de volgende gevallen gedimd en rapport niet selecteerbaar: – De patiënt is niet opgenomen in het ICS. – De functie voor Rust-ECG-analyse is niet geactiveerd op het ICS. – De ECG-optie voor 12 afleidingen is niet ontgrendeld.
  • Pagina 486 Systeemconfiguratie Biomed-instellingen In deze paragraaf worden diverse pagina's 4 Selecteer één van de volgende tabs: beschreven die alleen voor gemachtigd personeel – Land toegankelijk zijn. Alle Biomed-pagina's zijn met een wachtwoord beschermd. – Meet eenheden – Patiënt monitor WAARSCHUWING – Naam service Voer geen onderhoud uit aan de Cockpit als een patiënt aangesloten is.
  • Pagina 487 Systeemconfiguratie Biomed-instellingen – meeteenheden LET OP Voordat u de M540 aan een andere Cockpit kop- In de volgende lijst vindt u de instellingen die pelt, moet u ervoor zorgen dat op beide apparaten beschikbaar zijn op de pagina Meet eenheden , dezelfde meeteenheden worden gebruikt.
  • Pagina 488 Systeemconfiguratie Biomed-instellingen – patiëntmonitorinstellingen In de volgende tabel vindt u de instellingen die be- schikbaar zijn binnen de pagina Patiënt monitor. Zie pagina 486 om te weten hoe u deze pagina opent. Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Wijzig klinische Gebruik het toetsenbord om Configureert een nieuw wachtwoord voor toegang tot wachtwoord het nieuwe wachtwoord in te...
  • Pagina 489 Systeemconfiguratie Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving ECC overnemen – Auto Auto – wanneer een anesthesieapparaat wordt aan- gesloten en de instelling OK alarmen wordt geacti- – Handmatig veerd op de Cockpit, wordt de functie ECC automa- tisch geactiveerd wanneer de A500 op de Cardiale bypass-modus is ingesteld.
  • Pagina 490 Systeemconfiguratie Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Centrale post – Aan (standaard) Als deze functie is geactiveerd en er een ICS op het inschakelen netwerk is aangesloten, verschijnt het bericht Niet – Uit door centrale bewaakt in de kopbalk van de Cockpit als de Cockpit niet is toegewezen aan een ICS.
  • Pagina 491 Systeemconfiguratie Selectie Beschikbare instellingen Beschrijving Gateway Door de gebruiker Hiermee kunt u een gateway instellen (de DHCP- selecteerbaar instelling moet worden ingesteld op Disabled). Primary DNS Door de gebruiker Hiermee kunt u het primaire Domain Name System selecteerbaar (DNS) instellen – stel de DHCP-instelling in op Disabled.
  • Pagina 492 Systeemconfiguratie Biomed-instellingen – service A Biomed-tab B Productidentificatieveld waarin In de volgende tabel vindt u de instellingen die softwarespecifieke informatie wordt beschikbaar zijn binnen de pagina Service. Zie weergegeven (softwareversie enzovoort). pagina 486 om te weten hoe u deze pagina opent. C Selecteer deze toets om alle logboeken naar de aangesloten USB-geheugenstick te exporteren.
  • Pagina 493 515). gebruiken om toegang te krijgen tot IT- toepassingen: LET OP Het Infinity Acute Care System - Bewakingstoe- – Configureer een webbrowser met URL- passingen (IACS) heeft geen antivirussoftware en adressen voor één of meer IT-toepassingen en...
  • Pagina 494 Systeemconfiguratie 5 Selecteer de volgende toetsen om de Een tabblad van een IT-toepassing configureren betreffende instellingen te configureren: 1 Open de pagina IT set-up (zie pagina 486). – Selecteer het -symbool naast het Naam- 2 Selecteer één van de tabbladen voor webtoe- veld om een toetsenbord op het scherm te passingen.
  • Pagina 495 Systeemconfiguratie Profielconfiguratie In een profiel worden de patiënt- en apparaatinstel- nieuw moeten worden uitgevoerd, vermeden. Elke lingen opgeslagen voor toekomstig gebruik. Met patiëntcategorie heeft een eigen standaardprofiel. profielen wordt het maken van tijdrovende instellin- Alle taken die met profielen verband houden, wor- gen, die anders voor iedere monitoring sessie op- den uitgevoerd op de pagina's Profielen.
  • Pagina 496 Systeemconfiguratie Profielen opslaan Een bestaand profiel wijzigen U kunt voor elke patiëntcategorie vijf unieke profielen maken en opslaan. Elk van de vijf profielen bevat een Dräger-standaardprofiel dat U kunt wijzigingen in een bestaand profiel opslaan. niet kan worden gewijzigd. In de volgende Het enige profiel dat u niet kunt wijzigen, is het afbeelding ziet u de pagina Profiel opslaan, standaardprofiel van Dräger.
  • Pagina 497 Systeemconfiguratie 5 Open het tabblad Profiel opslaan (B). Er 3 Selecteer de insteltoetsen naast Profiel verschijnt een wachtwoordvenster. naam (A), Omschrijving (B) en Standaard weergave (C) om de overeenkomstige 6 Voer het wachtwoord in en selecteer de toets informatie in te voeren. Enter.
  • Pagina 498 Systeemconfiguratie Profielen configureren In de volgende afbeelding ziet u een Weergaven...-toets patiëntspecifieke pagina Profielen om profielen te J Veld Standaard weergave en selectietoets configureren. Met deze pagina's kunt u bestaande profielen wijzigen (de naam van het profiel, de K Selectielijst van beschikbare profielen profielbeschrijving enz.).
  • Pagina 499 Systeemconfiguratie – Selecteer de Verwijder profiel-toets (F) om – Gebruik de -toets naast het het geselecteerde profiel te verwijderen. Omschrijving-veld (H) van de profielpagina om een bestaande beschrijving toe te voegen – Gebruik de -toets naast het Profiel of te wijzigen. De omschrijving verschijnt op naam-veld (G) van de profielpagina om het de pagina Profiel selecteren (zie pagina 495) profiel een naam te geven.
  • Pagina 500 Systeemconfiguratie Een profiel via het netwerk overdragen OPMERKING Wanneer profielen worden overgedragen naar 1 Selecteer in de hoofdmenubalk de toets een apparaat met oudere compatibele software, Systeem set-up..wordt een nieuwe profielfunctionaliteit niet 2 Selecteer de tabbladen Profielen > Profiel overgedragen.
  • Pagina 501 Systeemconfiguratie Patiëntprofielen en gedeelde systeemprofielen Gedeelde systeemprofielen van een USB- naar een USB-geheugenstick exporteren geheugenstick importeren 1 Plaats een USB-geheugenstick in een van de 1 Plaats de USB-geheugenstick in de USB-poort USB-poorten van de Cockpit waarvan u de van de Cockpit waarnaar u de profielen wilt overdragen.
  • Pagina 502 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 503 Rapporten/registraties Rapporten/registraties Overzicht ......504 Recorder ......504 Tijdgebonden registraties .
  • Pagina 504 Rapporten/registraties Overzicht De Cockpit biedt registraties in real-time van de OPMERKING bewakingsresultaten op een recorder. Verder kunt Koppel de op een netwerk aangesloten recorder u diverse rapporten en schermafdrukken voor de papierstrookregistratie tijdens het printen aanvragen en printen op een laserprinter. niet los, aangezien dit de Cockpit zou kunnen re- setten.
  • Pagina 505 Rapporten/registraties Externe registraties U kunt een registratie ook aanvragen vanaf een andere monitor of vanaf de ICS. Voor externe registraties worden de recorderinstellingen voor vertraging, duur en snelheid van de Cockpit gebruikt, en niet die van het externe apparaat waarmee u de registratie aanvraagt. Automatische alarmregistraties Wanneer de functie Alarm curve is geactiveerd Een alarmprioriteit aan aritmiegebeurtenissen...
  • Pagina 506 Rapporten/registraties Continue registratie Oorzaken voor de automatische Continue registraties zijn vrijwel identiek aan tijdgebonden registraties. Het enige verschil is dat annulering van registraties een continue registratie doorloopt totdat u deze handmatig onderbreekt, terwijl een tijdgebonden Alle actief tijdgebonden of continue registraties registratie daarentegen alleen gedurende een worden onder de volgende omstandigheden bepaalde, opgegeven periode loopt.
  • Pagina 507 Rapporten/registraties Beschikbare rapporten Als een IACS-patiënt op het ICS voor centrale – Afdeling bewaking wordt opgenomen of vroeger daar is – Bedplaats opgenomen geweest en de gegevens zijn gearchiveerd, kunt u de volgende rapporten van de – Parameterlabels en -waarden (alleen voor Cockpit aanvragen.
  • Pagina 508 Rapporten/registraties Type rapport Beschrijving Het rapport aanvragen ECG-rapport De curven van de  Selecteer het symbool naast de toets Trends/ aangesloten ECG- Gegevens... op de hoofdmenubalk > ECG rapport. afleidingen worden geprint.  Selecteer de toets Trends/ Gegevens... op de Dit rapport is niet van hoofdmenubalk >...
  • Pagina 509 Rapporten/registraties Type rapport Beschrijving Het rapport aanvragen Tijdgebonden Print strookrapporten van  Selecteer het symbool naast de toets Trends/ curverapport alle op dat moment weerge- Gegevens... op de hoofdmenubalk > Getimed curve geven curven (de instellin- rapport. gen voor de curveduur en ...
  • Pagina 510 Rapporten/registraties Type rapport Beschrijving Het rapport aanvragen Trendtabel- Print de inhoud van de  Selecteer het symbool naast de toets Trends/ rapport trendtabellen volgens de Gegevens... op de hoofdmenubalk > Tabellarisch geselecteerde Interval tabel trendrapport. [min]-instelling (zie  Selecteer de toets Trends/ Gegevens... op de pagina 485).
  • Pagina 511 Rapporten/registraties Type rapport Beschrijving Het rapport aanvragen Samen- Print een combinatie van de  Selecteer het symbool naast de toets Trends/ vattings- rapporten die op de Gegevens... op de hoofdmenubalk > Casus rapport casus Rapporten-pagina van het samengevat rapport. Trends/Gegevens- ...
  • Pagina 512 Rapporten/registraties Een samenvattingsrapport casus configureren De RapportenSet-up-pagina biedt u de Een samenvattingsrapport casus instellen mogelijkheid om te selecteren welke rapporten in 1 Selecteer de toets Trends/ Gegevens... op de een casussamenvattingsrapport moeten worden hoofdmenubalk. opgenomen. Als u de Casus samengevat rapport-toets selecteert, worden de 2 Selecteer het tabblad Rapporten (als dit nog voorgeconfigureerde rapporten geprint zonder dat...
  • Pagina 513 IT-toepassingen (opties) IT-toepassingen (opties) Overzicht ......514 IT-tabs configureren ....514 Webbrowser .
  • Pagina 514 IT-toepassingen (opties) Overzicht Als de optie IT-toepassingen is ontgrendeld, biedt Met deze tab hebt u toegang tot het de Cockpit toegang tot IT-toepassingen via het bewakingsscherm waarop de vitale functies van de URL-adres (Uniform Resource Locator) van de huidige patiënt worden weergegeven. toepassing.
  • Pagina 515 IT-toepassingen (opties) een IT-tab openen De volgende afbeelding is een voorbeeld van een Cockpit altijd zichtbaar om de status van de website. Nadat er een browser is geconfigureerd bewakingsgegevens van de patiënt te melden. De (zie pagina 493), kunt u deze selecteren door op bovenste IT-tab is de tab Patient, waarmee u het betreffende IT-tabblad te klikken.
  • Pagina 516 IT-toepassingen (opties) Aansluiten op het netwerk EC 60601-1:2005 en 60601-1:2012 Dräger biedt patiëntbewaking en -therapie en IT- producten aan, die in een klinische omgeving clausule 14.13 compliantie informatie op elektronische wijze via informatietechnologie-netwerken (IT-netwerken) Latere wijzigingen aan het IT-netwerk zijn onder met elkaar, alsook met andere niet-Dräger- andere: apparaten uitwisselen.
  • Pagina 517 IT-toepassingen (opties) – De specificaties van de LAN-verbinding voor – Naast rechtstreekse netwerkverbindingen zijn medische Dräger-apparaten op het IT-netwerk er ook andere communicatie-interfaces worden beschreven in de IEEE 802.3 wired en mogelijk: IEEE 802.11(b, g, n) wireless Ethernet-normen.  Seriële gegevensverbindingen, conform De poortinstellingen voor de switches van laag EIA RS232 (CCITT V.24/V.28) voor 2 en laag 3 worden op een productspecifieke...
  • Pagina 518 IT-toepassingen (opties)  Onderschepte/aangetaste patiëntgegevens  Foutieve tijdstempel op gegevens  Alarmsignalen die niet op tijd worden waargenomen door onveilig verspreid alarmsysteem of alarmsignaal bij netwerkonderbreking  Alarmonderdrukking/geluidsonderdrukking resetten ten gevolge van netwerkonderbreking  Privacy van gegevens verloren door ontbrekende firewall/virusbescherming ...
  • Pagina 519 Probleemoplossing Probleemoplossing Overzicht ......520 Berichten voor apparaatcommunicatie ..520 Berichten .
  • Pagina 520 Probleemoplossing Overzicht Alarmberichten worden in het veld voor In de volgende tabel worden de berichten op alarmweergave getoond in hiërarchische volgorde. alfabetische volgorde vermeld. In de tabellen worden mogelijke oorzaken van een alarm en Als er bijvoorbeeld twee storingen tegelijkertijd corrigerende maatregelen aangegeven.
  • Pagina 521 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing Extern apparaat Een extern apparaat Controleer de verbindingen met de losgekoppeld communiceert niet meer met externe apparaten. de Cockpit als gevolg van een losgekoppelde kabel (hardware gerelateerd). Een extern apparaat Controleer eerst de verbinding van communiceert niet langer met het externe apparaat en sluit de de Cockpit.
  • Pagina 522 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing Geen Herleren via De aangegeven functie is van- Informatief bericht – afstandsbediening af het Central Station gestart. geen ingrijpen vereist. Geen Grens aangepast via De aangegeven functie is van- Informatief bericht – afstandsbediening af het Central Station gestart. geen ingrijpen vereist.
  • Pagina 523 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing Dubbel IP adres Dit bericht wordt weergegeven in het Configureer een nieuw IP- veld voor alarmberichten wanneer in het adres. Infinity-netwerk een dubbel IP-adres De Cockpit probeert dan wordt gevonden. onmiddellijk weer verbinding De verbinding met de Cockpit wordt met het Infinity-netwerk te binnen 10 seconden na een Dubbel IP maken.
  • Pagina 524 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing ASY, VF uit In de volgende omstandigheden verschijnt Het bericht verdwijnt in de dit bericht in het alarmberichtenveld: volgende omstandigheden: – De hartfrequentiealarmen zijn – De HF bron-instelling is geactiveerd. gewijzigd naar ECG – HF bron is ingesteld op SpO2 of een –...
  • Pagina 525 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing Asystolie De gemelde aritmie Controleer de patiënt is gedetecteerd. en behandel deze zo nodig. Bradycardie BRADY De gemelde aritmie Controleer de patiënt is gedetecteerd. en behandel deze zo (neonataal, nodig. patiëntcategorie) HF > (alarmgrens) Parameterwaarde De parameterwaarde –...
  • Pagina 526 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing %0 niet De parameterwaarde Afleiding los-conditie – Vervang defecte aangesloten wordt vervangen door gedetecteerd ten kabel(s). gevolge van: %0 afleidingen – Breng opnieuw gel – gebroken aan op herbruikbare kabel(s) elektroden en breng ze opnieuw aan, of –...
  • Pagina 527 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing Ventriculaire De gemelde aritmie Controleer de patiënt fibrillatie is gedetecteerd. en behandel deze zo nodig. Rust-ECG-berichten Geen ECG curven Parameterwaarde Rust-ECG is gestart Vraag de patiënt stil te verzamelen liggen. Geen ECG bezig Parameterwaarde Het Central Station is Wacht een paar al bezig met de...
  • Pagina 528 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing Kan ST niet De parameterwaar- Het algoritme kan – Voer een analyseren de wordt vervangen ST-waarden niet herleerprocedure uit door *** bepalen vanwege (zie pagina 250). een van de – Controleer de elektroden. volgende Breng ze zo nodig oorzaken: opnieuw aan...
  • Pagina 529 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing %0 buiten bereik De parameterwaar- De parameterwaar- – Controleer de patiënt en laag de wordt vervangen de valt onder het behandel deze zo door - - - meetbereik van de nodig. monitor. – Controleer de plaatsing van de elektroden en wijzig zo nodig de positie ervan.
  • Pagina 530 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing Asystolie De aangegeven Controleer de aritmie is patiënt en behandel Ventriculaire fibrillatie gedetecteerd. deze zo nodig. %0 run Sommige berichten %0 geaccelereerd AIVR verschijnen alleen idioventriculair ritme wanneer de optie %0 supra ventriculaire voor volledige tachycardie aritmie is geïnstalleerd.
  • Pagina 531 Probleemoplossing Ademhaling (RRi) Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing RRi > (alarmgrens) Parameterwaarde – Controleer de De parameterwaarde patiënt en valt boven/onder de RRi < (alarmgrens) behandel deze ingestelde zo nodig. bovengrens/ondergrens – Controleer de van het alarm. alarmgrenzen. %0 buiten bereik De parameter- –...
  • Pagina 532 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing %0 HF=RR Parameterwaarde De hart- en – Controleer de ademfrequentie vallen patiënt en binnen 20 % van elkaar. behandel deze zo nodig. – Controleer en wijzig de elektroden- plaatsing als u een HF=RR- bericht ontvangt totdat u een duidelijk ademhalings-...
  • Pagina 533 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing %0 afleiding De parameter- – Controleer de De RRi-afleiding is 1), 2) waarde wordt ver- patiënt en ongeldig. vangen door *** behandel deze zo nodig. %0 artefact 1), 2) De parameter- Er is een persistent waarde wordt ver- –...
  • Pagina 534 Probleemoplossing SpO2 De volgende berichten zijn afkomstig van drie verschillende apparaten (Masimo SET, Masimo rainbow SET en Nellcor OxiMax). Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing Geen Puls CO-Ox leren Leren De parameters zijn Wacht tot het bericht gedetecteerd maar zijn verdwijnt. (alleen nog niet berekend.
  • Pagina 535 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing PLS buiten De parameterwaarde De parameterwaarde – Controleer de bereik, laag wordt vervangen door valt onder het meetbe- patiënt en behandel (Elke SpO2 - - - reik van de monitor. deze zo nodig. MCable) PLS buiten De parameterwaarde De parameterwaarde...
  • Pagina 536 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing SpO2 kabel is Vervang kabel Kabel is verlopen. Vervang de kabel. verlopen (Elke Parameterwaarden Masimo voor SpO2, PLS, PI, MCable) SpHb (SpHbv), SpOC, SpCO, SpMet enPVI worden vervangen door ***. OPMERKING: SpHb, SpOC, SpCO, SpMet en PVI worden alleen ondersteund door Masimo SET.
  • Pagina 537 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing SpO2 H/W Parameterwaarden Hardwarefout – Controleer op een storing worden vervangen defecte MCable. (Elke SpO2 door *** MCable) – Neem contact op met gespecialiseerd servicepersoneel. SpO2 Interferentie Er is interferentie, zoals – Controleer of de interferentie gevonden een artefact of te veel...
  • Pagina 538 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing Geen alleen SpO2 alleen SpO2 modus Het apparaat kan de Verwijder de sensor en modus Masimo rainbow SET- breng deze opnieuw (alleen Parameterwaarden parameters niet aan. Als het probleem Masimo voor SpO2, PLS, PI en rainbow SET kalibreren en probeert aanhoudt, neemt u...
  • Pagina 539 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing SpO2 sensor Sensor uit De Masimo MCable Breng de SpO2-sensor heeft gedetecteerd dat opnieuw aan. Parameterwaarden de SpO2-sensor niet worden vervangen langer op de patiënt is door *** aangesloten. SpO2 sensor niet Sensor niet –...
  • Pagina 540 Probleemoplossing Niet-invasieve bloeddruk (NIBP) Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing NIBP S > Parameterwaarde De parameterwaar- – Controleer de patiënt en (alarmgrens) de valt boven/onder behandel deze zo nodig. de bovenste/ onder- NIBP S < – Wijzig de alarmgrenzen. ste alarmgrenzen. (alarmgrens) NIBP D >...
  • Pagina 541 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing %0 buiten Parameterwaarde of De parameterwaar- Controleer de NIBP- bereik hoog waarde wordt de valt boven/onder opblaasgrenzen en stel deze vervangen door ***, het meetbereik van zo nodig bij (als bijvoorbeeld afhankelijk van het de monitor.
  • Pagina 542 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing %0 manchet Het bericht Laatste De daling van de – Controleer de slang en meting mislukt! manchetdruk aan het manchet op lekken. wordt gevolgd door het einde van de Vervang deze zo nodig. het bericht Manchet opblaascyclus is te –...
  • Pagina 543 Probleemoplossing Temperatuur Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing T1a > (alarmgrens) Parameterwaarde De parameter- – Controleer de T1b > (alarmgrens) waarde valt bo- patiënt en OPMERKING: Het Ta > (alarmgrens) ven/onder de bo- behandel deze zo temperatuurlabel in Tb > (alarmgrens) venste/ onderste nodig.
  • Pagina 544 Probleemoplossing Invasieve druk (IP) Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing ART cath. De parameterwaarde De arteriële – Controleer de plaats afgekoppeld? wordt vervangen door katheter is waar de katheter wordt misschien ingebracht. losgeraakt of er is – Inspecteer de slang op een lek in de slang.
  • Pagina 545 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing Geen %0 nullen niet Parameterwaarde De nulstelling van – Houd alle slangen uitgevoerd de transducer is onbeweeglijk, voer mislukt ten vervolgens opnieuw gevolge van: een nulstelling uit. – excessieve – Vervang de transducer. signaalruis –...
  • Pagina 546 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing %0 HemoPod De parameterwaarde De pod voor de – Controleer de hardware H/W storing wordt vervangen door invasieve druk en vervang deze zo heeft een nodig. hardwarefout. – Neem contact op met gespecialiseerd servicepersoneel 2e HemoPod De parameterwaarde De pod voor de...
  • Pagina 547 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Probleem Oplossing Geen Ontlucht ballon Parameterwaarde Er moet worden Druk op de toets Wedge en druk op ingegrepen om de opslaan om de "Wedge wedgemeting te wedgemeting te opslaan" om te voltooien. beëindigen. beëindigen Dit bericht ver- schijnt alleen in het dialoogven- ster Wedge.
  • Pagina 548 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing %0 H/W storing Hardwarefout CO -sensor. Neem contact op met gespecialiseerd servicepersoneel. %0 sensor niet – De M540 heeft – Gebruik het type ademwe- compatibel gedetecteerd dat de gadapter waarvoor het systeem gebruikte mainstream- is geconfigureerd, of stel de sensor niet compatibel is ademwegadapterinstelling bij.
  • Pagina 549 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing CO2 MCable storing De storing in de CO Neem contact op met sensorhardware is te wijten gespecialiseerd servicepersoneel. aan een fout in de EPROM (erasable programmable read- only memory)-chip. CO2 opwarmen De opwarmcyclus van de CO –...
  • Pagina 550 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing RRc buiten bereik Het parametersignaal valt – Controleer de patiënt en hoog buiten het meetbereik van de behandel deze zo nodig. monitor. – Controleer de apparatuur en vervang deze zo nodig. %0 apnoe Apnoe is waargenomen –...
  • Pagina 551 Probleemoplossing -bewaking Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing De M540 heeft gedetecteerd dat Neem contact op met incompatibele de Microstream MCable niet gespecialiseerd servicepersoneel. compatibel is met de M540. buiten Het parametersignaal valt buiten – Controleer de patiënt en bereik hoog het meetbereik van de monitor. behandel deze zo nodig.
  • Pagina 552 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing CO2 opwarmen De opwarmcyclus van de – Wacht tot de Microstream Microstream MCable is aan de MCable is opgewarmd. Tijdens gang. het opwarmen is de nauwkeurigheid minder groot. – Als het bericht langer dan 15 minuten blijft staan, nadat de sensor is opgewarmd en de omgevingstemperatuur meer dan 10 °C (50 °F) bedraagt, neem...
  • Pagina 553 Probleemoplossing Samplelijn Prioriteit Bericht Oorzaak Oplossing Samplelijn wordt Een samplelijn is geblokkeerd en de Informatief bericht – geen gereinigd Microstream MCable probeert om de actie vereist. lijn vrij te maken. Samplelijn De samplelijn is tijdens het flushen Vervang de samplelijn. geblokkeerd geblokkeerd.
  • Pagina 554 Probleemoplossing Probleem Oplossing Prioriteit Bericht Parameterveld C.O. pod fout, Parameterwaarde De C.O.- – Verwijder de pod en beperkte referentiewaarden sluit deze opnieuw referentie voldoen niet aan de aan. gespecificeerde – Herhaal de meting. toleranties. – Vervang de pod en neem contact op met gespecialiseerd servicepersoneel als het bericht blijft...
  • Pagina 555 Probleemoplossing Probleem Oplossing Prioriteit Bericht Parameterveld Geen %0 injectaat te Parameterwaarde De injectaattemperatuur – Gebruik een injectaat koud is tijdens het met een temperatuur meetproces te laag. binnen het juiste bereik van –5 °C tot +30 °C (23 °F tot +86 °F). –...
  • Pagina 556 Probleemoplossing Probleem Oplossing Prioriteit Bericht Parameterveld %0 transducer Parameterwaarde Een kabel of transducer – Sluit de kabel of niet is losgeraakt. transducer opnieuw aangesloten 1), 2) aan. – Vervang het defecte onderdeel als het bericht blijft staan. %0 is een plaatshouder voor de parameterlabel C.O. Na het ontslag van een patiënt of het starten van het apparaat wordt het alarm alleen actief nadat er een numerieke waarde is ontvangen voor die parameter.
  • Pagina 557 Probleemoplossing Prioriteit Bericht Probleem Oplossing Geen Eerste recorder niet Er is geen recorder Neem contact op met toegewezen toegewezen. gespecialiseerd servicepersoneel. Tweede recorder niet toegewezen Geen Eerste recorder De recorder is oververhit. Neem contact op met oververhit gespecialiseerd servicepersoneel. Tweede recorder oververhit Geen Getimede registratie...
  • Pagina 558 Probleemoplossing Scio Alarm – Oorzaak – Oplossing LET OP Risico ten gevolge van een storing van het Als zich een alarm voordoet, kunt u de tabel gasmeetsysteem gebruiken om snel de oorzaak en de oplossing te Als het gasmeetsysteem uitvalt, kan de patiënt vinden.
  • Pagina 559 Probleemoplossing Alarm- Alarm Oorzaak Oplossing prioriteit Laag %0 sensor storing De meting m.b.v. de – Controlereer de anesthesiegas-sensor is samplelijn. mislukt door: – Verwijder straling – Verstopping van de uitzendende apparatuur samplelijn. (bijv. telefoons). – Elektrische storing. – Gebruik een alternatief anesthesiegas- –...
  • Pagina 560 Probleemoplossing Alarm- Alarm Oorzaak Oplossing prioriteit Laag CO2 verminderde De nauwkeurigheid van de – Zorg voor schone nauwkeurigheid -sensor kan momenteel omgevingslucht. niet worden gegarandeerd. – Controleer vochtvanger en samplelijn. – Vervang de vochtvanger of samplelijn, indien nodig. – Wacht tot automatische nulstelling.
  • Pagina 561 Probleemoplossing Alarm- Alarm Oorzaak Oplossing prioriteit Gemiddeld etA-gas > # De expiratoire anesthesiegas- Controleer de verdamper en concentratie heeft de de instellingen voor versgas. Opmerking bovenste alarmgrens Dit alarm treedt alleen gedurende meer dan op voor het primaire 15 seconden overschreden. anesthesiegas.
  • Pagina 562 Probleemoplossing Alarm- Alarm Oorzaak Oplossing prioriteit Gemiddeld Gassensor storing De patiëntgasmeting is mis- – Controlereer de lukt door: samplelijn. – Verstopping van de – Verwijder straling samplelijn. uitzendende apparatuur (bijv. telefoons). – Elektrische storing. – Gebruik een alternatief – Interne fout. gasmeetsysteem.
  • Pagina 563 Probleemoplossing Alarm- Alarm Oorzaak Oplossing prioriteit Gemiddeld inA-gas > # De inspiratoire anesthesie- Controleer de verdamper en gas-concentratie heeft de bo- instellingen voor versgas. OPMERKING venste alarmgrens overschre- Dit alarm treedt alleen den gedurende: op voor het primaire anesthesiegas. – ten minste 15 seconden (tijdens ademhalingsfases).
  • Pagina 564 Probleemoplossing Alarm- Alarm Oorzaak Oplossing prioriteit Ademhaling xMAC – De inspiratoire anesthe- Controleer de verdamper en Hoog hoog siegas-concentratie heeft instellingen voor versgas. 5 xMAC overschreden of, terwijl de patiënt adem- haalt: – De inspiratoire anesthe- siegas-concentratie heeft gedurende meer dan 30 seconden 3 xMAC overschreden.
  • Pagina 565 Probleemoplossing Alarm- Alarm Oorzaak Oplossing prioriteit Laag %0 sensor storing De N O-sensor in de – Controlereer de patiëntgas-meetmodule werkt samplelijn. niet goed door: – Verwijder straling – Verstopping van de uitzendende apparatuur samplelijn. (bijv. telefoons). – Elektrische storing. – Gebruik een alternatief O-meetsysteem.
  • Pagina 566 Probleemoplossing Alarm- Alarm Oorzaak Oplossing prioriteit Laag %0 verminderde De nauwkeurigheid van de – Zorg voor schone nauwkeurigheid -sensor kan niet worden omgevingslucht. gegarandeerd. – Controleer vochtvanger en samplelijn. – Vervang de vochtvanger of samplelijn, indien nodig. – Wacht tot automatische nulstelling.
  • Pagina 567 Probleemoplossing Alarm- Alarm Oorzaak Oplossing prioriteit Laag %0 waarde tijdelijk De nauwkeurigheid van de – Zorg voor schone niet beschikbaar -parameter is onbekend, omgevingslucht. mogelijk te wijten aan: – Verwijder straling – Vervuilde omgevingslucht uitzendende apparatuur tijdens het op nul stellen. (bijv.
  • Pagina 568 Probleemoplossing Alarm- Alarm Oorzaak Oplossing prioriteit Gemiddeld %0 buiten bereik RRc heeft de bovengrens van Beademing controleren. hoog het meetbereik van de Scio overschreden. Laag Samplelijn De samplelijn of het Controleer de samplelijn, de geblokkeerd patiëntzijdige filter is verstopt. vochtvanger en het patiëntzijdige filter.
  • Pagina 569 Probleemoplossing Alarm- Alarm Oorzaak Oplossing prioriteit Gemiddeld Derde gas Een combinatie van drie of – Overgangsfase na gedetecteerd meer anesthesie- of andere omschakeling op het gassen is gedetecteerd, anesthesiemiddel OPMERKING mogelijk als gevolg van: afwachten. Dit alarm treedt alleen op voor –...
  • Pagina 570 Probleemoplossing Extern apparaat opnieuw verbinden Met de functie Opnieuw verbinden met extern apparaat kan een gebruiker een onderbroken verbinding met serieel aangesloten externe apparaten herstellen. Opnieuw verbinden met extern apparaat OPMERKING De functie Opnieuw verbinden met extern apparaat is alleen bedoeld om een onderbroken verbinding met serieel aangesloten externe apparaten te herstellen.
  • Pagina 571 Probleemoplossing Biomed System setup Recorders/ Screen Setup Alarms Biomed Profiles Reports Country Simulation (basic) Units of measure French NFC mode Patient monitor Indep. Clone External display display Name service Patient profile selection Network Provides profile and category setup selection on start dialog Printer setup Auto Manual...
  • Pagina 572 Probleemoplossing Opnieuw verbinden met externe 1 Selecteer Systeem set-up... op de Hoofdmenubalk. apparaten uitvoeren 2 Selecteer het tabblad Scherm set-up. Voer, na inschakeling van Opnieuw verbinden 3 Selecteer het tabblad Algemene instellingen. met extern apparaat in het menu Biomed, als volgt het opnieuw verbinden met externe apparaten uit: System setup Recorders/...
  • Pagina 573 Probleemoplossing 4 Selecteer de toets Opnieuw verbinden. Het pop-upvenster Opnieuw verbinden met extern apparaat bevestigen verschijnt: Confirm external device reconnect Connection to all external devices may be unavailable for up to three minutes. Cancel Reconnect 5 Selecteer Opnieuw verbinden. De verbinding met alle externe apparaten kan maximaal 3 minuten niet beschikbaar zijn.
  • Pagina 574 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 575 Onderhoud Onderhoud Overzicht ......576 Definitie van de onderhoudsconcepten ..577 Inspectie .
  • Pagina 576 Onderhoud Overzicht In dit hoofdstuk worden de onderhoudsmaatrege- LET OP len beschreven die vereist zijn om de juiste werking Gebruik bij onderhoud aan apparaten van Dräger van het medische apparaat te behouden. Onder- altijd reserveonderdelen die voldoen aan de houdsmaatregelen dienen door het verantwoorde- normen van Dräger.
  • Pagina 577 Onderhoud Definitie van de onderhoudsconcepten Concept Definitie Onderhoud Alle maatregelen (inspectie, preventief onderhoud, reparatie) die bedoeld zijn om de juiste werking van een medisch apparaat te behouden en te herstellen. Inspectie Maatregelen die bedoeld zijn om de huidige staat van een medisch apparaat te bepalen en te beoordelen.
  • Pagina 578 Onderhoud Inspecties/veiligheidscontroles De inspectie en veiligheidscontroles van 4 Controleer aan de hand van de apparatuur moeten worden uitgevoerd met de gebruiksaanwijzing of alle onderdelen en aanbevolen tussenpozen zoals gespecificeerd in accessoires, die nodig zijn voor het gebruik van de tabel op pagina 577. het product, aanwezig zijn.
  • Pagina 579 Onderhoud 5 Controleer de volgende veiligheidsfuncties: – Er is geen zichtbare schade – De netvoeding-LED en de accu-LED – De zekeringen, die toegankelijk zijn van bui- werken juist. ten, voldoen aan de gespecificeerde waarden – De C500 en de C700 zijn op de juiste 4 Laat om de twee jaar door gekwalificeerd voeding aangesloten.
  • Pagina 580 Onderhoud Preventief onderhoud WAARSCHUWING WAARSCHUWING Risico van defecte onderdelen Risico op elektrische schok Slijtage en materiaalmoeheid van de onderde- Haal alle elektrische aansluitingen uit de len kunnen leiden tot apparaatstoringen. stroomtoevoer voordat u begint met het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden. Het apparaat moet met regelmatige tussenpo- zen worden onderworpen aan inspectie en In de volgende tabel ziet u de intervallen voor preventief onderhoud om een juiste werking...
  • Pagina 581 Onderhoud Herstart na onderhoud Om de optimale prestaties te behouden, moet de bereikt, stuurt de Cockpit een bericht naar de Cockpit regelmatig worden heropgestart. Als gebruiker, zoals in de volgende tabel wordt specifieke IACS-drempels voor herstart worden beschreven. Drempel Werkings- Inhoud bericht Duur bericht Opties Resulta(a)t(en)
  • Pagina 582 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 583 Herbewerking Herbewerking Klaarmaken voor hergebruik... . . 584 Veiligheidsinformatie ....584 Informatie over het klaarmaken voor hergebruik .
  • Pagina 584 Infinity Acute Care System – Infinity Medical Cockpits. Voor specifieke instructies inzake het reinigen van onderdelen en accessoires van de Infinity M540 kunt u terecht in de gebruiksaanwijzing Infinity Acute Care System – Infinity M540 (Software VG8.0). Veiligheidsinformatie WAARSCHUWING LET OP...
  • Pagina 585 Herbewerking Informatie over het klaarmaken voor hergebruik Neem de nationale infectiepreventieregels en voorschriften voor het klaarmaken voor hergebruik in acht. Neem de infectiepreventieregels en de voorschrif- ten voor het klaarmaken voor hergebruik van de gezondheidsinstelling in acht (bijv. met betrekking tot het aantal keren klaarmaken voor hergebruik).
  • Pagina 586 Herbewerking Voorafgaand aan het klaarmaken voor hergebruik Maatregelen voorafgaand aan het WAARSCHUWING demonteren Er kan gevaar voor een elektrische schok ont- staan door het binnendringen van vloeistof. 1 Schakel het apparaat en alle daarop Volg de onderstaande instructies om de aangesloten apparaten uit.
  • Pagina 587 Herbewerking Vereisten: WAARSCHUWING – Het oppervlaktedesinfectiemiddel is bereid in Risico op kruisbesmetting: overeenstemming met de instructies van de fabrikant. Voer elke stap van de onderstaande instruc- – De instructies van de fabrikant, bijv. met betrek- ties uit voor elk van de componenten: king tot de houdbaarheid of de gebruiksomstan- –...
  • Pagina 588 Herbewerking Opslag en transport Na het klaarmaken voor hergebruik gelden er geen speciale eisen voor de opslag en het transport van het product. Het volgende moet echter in acht worden genomen: – Droog en stofvrij opslaan. – Hercontaminatie en schade tijdens het transport vermijden.
  • Pagina 589 Herbewerking Klasse van de Oppervlaktedesinfectiemiddel Fabrikant Lijstvermelding werkzame stof Zuurstofafsplitsende Descogen Liquid Antiseptica middelen Descogen Liquid r.f.u. Oxygenon Liquid r.f.u. Dismozon plus BODE Chemie Oxycide Ecolab USA Perform Schülke & Mayr SteriMax Wipes Aseptix Incidin OxyWipes Ecolab USA Robysta Kyroin (Japan) Rely+On Virkon DuPont Viervoudige...
  • Pagina 590 Herbewerking Na het klaarmaken voor hergebruik Apparaat-specifieke componenten Voorbereiding voor hernieuwd gebruik monteren en aansluiten van het apparaat Voorwaarde: De bedrijfsgereedheid controleren – Alle componenten zijn klaargemaakt voor Voorwaarde: hergebruik en gedroogd. – Het apparaat is gemonteerd en gebruiksklaar Controleer de apparatuur nadat deze is gereinigd gemaakt.
  • Pagina 591 Afvoeren Afvoeren EU-richtlijn 2002/96/EU (AEEA) ... 592 Veilig buiten gebruik stellen ... . . 592 Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 592 Afvoeren EU-richtlijn 2002/96/EU (AEEA) Dit apparaat voldoet aan de eisen die zijn Om het inzamelen in gang te zetten of voor meer vastgelegd in EU-richtlijn 2002/96/EG (WEEE). Om informatie kunt u contact opnemen met de lokale te voldoen aan de registratie in overeenstemming Dräger-organisatie.
  • Pagina 593 Technische gegevens Technische gegevens Overzicht ......594 Combinaties van apparaten....594 Infinity P2500 .
  • Pagina 594 Dit hoofdstuk bevat de technische gegevens voor Voor de volgende informatie kunt u terecht in de de volgende apparaten van het gebruiksaanwijzing van Infinity Acute Care System – Infinity Acute Care System – Infinity M540- Bewakingstoepassingen: patiëntmonitor: – Netvoeding van de P2500 – Infinity M500-dockingstation –...
  • Pagina 595 Technische gegevens LET OP Het medische apparaat mag alleen worden gebruikt met software die door Dräger is getest en goedgekeurd. Alle modificaties van instellingen van het besturingssysteem kunnen de gebruiksveiligheid nadelig beïnvloeden. De organisatie die de apparaten gebruikt, is alleen verantwoordelijk voor dergelijke modificaties.
  • Pagina 596 Technische gegevens Elektrische specificaties Voedingsspanning 100 tot 240 V wisselstroom (50 tot 60 Hz) Ingangsstroom Bedrijfsmodus Continu Accu's Oplaadbare lood-zuur accu’s Gebruiksduur: ca. 5 minuten @ 250 W Oplaadtijd: maximaal 12 uur DC vermogen – 250 W (TOTAAL van de output van twee systeemkabels) –...
  • Pagina 597 Technische gegevens Infinity MCable – Verpleegkundigenoproep Fysieke kenmerken Aansluitingen Wordt aangesloten op de P2500 Aansluiting alleen via kabel 8417370 Kabelsignalen tijdens niet-alarmstatus Kabel 1 (NO normally open): wit Kabel 2 (COM common): bruin Kabel 3 (NC normally closed): groen Bedrijfsmodus Continu Voedingsvereisten Voedingsspanning...
  • Pagina 598 Technische gegevens Geluidsdruk Geluidsdrukniveaus kunnen worden ingesteld van elke Cockpit is het geluidsdrukniveau van een 5 % tot 100 % volume-instelling, variërend tussen alarm met hoge prioriteit niet lager dan het geluids- 39 dB(A) en 90 dB(A) voor alarmen met hoge, ge- drukniveau van een alarm met gemiddelde priori- middelde en lage prioriteit, gemeten op een afstand teit, dat niet lager is dan het geluidsdrukniveau van...
  • Pagina 599 Technische gegevens EMC-verklaring (4e editie) Algemene informatie Dit apparaat is getest op elektromagnetische com- Dit apparaat mag alleen worden gebruikt in de patibiliteit met gebruik van accessoires uit de ac- directe nabijheid van andere apparaten, indien cessoirelijst. Andere accessoires mogen alleen Dräger deze apparaatopstelling heeft worden toegepast, indien deze de elektromagneti- goedgekeurd.
  • Pagina 600 Technische gegevens Immuniteit tegen Testniveau en vereiste elektromagnetische om- geving Impulsspanningen (spanningspieken) Spanning, externe geleider – externe geleider: ±1 kV (IEC 61000-4-5) Spanning, externe geleider – geaarde geleider: ±2 kV Magnetische velden bij netfrequentie 30 A/m (IEC 61000-4-8) Spanningsdalingen 0 % U ;...
  • Pagina 601 Technische gegevens Bedrijfseigenschappen Classificatie Europese classificatie van medische hulpmiddelen Klasse IIb Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 602 Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten. Gebruiksaanwijzing – Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0...
  • Pagina 603 Index Index Alarmbereiken ......175 Alarmberichten Aanhoudende alarmen ....133 Mainstream CO2 .
  • Pagina 604 Index Alarminstelling ......156 Automat. split scherm ....71 ST .
  • Pagina 605 Index Combinatie van apparaten ....594 Combinaties van apparaten ... 17, 594 C.O. Communicatie tussen aansluitingen ..... . . 340 de M540 en het IACS .
  • Pagina 606 Index Gateway, configureren ....491 bewaking met 12 afleidingen ..231, 249 Gebeurtenissen bron van de hartfrequentie ... . . 234 handmatig opslaan .
  • Pagina 607 Index Infusiepompen, artefact ....240 klaarmaken voor hergebruik Inschakelen, Cockpit ....116 desinfectiemiddelen .
  • Pagina 608 Index Microstream NIBP accessoires ......364 continu-modus aan/uit ....318 archief .
  • Pagina 609 Index Preventief onderhoud ....580 Primaire recorder, selecteren ... . . 491 Pacemaker Printen afgeleid van impedantie .
  • Pagina 610 Index Pulstoon bron selecteren ..... 233 Samplelijn signaalbron (SpO2) ....284, 299 gebruik in combinatie met SpO2-pulstoon, aan/uit .
  • Pagina 611 Index SpO2 ....... . . 58 Temperatuur alarmvertraging aan/uit ....474 berichten .
  • Pagina 612 Index Veiligheid Websites, vooraf geconfigureerd ..514 aansluiten op andere apparatuur ..16 Wedgedruk ......328 accessoires .
  • Pagina 614 Deze gebruiksaanwijzing is alleen van toepassing op het Infinity ® Acute Care System – Bewakingstoepassingen – VG8.0 met het serienr.: Als er geen serienummer is ingevuld door Dräger, wordt deze gebruiksaanwijzing uitsluitend geleverd voor algemene informatie en is deze niet bedoeld voor gebruik met een specifieke machine of apparaat.